Operante conditionering - OC: Mechanismen - Bekrachtigers

5 belangrijke vragen over Operante conditionering - OC: Mechanismen - Bekrachtigers

Wat is een bekrachtiger en welke voorwaarde is hieraan gebonden?

Bekrachtiger = versterker = prikkel =
gebeurtenis of situatie --> die een versterking of bekrachtiging veroorzaakt --> bij het gedrag dat er eerst is.

--> moet tegelijk of vlak na een reactie/respons plaatsvinden

Hoe zit het bekrachtigingsschema in elkaar?

Welke 2 punten zitten hierin? Gebruik het voorbeeld tanden poetsen --> euro.

Continu bekrachtiging = elke keer tandenpoetsen --> 1 euro --> bij stoppen van bekrachtiging (1 euro), stopt het gedrag (poetsen)

Partiele bekrachtiging = af en toe 1 euro bij tandenpoetsen --> wordt langer volgehouden

Hoe effectief zijn de bekrachtigingsschema's + staffen

En welke minpunten zijn eraan verbonden?

Continu bekrachtiging = meest effectief voor gedrag aanleren  ---> moeilijk in behoud

Continu straf = meest effectief voor gedrag afleren

Partieel bekrachtiging = effectief --> maar moeilijk uit te doven

Partieel straffen = weinig effectief
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is het premarck principe van bekrachtigen van alternatief gedrag?

Leg dit uit aan de hand van een voorbeeld.

Premarck principe:

Voorkeursgedrag kan worden gebruikt als --> bekrachtiger van -->  gedrag dat niet geprefereerd wordt.

Bv: Kinderen verkiezen een ijsje boven groente -->

Je gebruikt het ijsje om te bekrachtigen, wat de kinderen niet kiezen

Eerst groente ---> dan krijg je het ijsje

Leg deze alternatieven voor straffen uit:


- Uitdoving
- Prikkelgeneralisatie
- Prikkeldiscriminatie

Uitdoving: bij niet bekrachtiging zal gedrag geleidelijk verdwijnen = negeren

Prikkelgeneralisatie: leeroverdracht of leertransfer -->

- Positief  = aangeleerd gedrag in de ene situatie vergemakkelijkt leren in andere

- Negatief = aangeleerd gedrag in de ene situatie bemoeilijkt leren in de andere situatie

Prikkeldiscriminatie = Discriminatief leren = leren dat je in de ene situatie beter anders reageert dan de andere (ijsje thuis, ijsje vragen in overvolle winkel)

- SD = Discriminatieve stimulus = prikkel die aangeeft welk gedrag van pas komt in de situatie op dat moment Overvolle winkel = SD



De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo