Het jongen kind
6 belangrijke vragen over Het jongen kind
Noem een aantal problemen/uitdagingen m.b.t. de diagnostiek bij jonge kinderen
-Gebrek aan richtlijnen m.b.t. beoordeling
-Beperkte informatie m.b.t. daadwerkelijke problemen bij kind of binnen gezin
-Moeilijkheden m.b.t. beoordeling kind
-Ontwikkeling en vaardigheden in verschillende domeinen nog sterk verweven
-Context: verzorging (sterke invloed van ouders en wederkerige relatie); cultuur (etniciteit); risicofactoren
In de ontwikkeling van het jonge kind wordt er uitgegaan van een relatief nieuwe psychologische stroming. Dit is een combinatie van de cognitieve ontwikkeling van Piget en e emotionele ontwikkeling van Freud. Waar hebben we het dan over?
- aandacht voor verbinding tussen cognitieve en emotionele ontwikkeling
- organiserend vermogen om emotionele en cognitieve ervarineng op te nemen in stabiele patronen neemt met de leeftijd toe. Daarmee worden ook fasengebonden wensen, plezierbeleving, angst, nieuwsgierigheid en humor duidelijk.
In het HC werden er verschillende ontwikkelingsdomeinen benoemd. Welke?
Neuro-motorische ontwikkeling: neurologisch functioneren, kwaliteit van bewegen, fijne en grove motorische vaardigheden
Cognitieve ontwikkeling: logisch redeneren, executive functies, ruimtelijk inzicht, geheugen, kennis, taalvaardigheden
Sociaal emotionele ontwikkeling: temperament, hechting, gedragsproblemen, emotionele expressie, sociale vaardigheden, morele ontwikkeling
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Met de noodzaak van procesmatige benadering wordt monitoring of followup bedoeld. Dit is het over tijd herhalen van het onderzoek. Waarom is dit bij jonge kinderen noodzaak?
Gehechtheid is het basisgevoel van vetrouwen en veiligheid. Hierbij gaat het om zoeken naar een balans tussen exploreren (omgeving) en nabijheid opzoeken (gehechtheidsfiguur).
Welke 3 vormen van gehechtheid zijn er?
·balans exploratie en nabijheid zoeken
·opvoeder is de veilige basis bij stress en gevaar
·Bij scheiding huil (of niet).
·Geruststelling door ouder en spel wordt hervat
·Ontwikkeling van vertrouwen in verzorger
2. Vermijdend gehecht
·Balans doorgeslagen naar exploratie
·Bij opvoeder is niet te halen wat je zoekt (veiligheid)
·Weinig/niet huilen bij scheiding
·Vermijden bij hereniging
·Gehechtheidsgedrag wordt onderdrukt
·Quasi zelfvertrouwen
3. ambivalent gehecht
·Balans is doorgeslagen naar nabijheid zoeken
·Opvoeder is onvoorspelbare basis
·Te onveilig voelen om te exploreren
·Nabijheid leidt tot boosheid
·Geen vertrouwen
Op het moment dat de hechting tussen kind en hechtingspersoon belemmerd wordt, kan het kind gedesorganiseerd gedrag vertonen. Welke kenmerken heeft dit gedrag?
-Gelijktijdig vertonen van tegenstrijdig gedrag
-Ongerichte, onvolledige of onderbroken bewegingen en expressies
-Stereotype gedrag, afwijkende houding
-Verstarren, stilhouden, zeer langzame expressie
-Directe indicatoren die wijzen op angst voor opvoeder
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden