Arbeidsbelasting, stress en ziekteverzuim - Psychosociale theorieen over werkstress

74 belangrijke vragen over Arbeidsbelasting, stress en ziekteverzuim - Psychosociale theorieen over werkstress

De invloed van arbeid gerelateerde factoren op mentale inspanning beschrijven en toelichten

Antwoord

Wat zegt het PÉ-fit model?

Dat werkstress ontstaat door het ontbreken van passing of fit tussen persoon en de
omgeving

Wat is volgens het PÉ- fit model werkstress?

Werkstress is een misfit tussen de persoonlijke behoeften en de hulpbronnen in de
(werk) omgeving, dan wel misfit tussen persoonlijke mogelijkheden en de eisen vanuit
de ( werk) omgeving, of de snelheid van de werknemer en de vereiste en de
objectieve kenmerken van de werkomgeving. Dus bijv de wens van een mw om zich
verder te ontwikkelen op het werk, maar er is geen opleidingsbudget meer. Of de mw
kan het vereiste tempo van het werk niet meer bijhouden.
De subjectieve misfit is een verschil tussen de kijk van de werknemer op zichzelf en
op de werkomgeving.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Sociale ondersteuning wat wordt daarmee bedoeld in het PÉ fit model?

Door wie en en hoe wordt de medewerker ondersteunt. Door wie continu, en door wie
als het nodig is. Hoe ervaart de medewerker deze steun?

PÉ FIT model kent een defensiemechanisme wat is dat?

Dat is een passieve manier van omgaan met de misfit. Bijv door er niet meer over na
te denken.

Noem een nadeel van het PEFIT model?

Het model is erg breed en specificeert niet welke stressoren onderzocht worden. Ook
kijkt het niet naar de misfit van persoon en omgeving.

Wat verstaat het PÉ FIT MODEL onder copinggedrag?

Het actieve, bewuste gedrag dat de medewerker toepast bijv door met een
leidinggevende te gaan praten, hoe gaat de medewerker om met spanning

Weke studies naar het DC model ken je?

1. Epidemiologische onderzoeken: richten zich voornamelijk op demlange termijneffecten van taakeisen regelmogelijkheden op de gezondheid. Bij weinig
regelmogelijkheden, veel taakeisen en weinig sociale steun meer kans op hart en
vaatziekten
2. Onderzoeken die het korte termijn effect van taakeisen en regelmogelijkheden
onderzoeken. Veel regelmogelijkheden verminderen de positieve relatie tussen
taakeisen en adrenaline niveau.
3. Studies gebaseerd op specifieke homogene of heterogene beroepsgroepen: hieruit
blikt dat bij hoge taakeisen en weinig regelmogelijkheden en of sociale steun veel
klachten worden gemeld.

Wat is de derde dimensie van het DC model?

Het DC support model. Dit geeft de sociale steun weer. Dus goede, plezierige relaties
met collega's of boven- en ondergeschikten, kunnen rekenen op anderen, etc.
Hoge taakeisen, weinig regelmogelijkheden en weinig sociale steun zorgen voor de
meest ongunstige gezondheidseffecten.

Kritiek op het DC model?

1. Individuele verschillen tussen mensen worden niet meegenomen in het model
2. De begripsomschrijvingen van regelniveau en taakeisen zijn niet eenduidig
gedefinieerd en worden ook niet goed gemeten door de gebruikte vragenlijst
3. De interactie effecten ( regelmogelijkheden en sociale steun als buffer voor hoge
taakeisen) zijn niet goed uitgewerkt. Hierdoor kan het duiden op een synergie waarbij
alle drie d efactoren een rol spelen bij werkstress.

Waar wordt het DC model voor gebruikt?

Om de invloed van de taaklast, vermoeidheid en regelmogelijkheden op mentale
inspanning te onderzoeken.

Volgens Kasl 1996 is het interactie-effect binnen de DC-benadering op 2
manieren uit te leggen

1 Regelmogelijkheden en sociale steun fungeren als moderator buffer

variabelen als beide hoog zijn verminderen zij het negatieve effect van
taakeisen op de gezondheid
2 Er is sprake van synergie want zowel weinig regelmogelijkheden en weinig
steun als hoge taakeisen hebben een negatieve uitwerking op de gezondheid
maar hun onderlinge combinatie heeft een verhoogde werking tot gevolg 1 1
1 méér dan 3

Waarom heet het vitamine model "vitamine model"?

De aanwezigheid van werkkenmerken heeft in eerste instantie een positieve invloed
op de werknemer, een verdere toename levert geen extra rendement meer op voor de
geestelijke gezondheid. Hoge "doseringen" van werkkenmerken kunnen tot twee
typen effecten leiden: sommige hebben geen extra invloed op de medewerker
hebben, maar een Constant Effect (CE patroon) en andere hebben een negatieve
uitwerking, een additional decrement.
De drie jobkenmerken met een constant effect worden ook wel vergeleken met de
vitamine CE. De jobkenmerken die een additioneel effect hebben worden vergeleken
met de vitamine AD.

Het vitamine model kent 4 kenmerken. Het tweede kenmerk categorisering van
omgevingsfactoren wat wil dat zeggen?

Omgevingsfactoren kent twee typen.

1. Het type dat na verloop van tijd voor een constant effect zorgt (CE, constant effect ) (=Salaris, veiligheid, betekenisvollere van het werk)
2. Het type dat en negatieve invloed krijgt (AD, Additional Decrement). (=Autonomie, werkdruk, sociale steun, gebruik van vaardigheden, afwisseling in werk en feedback)

Het laatste kenmerk van het vitamine model is de wisselwerking tussen persoon
en omgeving. Er worden 4 categorieën van persoonskenmerken onderscheiden,
welke?

De persoonskenmerken die we kunnen onderscheiden zijn :

- waarden (bijv specifieke voorkeuren en motieven)
- vaardigheden (bijv intellectuele en sociale vaardigheden)
- demografische kenmerken (leeftijd, geslacht)
- basale mentale gezondheid. (neuroticisme en zelfvertrouwen).

Wat is de invloed van deze persoonskenmerken uit het vitamine model?

De invloed van de persoonskenmerken is tweeledig. 1 het is mogelijk dat een
persoonskenmerken directe invloed heeft op de geestelijke gezondheid, onafhankelijk
van de omgevingsfactoren.
2 ze kunnen ook een indirect effect hebben dat tot uitdrukking komt in een mediërend
of modererend effect op het verband tussen omgevingskenmerken en geestelijke
gezondheid.

Waarom spreekt met in het Vitaminemodel van omgevingskenmerken en niet
van werkkenmerken?

Omdat dit model niet alleen van toepassing is op de arbeidssituatie maar ook op

andere domeinen, bv werkloosheid

Wat weet je over de empirische evidentie van het Vitaminemodel?

Het is niet in zijn totaliteit getoetst
Vooral de taakeisen en autonomie lijken samen te hangen met de geestelijke
gezondheid, terwijl dit niet het geval is voor sociale ondersteuning.
De (in)directe werking van de vier categorieën persoonskenmerken worden bevestigd.
Komt het werkkenmerk overeen met het persoonskenmerk, dan is er een groter
welbevinden. (bv:werk vraagt om autonomie, en persoon verlangt dat oo)

Vitamine model: twee soorten geestelijke gezondheid:

1. algemene (context free) geestelijke gezondheid
2. Arbeidsgebonden (job related) geestelijke gezondheid.

Welke kanttekeningen worden er geplaatst bij het Vitaminemodel?

De indeling van de 9 werkkenmerken in AD of CE effecten is ietwat willekeurig en
vraagt om meer theoretische en empirisch onderzoek.
Een verzadigingspunt voor salaris is bijvoorbeeld niet aangetoond (het moment
waarop je zegt, ik verdien voldoende, ik hoef echt niet meer te verdienen).

In welk opzicht verschillen de voorspellingen van het Vitaminemodel en het Effort-Reward Imbalance Model ten aanzien van beloning?

Het Vitaminemodel veronderstelt een verzadigingspatroon wat betreft salaris (het zogenaamde CE-verband). Dit betekent dat er een bepaald verzadigingspunt is waarna extra salaris niet zal leiden tot een verbetering in psychische gezondheid. Bij het ERI Model wordt geen verzadigingspunt verondersteld. Het gaat in dat model steeds om de verhouding tussen inspanning en beloning.

Wat is de gedachte achter het ERI model?

Het ERI model is ontwikkeld vanuit de gedachte dat de werkrol een belangrijke
schakel vormt tussen de persoonlijke behoeften van het individu en de
maatschappelijke structuur.

Waar ligt binnen het ERI Model de nadruk op?

De nadruk ligt meer opde beloningsstructuur van het werk dan op de
controlemogelijkheden van de werknemer in het werk.

Wat veronderstelt het ERI model?

Het ERI model veronderstelt dat inspanning op het werk deel uitmaken van een
sociaal uitwisselingsproces, waar normaliter in onze maatschappij een aantal
materiële en immateriële beloningen tegenover staan.

In de veronderstelling van het ERI model wordt gesproken over inspanning. Wat
verstaan we hieronder?

Onder inspanning wordt verstaan allerlei type taakeisen zoals werkdruk, tijdsdruk,

fysieke inspanning, taakinterrupties.

In de veronderstelling van het ERI model wordt gesproken over beloning. Wat
bedoeld we daarmee?

Geld bijv salaris,

waardering bijv respect en ondersteuning,
zekerheid en carrièremogelijkheden bijv promotiekansen, baanzekerheid, behoud van
status.

Benoem een nadeel van het ERI model?

De constructen zijn slecht geoperationaliseerd en ook worden de inspanningen en
beloning in vragenlijsten niet goed bevraagd.

Wat veronderstelt het ERI model wanneer het gaat over (im)materiële
beloningen?

Het ERI model veronderstelt dat inspanning op het werk (job-related efforts) deel

uitmaken van een sociaal uitwisselingsproces, waar normaliter in onze maatschappij
een aantal materiële en immateriële beloningen (occupational rewards) tegenover
staan.
Inspanningen zijn: allerlei typen taakeisen, zoals tijdsdruk, fysieke inspanning en taak
interrupties.
Beloningen zijn: geld, waardering, zekerheid / carriere mogelijkheden.

Voor welk type persoonlijkheid is het ERI model,ontwikkeld?

Het model,is vooral gerelateerd aan mensen met een type À gedrag. Bij dit type is
een verhoogde kans op disbalans.

Wat zijn de bevindingen van De Jonge in verband met het Job Demand Control-
Model en het Effort-Reward Imbalance Model?

Risico's van arbeid verschuiven van materiële en fysieke risico's naar psychosociale

risicofactoren als werkdruk, gebrek aan controle en baanonzekerheid.
Zowel hoge taakeisen als lage controle zorgen voor verhoogd risico op uitputting,
psychosomatische klachten en arbeidsontevredenheid.
Werknemers met overcommitment hebben grotere kans om hun inspanningen te
hoog in te schatten en hun beloningen te laag.

Waar onderscheid zich het ERI model van het JDC model?

het ERI model lijkt de trends in arbeid en gezondheid iets beter te weerspiegelen dan
het JD C model.

ERI: Wat wordt bedoelt met 'overcommitment' als persoonskenmerk?

Factoren die sterk gerelateerd zijn aan Type A gedrag, dat sterk geassocieerd is met
verhoogde opwinding (arousal) in veeleisende situaties en workaholisme:
streberig gedrag - feeling of mastery
moeite om het werk van zich af te zetten (sterke werkbetrokkenheid)
behoefte aan goedkeuring en waardering.
Werknemers met overcommitment verrichten (desgevraagd) een grote hoeveelheid
inspanning die (in hun ogen) niet voldoende beloond wordt.
Volgens het ERImodel heeft dit type medewerker een groter risico op het ervaren van
een stressvolle disbalans wat op termijn tot gezondheidsklachten kan leiden.

Welke kanttekeningen plaatst men bij het ERI-model?

De constructen zijn slecht geoperationaliseerd. Bijv de inspanningsschaal bestaat uit
6 items met een sterk uiteenlopende inhoud, zoals tijdsdruk, fysieke inspanning,
verantwoordelijkheid en overwerk. Dus is onduidelijk welk type inspanning belangrijk
is voor de disbalans.
Ook worden de inspanningen en beloning in vragenlijsten niet goed bevraagd.
Het model is nog te weinig in zijn totaliteit getoetst.

Wat is de empirische evidentie van het ERI-model

Veel empirisch onderzoek: combinatie van hoge inspanningen en lage beloningen is
een risicofactor voor hart en vaatziekten en voor een slecht ervaren gezondheid,
inclusief psychische aandoeningen en arbeidsverzuim.
ERI heeft een voorspellend vermogen vnl bij overcommitment

Waar ligt de focus op binnen het JDR model?

De focus ligt op taakeisen en energiebronnen

Wat is de veronderstelling van het JDR model?

De veronderstelling is:
- dat langdurige taakeisen (werkdruk, veeleisende klanten etc) bij weinig kans op
herstel stressoren worden en voor een burn-out kunnen zorgen, met negatieve
gevolgen
- energiebronnen leiden tot bevlogenheid met positieve gevolgen. Energiebronnen zijn
steun van collega's, loopbaanmogelijkheden etc.
- Er zijn ook cross verbanden tussen de factoren. Energiebronnen zijn stressbuffers
maar vaak pas als taakeisen te hoog zijn. Er zijn ook persoonlijke hulpbronnen die je
kan ontwikkelen zoals optimisme en zelfwaardering.

Wat is de recentelijk aangenomen rol van persoonlijke hulpbronnen?

persoonlijke hulpbronnen zijn ontwikkelbare aspecten van een persoon die helpen met stressvolle of onzekere situaties om te gaan, Energiebronnen lijken de
ontwikkeling van persoonlijke hulpbronnen te stimuleren die op hun beurt weer
bijdragen aan werkbevlogenheid.

JD-R model: gain spiral

in oorspronkelijke versie van JD-R model was er alleen sprake van
eenrichtingsverkeer: taakeisen - stressreacties (zoals burnout) - negatieve uitkomsten
energiebronnen - bevologenheid - positieve uitkomsten.
maar recent blijkt dat het ook andersom kan. Studenten: hoe meer bevlogen ze zich
voelden, hoe meer energiebronnen ze rapporteerden. Sleutelrol voor waargenomen
eigen competentie (self efficacy) in opwaardse spiraal (de gain spiral):
energiebronnen - self efficacy - bevlogenheid - energiebronnen - etc.

Wat valt er in het disc model onder de verschillende werkbronnen? Benoem de
drie werkbronnen en wat ze inhouden?

- Mentale werkbronnen: de mogelijkheid om de eigen werkmethode te kiezen, zelf de volgorde te bepalen of toegang te krijgen tot informatie
- emotionele werkbronnen: komen tot uiting in emotionele steun van collega's of
leidinggevenden of een luisterend oor na een emotioneel zware taak.
- fysieke werkbronnen: dit zijn technische en of ergonomische hulpmiddelen of een
helpende hand van een collega.

Waar bestaat het DISC model uit?

Het disc model bestaat uit taakeisen, hulpbronnen en herstel.

Wat houden de twee principes uit het disc model in?

1. Multidimensionaliteits van concepten: taakeisen, werkbronnen, herstel en werkgerelateerde uitkomsten bestaan in beginsel uit mentale, emotionele en fysieke
dimensies
2. Drievoudige matchingsprincipes: taakeisen, werkhulpbronnen, herstel en
uitkomstmaten zijn sterker geassocieerd als gelijksoortige concepten in combinatie
met een gebrek aan mentale werkhulpbronnen en mentaal herstel zullen primair
leiden tot mentale stress reacties.

Wat is er uniek aan de 6 theoretische modellen uit hoofdstuk 2?

1 de modellen zijn te rangschikken van complex naar eenvoudig 2 alle modellen zijn min of meer balansmodellen (Het risico op allerlei
gezondheidsklachten en verminderd welbevinden ten gevolge van hoge taakeisen zal
vermindere indien werknemers voldoende compensatie verkrijgen.
3 er zijn accentverschillen tussen de modellen
4 de modellen zijn te beschouwen als blackbox modellen (er gaat iets in, er komt iets
uit)
5 het merendeel van de modellen gaat uit van lineairiteit en eenrichtingsverkeer
behalve het vitamine model.

Het is niet de vraag of mensen een prestatie kunnen leveren maar of ze dat
willen, en zo ja, tegen welke prijs. Hoe wordt deze vorm van zelfregulering
gemeten?

Dit meet je met behulp van opwindingsmaten (arousal) en/of met activatiematen. Dit geheel heet het "efficientiegezichtspunt".

Wat wijzen de testen die gedaan zijn adv hormoonhuishouding uit?

Dat iets nieuws doen meer adrenaline kost en dus meer inspanning. De keren erna neemt het adrenalineniveau af.

Wat weet je over stressreacties en de individuelen verschillen daarin?

Het ontstaan van een stressreactie in eenzelfde belastende situatie is sterk individueel verschillend. Het hangt af van de mate waarin men in de verwerkelijking
van de eigen behoeften en motieven wordt gehinderd. BIjv iemand die lopende band
werk doet en een hoge betrokkenheid voor het werk heeft, is eerder gespannen, dan
iemand die er zit "voor het geld".

Is het niveau van psychosomatische klachten van invloed op het adrenaline
niveau, en wat is dan het gevolg Voor het uitvoeren van de taak?

Ja, psychosomatische klachten (bijv vermoeidheid) zijn van invloed op het adrenalineniveau. Mensen met psychosomatische klachten moeten meer inspanning
leveren om de taak uit te oeren. Daardoor ontstaat er een spiraal van toenemende
vermoeidheid, waardoor meer inspanning geleverd moet worden, etc etc etc.

Wat bedoelt men met instrumentele oriëntatie op het werk?

Met heeft geen betrokkenheid bij het werk, men zit er enkel voor het geld

Waarvoor staat de afkorting : VOEG?

Vrangelijst Onderzoek Ervaren Gezondheid

Waarvan hangen de inspanningsreacties bij psychosomatische klachten af?

Van persoonseigenschappen en van de psychische conditie van de werknemer.

Wat wordt bedoeld met hypo activiteit?

Wil zeggen dat er niet meer adequaat kan worden gereageerd als er activiteit verwacht wordt. Dit leidt tot slijtage van het organisme en vervolgens tot aantasting
van het imuumsysteem.

Wat heeft de psychofysiologische benadering toe te voegen aan het onderzoek
naar werkstress?

De psychofysiologie zoekt naar fysiologische processen die ten grondslag liggen aan of een gevolg zijn van psychologische processen.

Op het gebied van stress houdt de psychofysiologie zich bezig met wat?

Met het in kaart brengen van hersenfuncties die bij stress betrokken zijn en met het meten van de effecten ervan op de rest van het lichaam.

Wat zijn de meest gebruikte stress maten?

Bloeddruk, adrenaline en cortisol.

Wat onderzoekt de Gezondheids- of klinisch psycholoog ivm werkstress?

De gezondheids- of klinisch psycholoog ziet werkstress als subjectieve ervaring en onderzoekt hoe men ermee omgaat (coping )

Een stressreactie is adaptief. Wat bedoelen we hiermee, en wat weet je hiervan?

Een stressreactie is adaptief, het duidt op een mobilisatie van het lichaam om aan een uitdaging het hoofd te bieden. Wanneer adaptief omslaat in schade is als de
mobilisatie chronisch is en de uitdaging allang weg is. Bij onvoldoende herstel kan dit
leiden tot een cumulatie van stresseffecten. Deze effecten blijken dagen erna nog
terug te vinden in het lichaam. Het stresseffecten blijft in de hersenen nog te bestaan
in de vorm van overgevoeligheid: de volgende tik komt harder aan en geeft sterkere
reacties.

Waarvoor zijn fysiologische metingen vooral geschikt?

Ze zijn vooral geschikt om binnen groepen verschillen in werkstress te meten. Want de groep fungeert als eigen referentiepunt.

Wat is het probleem van psychofysiologische stressmetingen?

De correlatie tussen subjectief waargenomen stress en de objectieve, fysiologische
stress vrij klein is.

Welk proces zit er achter een verhoogde kans op hart en vaatziekte door
verhoogde bloeddruk?

Door herhaalde sterke reacties van de bloeddruk op stress, raakt het bloeddruksysteem ontregeld, waardoor blijvend hoge bloeddruk ontstaat. Dit heet de
reactiviteitshypothese.

Wat weet je ivm stress en het cholesterolniveau?

Kortdurende stress kan het cholesterolniveau verhogen, chronische niet.

Wat weet je ivm werkstress en hoge bloeddruk?

ERI Model (Siegirst ) Veel inspanning en weinig beloning leidt eerder tot hoge bloeddruk bij werknemers.

Wat zijn de effecten van de systolische en van de diastolische bloeddruk?

Systolische bloeddruk: piekdruk na de contractie van het hart ( bovendruk) Diastolische bloeddruk: laagste druk vlak voor de volgende contractie ( onderdruk)

Wat blijkt er uit het onderzoek naar bloeddruk en werkstress?

Daaruit blijkt dat werkstress vooral zorgt voor een verhoogde bloeddruk op de lange termijn. Dit lijkt vooral invloed te hebben op het hart. Het blijkt dat overcommitment
niet zorgt voor een hogere bloeddruk. Een deel van de verhoogde bloeddruk wordt
veroorzaakt door langdurige werkstress niet zozeer door de werksituaties. Op een
vrije dag is het bloeddrukniveau lager dan op een werkdag.

Wat is het effect van werkstress op het hart en op de bloedvaten?

Werkstress heeft dus eerder effect op hart ( bepaalt sterk de systolische druk) dan op bloedvaten ( bepaalt relatief sterk de diastolische druk)

Waarom is de hartslag een goede methode om werkstress te meten?

Omdat hartslag makkelijk te meten is en het gevoelig is voor stress.

Wat is de autonome balans?

Het autonome zenuwstelsel kent twee takken, de sympathische (versnellend) en de parasympathicus ( remmend) de balans tussen deze twee takken is van belang voor
de cardiale gezondheid.

Wat is de kern van de lichamelijke stress reacties.?

Sympathische activiteit. Een verhoogde sympathische activiteit is de schakel tussen stress en het risico op schade aan hart en vaten.

De tegenpool van sympathische activiteit is de para sympathische activiteit.
Wat doet de parasympatische activiteit?

Bij een gebrek aan parasympatihischparasympatische remmingen werkt het risico verhogend. Een verminderde parasympatische activiteit is gebleken een
onafhankelijke voorspeller voor het ontwikkelen van hoge bloeddruk.

Hoe leidt je de activiteit van de parasympathicus uit de hartslag af?

De sterkte van de activiteit van de parasympathicus hangt samen met de schommelingen van de hartfrequentie, zoals die wordt veroorzaakt door de
samenhaling. Bij inademing loopt de hartslag op en bij uitademing af. -> respiratoire
sinusaritmie (rsa) het verschil tussen de maximale hartslag bij inademing en de
laagste hartslag bij uitademing is een maat van activiteit van de
parasympatische activiteit.
Een ander maat is MSSD ( mean square of successive differences) standaarddeviatie

van de verschillen in tijd tussen de hartslagen . Standaarddeviatie zal groter zijn bij

veel variabilitiet.

Wat is de reden dat er een matige correlatie is tussen psychologie en fysiologie
ivm fysiologische stressmetingen?

Meetonbetrouwbaarheid aan zowel psychologische als fysiologische kant. verschillen tussen mensen worden door vele andere factoren verklaard dan alleen
stress.

Waarom is het interessant om de effecten van werkstress op de
adrenalineproductie van het lichaam te onderzoeken?

Het adrenaline niveau in het bloed blijkt samen te hangen met de hoogte van de bloeddruk.

Hoe wordt het stresshormoon Cortisol geproduceerd ivm werkstress?

Cortisol wordt geproduceerd bij samengaan hoge werkbelasting en weinig regelmogelijkheden.

Wat weet je over de productie van Adrenaline en werkstress?

Adrenaline is het mobilisatiehormoon dat ook vrijkomt wanneer er gepresteerd wordt zonder dat dit als onaangenaam ervaren wordt.
Er is relatief weinig onderzoek naar de relatie werkstress en adrenalineproductie.
Twee onderzoeken geven een negatief verband en nog anderen enkel kleine
incidentele relaties
Vrouwen reageren over het algemeen minder met adrenaline op stress dan mannen.

Wat zijn de stappen van de aanmaak van cortisol?

Het begint bij de interpretatie als stressor door de hogere hersendelen
Dan komt het bij de amygdala en de hippocampus
Vanuit deze twee komt het in de hypothalamus
Uit de hypothalamus volgt een reactie " de hypofyse"
Dan gaat de bijnierschors cortisol aanmaken

Is cortisol een goede maat voor het meten van werkstress?

Cortisol is geen goede maat voor het meten van werkstress omdat bij acute stress
een duidelijke stijging in het cortisol niveau te zien is bij chronische stress is dit echter
onduidelijk.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo