Samenvatting: De Voc En Het Aziatisch Handelssysteem 26 | Steffelaar

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van De VOC en het Aziatisch handelssysteem 26 | Steffelaar

• 1 Voorgeschiedenis en oprichting van de VOC

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• Welk land had als eerste een imperium opgebouwd in de handel op Azie?

  In 1498 was Vasco da Gama er als eerste Europiaan in geslaagd om via de zeeweg rond de Kaap de Goede Hoop Indie te bereiken.

• Welke plaats werd het centrum van de Porugese macht en hoe heette dit centrum?

  In Goa, aan de westkust van Voor-Indie, zetelde de onderkoning en klopte het hart van de Estado da India.

• Wie werden de eerste concurrenten van de Portugezen?

  Dat waren de Hollandse en Zeeuwse kooplieden zo tussen 1595 en 1597.

• Wie was tot 1595 een belangrijke bondgenoot van de Porugezen en aan wie had hij de handel in specerijen bij contract gegund?

  Dat was Philips de 2e. Hij gunde het contract aan het Zuid-Duitse bankiershuis van de Fuggers.

• Wie kwam in 1592 weer terug in zijn woonplaats Enkhuizen en welk beroemd werk liet hij verschijnen?

  dat was Jan Huygen van Linschoten. In 1596 verscheen zijn werk Itinerario, een combinatie van een routebeschrijving, een koopmansgids en een verhandeling over aziatische volken enlanden.

• Hoe groot was hun monopoly van de Portugezen en langs welke 2 wegen verliep de handel?

  Ze hadden 90% in handen van de begerenswaardige specerijen - peper in deeerste plaats, maar ook kaneel, nootmuskaat en foelie. De andere handel was de karavaanhandel, die via het Midden-Oosten richting Ventie en Marseille naar Europa werden verhandeld.

• 2 Organisatie en opbouw van het compagniesbedrijf

  Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
  Laat hier meer flashcards zien

• Geef de reden aan waarom er kamers in de nieuwe VOC werden ingericht?

  Besloten werd dat de oude voorcompagnieen in de nieuwe VOC zouden voortleven als kamers.

• Wat waren de werkzaamheden van de kamers?

  Zij bouwden de schepen en rusten dez uit en wierven personeel voor overzee, gaven aan de schepen goederen en geld mee, ontvingen de vloten na terugkeer uit Azie, veilden de meegebrachte Goederen en betaalden aan de aandeelhouders dividend uit.

• Welke soevereine rechten droeg de staten-generaal over aan het VOC?

  In Azie mocht de compagnie forten bouwen, soldaten in dienst nemen en verdragen sluiten met of oorlog verklaren aan Aziatische vorsten.

• Welke admiraal zette uiteen dat de Republiek, in navolging van Portugal, een permanent Bestuur in Azie moest vestigen en door wie gereliseerd?

  Dat was Matelief. Jan Pieterszoon Coen, gouverneur-generaal van 1619 tot 1623 en vaN 1627 TOT ZIJN

   DOOD IN 1629, VERWEZENLIJKTE mATELIEFS IDEEEN IN jACATRA.