Samenvatting: Democratische Staatsrecht Van Floor | Floor

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Democratische staatsrecht van Floor | Floor

• 1 INLEIDING

• 1.1.1 Inleiding

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Veelheid van juridische verschijnselen ogv staats-en bestuursrecht, o.a.:

  - organen of ambten met verschillende wijzen van samenstelling
  - besluiten van verschillende aard (avv's of beschikkingen)
  - controlemechanismen (parlementaire verantwoordingsplicht, bestuurlijk toezicht)
  - bevoegdheidsverdelingen (territoriaal (grondgebied) of functioneel (beleidsterrein).
  

• Wat is een planologische kernbeslissing?

  Een plan mbt bepaalde aspecten van het nationale ruimtelijke beleid.
  

• 1.1.2 De plaats van het staats- en bestuursrecht

  Dit is een preview. Er zijn 10 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat is een publiekrechtelijke rechtshandeling van de overheid?

  Eenzijdig, bindende overheidsbesluiten als eindresultaat.
  

• Wat is het verschil tussen burger en overheid bij een privaatrechtelijke rechtshandeling van de overheid?

  • overheid moet conform Gw handelen (bv ogv gelijkheid)
  • overheid moet ogv algemene criteria handelen
  • al naar gelang de omstandigheden zullen voor de overheid zwaardere eisen van toepassing zijn.
    

• Waar richt het staatsrecht zich op?

  Staatrecht betreft mn:
  - de besluiten van de hoogste staatsorganen
  - de organisatorische structuur van deze hoogste staatsorganen.
  
  Vaak geregeld in: Gw of organieke wetten
  

• Geen scherp onderscheid tussen staats- en bestuursrecht:

  Verschil ogv
  - historie
  - gewoonte
  

• 1.1.3 het basismateriaal van het staats- en bestuursrecht: overheidsbesluiten

  Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1.3
  Laat hier meer flashcards zien

• Overheidsbesluiten kunnen van diverse aard zijn:

  1. wet materiële zin
  2. beleidsregels (=pseudo-wetgeving), overheid zelf ook hieraan gebonden
     
  3. plannen die op bep. wijze bindend effect hebben (bv bestemmingsplan)
  4. vonnissen, arresten of uitspraken van geschillenbeslechters.
     

• 1.1.5 Het problematische karakter van bindende overheidsbesluiten

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1.5
  Laat hier meer flashcards zien

• Bestuursrechtelijke besluiten ogv formele wetgeving; gevolg:

  • minder fundamenteel omstreden
  • wel soms meer maatschapp. omstreden
  • uitgebreidere groep belanghebbenden
    

• 1.1.6 De aanvaardbaarheid van bindende overheidsbesluiten: rechtsstaat en democratie

  Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1.6
  Laat hier meer flashcards zien

• Kernprobleem staats- en bestuursrecht

  • aanvaardbaarheid vaan eenzijdig bindende overheidsbesluiten.

• 1.2.1 De opkomst van de soevereine staat

  Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.2.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Middeleeuwen: theocratische staatsleer:

  • vorst is hoogste instantie, soeverein want hij regeert in naam van God
  • hiërarchisch geordende samenleving
  • vorst is bron van alle macht en recht dus hij staat boven de wet.
  • geen zelfstandige rechten, alleen tijdelijke gunsten
    
  • het aantasten door de vorst van de 'rechten' van zijn onderdanen is alleen vermindering van zijn goedgunstige gaven -> geen grond voor verzet