Startpagina / Samenvattingen / De Studie van het Burgerlijk Recht / inbreng-maatschap-huizink

Bijzondere overeenkomsten - Van maatschap (7A-9) - Contractuele samenwerkingsvormen in beroep en bedrijf (Huizink)

4 belangrijke vragen over Bijzondere overeenkomsten - Van maatschap (7A-9) - Contractuele samenwerkingsvormen in beroep en bedrijf (Huizink)

De maatschap heeft een 'intuitu personae' karakter. Geef aan wat hiermee wordt bedoeld.

Een maatschap is 'persoonsgebonden'. Een vennoot kan zijn aandeel in de maatschap dan ook niet zonder medewerking van de andere vennoten overdragen; de maatschap eindigt (in weerwil van art. 6:249 BW) door dood, faillissement/wsnp of curatele van één van de vennoten (art. 7A:1683 BW).

Huizink tekent hierbij aan dat art. 7A:1683 BW van regelend recht is en dat in de praktijk veelvuldig regelingen worden opgemaakt om het einde van de maatschap te voorkomen.

Huizink, § 9

Kan sprake zijn van een maatschapsovereenkomst, wanneer een van de vennoten niets inbrengt?

Nee, vergelijk art. 7A:1655 BW:

'Maatschap is eene overeenkomst, waarbij twee of meerdere personen zich verbinden om iets in gemeenschap te brengen, met het oogmerk het daaruit ontstaande voordeel met elkander te deelen.'

Zonder inbreng geen maatschap. Huizink § 10

Ingevolge art. 7A:1655 BW dienen de vennoten in de inbreng te voorzien door middel van goederen.

Is het mogelijk dat een vennoot in zijn inbreng voorziet door de inbreng van niet-goederen zoals clientèle, know-how of goodwill?

Ja, het 'goederenbegrip' van art. 7A:1655 BW is ruimer dan het reguliere goederenbegrip van art. 3:1 BW.

Huizink § 10

Een vennoot kan in zijn inbreng voorzien door de inbreng van zaken. Welke drie wijzen van inbreng van zaken kunnen worden onderscheiden?

1. Inbreng van de eigendom van de zaak
2. Inbreng van het genot van de zaak
3. Inbreng van de economische eigendom van de zaak

Huizink § 10

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

De Studie van het Burgerlijk Recht

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Onderwerpen die gerelateerd zijn aan Bijzondere overeenkomsten - Van maatschap (7A-9) - Contractuele samenwerkingsvormen in beroep en bedrijf (Huizink)

Bijzondere overeenkomsten - Van maatschap (7A-9)

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding

Bijzondere overeenkomsten - Van maatschap (7A-9) - Contractuele samenwerkingsvormen in beroep en bedrijf (Huizink)

4 belangrijke vragen over Bijzondere overeenkomsten - Van maatschap (7A-9) - Contractuele samenwerkingsvormen in beroep en bedrijf (Huizink)

De maatschap heeft een 'intuitu personae' karakter. Geef aan wat hiermee wordt bedoeld.

Kan sprake zijn van een maatschapsovereenkomst, wanneer een van de vennoten niets inbrengt?

Ingevolge art. 7A:1655 BW dienen de vennoten in de inbreng te voorzien door middel van goederen.Is het mogelijk dat een vennoot in zijn inbreng voorziet door de inbreng van niet-goederen zoals clientèle, know-how of goodwill?

Een vennoot kan in zijn inbreng voorzien door de inbreng van zaken. Welke drie wijzen van inbreng van zaken kunnen worden onderscheiden?

Onderwerpen die gerelateerd zijn aan Bijzondere overeenkomsten - Van maatschap (7A-9) - Contractuele samenwerkingsvormen in beroep en bedrijf (Huizink)

Bijzondere overeenkomsten - Van maatschap (7A-9)

Samenvattingen die gerelateerd zijn aan Bijzondere overeenkomsten - Koop en ruil

De Studie van het Burgerlijk Recht

Werkboek materieel strafrecht OU

Materieel strafrecht

Directe Belastingen III

Formeel belastingrecht

Internationaal Belastingrecht

Verbintenissen uit de wet en schadevergoeding

Inkomstenbelasting

Samenvatting Verdieping IBR

Praktisch burgerlijk recht

Bestuursrecht in het Awb-tijdperk

Directe Belastingen II

Ingevolge art. 7A:1655 BW dienen de vennoten in de inbreng te voorzien door middel van goederen.

Is het mogelijk dat een vennoot in zijn inbreng voorziet door de inbreng van niet-goederen zoals clientèle, know-how of goodwill?