Psychopathologie DSM V - Metastructuur DSM V
3 belangrijke vragen over Psychopathologie DSM V - Metastructuur DSM V
Persoonlijkheidsstoornissen
+ wanneer ontstaan?
+ 3 clusters
--> cognities, emoties en gedragingen
die in de adolescentie of vroege volwassenheid zijn ontstaan
A = paranoide, schizoide persoonlijkheidstoornis
B = antisociale, borderline, narcistisch persoonlijkheidstoornis
C = vermijdende, afhankelijke, dwangmatige persoonlijkheidstoornis
Wat wordt bedoelt met 'overige psychische stoornissen' bij de metastructuur van het DSM V?
Bewegingsstoornissen en andere bijwerkingen van medicatie
+ Wanneer wordt deze ook wel classificatie gebruikt door de psychiater?
+ welke naam van een stoornis valt onder deze classificatie en is belangrijk voor een MH om te weten? Leg beknopt uit.
--> clienten kunnen al een grote tijd niet meer onder behandeling zijn omdat zij stabiel zijn:
Als later toch bijwerkingen van medicatie voordoen, kan de psychiater deze classificatie gebruiken
en hoeft hij/zij niet weer de classificatie van de oorspronkelijke psychische stoornis te gebruiken
Ataxie = ongecoördineerd en onsamenhangend verloop van bewegingen dat niet de reden is van verlies van spierkracht
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden