Intelligentietests en intelligentie - Eigenschappen van goede tests en vragenlijsten

18 belangrijke vragen over Intelligentietests en intelligentie - Eigenschappen van goede tests en vragenlijsten

Een goede test voor selectiebeslissingen moet een betrouwbaarheid hebben van (A) voor minder belangrijke beslissingen hanteert men ook wel (B).

In de psychologie is het gebruikelijk om bij een test een predictieve validiteit met waarden tussen de (C) en de (D) te hebben.

A)  .90
B)  .80
C)  .20
D)  .50

In Nederland wordt de kwaliteit van tests en vragenlijsten bewaakt door de COTAN (Commissie Testaangelegenheiden van het NIP). De 7 begrippen waarop zij controleren en beoordelen, zijn:

* Uitgangspunten bij testconstructie
* Kwaliteit van testmateriaal
* Kwaliteit van de handleiding
* Normen
* Betrouwbaarheid
* Begrips- of constructvaliditeit
* Criteriumvaliditeit of predictieve validiteit

Beoordeling gaat op een 3-puntsschaal; onvoldoende, voldoende, goed. Bij onvoldoende kan het zijn dat er nog geen normgroep is vastgesteld voor de test. Bij meer dan 1 onvoldoende adviseert COTAN de test niet te gebruiken

(T)Wat zijn de eigenschappen van goede test en vragenlijsten waarop de COTAN beoordeelt op nieuwe en bestaande  instrumenten?


-Uitgangspunten bij testconstructie - Waarvoor is de test bedoeld, Wat is de meetpretentie
-Kwaliteit van testmateriaal - Wordt de test bij iedereen op dezelfde manier gescoord
-Kwaliteit van handleiding - Heeft de handleiding voldoende informatie om de test te doen
-Normen - Je scores worden vergelijken met vergelijkbare anderen
-Betrouwbaarheid - voor selectiebeslissingen .90 en voor minder belangrijk .80. De maximale bretrouwbaarheid = 1.
- Begrips- of constructvaliditeit (voldoende onderzoek naar validiteit)
- Criterium- of predictieve validiteit (wat voorspelt de test en is dat voldoende onderzocht op validiteit?) De predictieve validiteit ligt tussen de -1 en +1. Meestal gaat het om waardes van .20 of .50
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is het verschil tussen een absolute- en relatieve normering?

Relatieve normering: je scores worden vergeleken met vergelijkbare anderen. Men maakt vaak gebruik van een 95% betrouwbaarheidsinterval. De standaardfout van 5% is de ruis die nog in de test zit.
Absolute normering: de norm wordt bepaald door een aantal beoordelaars, bijv. bij een rollenspel

Wat is de driepuntsschaal waarop de COTAN een nieuwe en bestaande instrument beoordeelt?

Onvoldoende
Voldoende
Goed

Bij meer dan 1x onvoldoende adviseert de COTAN om de test niet te gebruiken.

Wat wordt verstaan onder high-stakes-situaties?

Situaties/beslissingen die je leven in grote mate kunnen beinvloeden.

Wat wordt verstaan onder een adaptieve testafname?

Er wordt uitgegaan van de moeilijkheidsgraad van één item of opgave. Heb je een item goed, dan krijg je daarna een moeilijker item.

Wat bedoeld het COTAN met het criterium uitgangspunten bij een testconstructie?

Wat is het gebruiksdoel vd test. Wat is de meetpretentie vd test, wat is de theoretische achtergrond van wat de test pretendeert te meten, hoe wordt een begrip geoperationaliseerd, hoe onderscheid het begrip zich van andere vergelijkbare begrippen

Wat bedoeld het COTAN met het criterium kwaliteit van het testmateriaal?

Is de instructie duidelijk en gestandaardiseerd, wordt het bij iedereen gelijk gescoord, zijn de uitleg en verwachtingen helder. Er wordt gekeken naar duurzaamheid, acceptabiliteit en mogelijk discriminerende inhoud vd vragen, wat is de vorm van de test (pen en papier/web) en leidt dit op eenzelfde wijze tot eenzelfde resultaat

Wat bedoelt het COTAN met het criterium kwaliteit van de handleiding?

Biedt de handleiding voldoende informatie voor een gebruiker wat afname en scoring betreft, in de handleiding moet al het relevanter onderzoek over de test beschreven staan, psycholoog moet op basis van de handleiding in staat zijn de test verantwoord af te nemen

Wat bedoelt het COTAN met het criterium normen?

Scores moeten vergeleken kunnen worden met vergelijkbare anderen; relatieve normering. Voor bepalen van de score wordt een 95% betrouwbaarheidsinterval gebruikt. Dit wordt bepaald door de standaardmeetfout van een test bij een normgroep te berekenen. Normen moeten actueel zijn; binnen een grens van 15 jaar. Er kan ook sprake zijn van absolute normering of men ontleent normen uit onderzoeksgegevens

Wat is de standard nine-schaal?

Een veel gehanteerd normsysteem van statines. Hierbij wordt de scoreverdeling van kandidaten in 9 stukken verdeeld, lopend van zeer laag tot zeer hoog.

Wat bedoelt het COTAN met het criterium betrouwbaarheid?

Test moet gestandaardiseerd zijn en scoring objectief om tot een betrouwbare score te komen. Van de test moet bekend zijn hoe de betrouwbaarheid is berekend en hoe groot hij is; tussen de .80 en .90. Maximaal is 1.

Wat zijn de voordelen en nadelen van adaptieve testafname?

Voordeel; er is geen test meer maar een verzameling items, je hoeft minder items te maken, er word snel een moeilijkheidsgraad bepaalt, het is niet te makkelijk of moeilijk dus je motivatie lijdt er niet onder

Nadeel; er zijn veel items nodig binnen de test en de moeilijkheidsgraad moet hier ook van bekend zijn  (vastgelegd in zgn itembanken), er kunnen vreemd effecten optreden als je maar weinig items maak

Wat zijn de drie normen voor scores?

Relatieve normering: hoe scoor je ten opzichte van....
95% betrouwbaarheidsinterval
Standard nine-schaal --> scoren verdeeld in 9 stukken, midden grootst 54% scoort rond het midden.
na 15 jaar hernormering door COTAN
Absolute normering: beoordeling door beoordelaars, voor betrouwbaarheid voldoende beoordelaars inzetten.

Wat bedoelt het COTAN met het criterium begrips- of constructvaliditeit?

Voldoende onderzoek dat ondersteunt dat de test inderdaad de begrippen meet die genoemd worden, onderzoeken hoeveel begrippen de test meet, begrippen kunnen gegroepeerd worden in items die 1 begrip meten (bij 3 verschillende begrippen dus 3 overeenkomstige groepen),  bij validiteit gaat het om de relatie van een testscore met externe indicatoren (het verband met scores op soortgelijke tests), onderzoek met andere instrumenten is dus nodig, hoge betrouwbaarheid is geen garantie voor validiteit, lage betrouwbaarheid dan ook niet valide

Wat is begrips- of constructvaliditeit?

De mate waarin een test inderdaad begrippen meet die een test beoogt te meten. Het gaat bij validiteit om de relatie van een testscore met externe indicatoren
Bij begripsvaliditeit → zijn die indicatoren die eigenschappen die ook door andere tests worden gemeten
Bij constructvaliditeit → zijn die indicatoren andere concepten die de test geacht wordt te voorspellen, bijv. schoolsucces of werkprestaties

Wat bedoelt het COTAN met het criterium criteriumvaliditeit oftewel voorspellende (predictieve) validiteit?

Hierbij gaat het om wat een test kan voorspellen en in welke mate bijv. kan iemand naar de mavo of hoe gaat de kandidaat het doen in de toekomstige functie? Predictief moet tussen de .20 en .50 zijn

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo