Begrippenlijst 13-14

18 belangrijke vragen over Begrippenlijst 13-14

Diagnostiek sociaal emotioneel functioneren

Emotionele ervaringen worden betekenisvol door interacties met anderen. Emoties worden geuit om sociale belangen te behartigen.

Normaal sociaal emotioneel functioneren (algemeen)

Normaal gesproken kan een kind effectief en flexibel met mogelijkheden en moeilijkheden omgaan.


Sociaal emotionele competentie is de mate waarin iemand in een emotieopwekkende sociale situatie zijn doelen bereikt. De mate waarin kind adaptief is.

Sociaal-emotioneel onderzoek vs persoonlijkheidsonderzoek

Sociaal emotioneel is specifieker en meer gericht op vaardigheden.
Persoonlijkheidsonderzoek is algemener en gericht op gedragsneigingen
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Sociaal emotioneel onderzoek

In kaart brengen v vaardigheden als gedragsneigingen. In combinatie met omgevingsfactoren bepalen deze componenten in hoeverre een kind adequaat functioneert (door middel v observatie v gedrag), psychometrische tests, gesprekken, afnemen projectief materiaal.

- Nooit onderzoek zonder achtergrond informatie uitvoeren
- Structurele registratie vh gedrag in verschillende contexten is nodig

Sociaal gedrag (+ onderzoek naar..)

Al gedrag dat is gericht op anderen. Doel kan zowel zoeken als ontwijken v contact zijn

Onderzoek naar:
- Joint attention: gedeelde aandacht (er is bewustzijn v anderen) (intentioneel stance bijna zelfde)
- social referencing: peilen v emotionele reactie ouders om zelf een reactie te bepalen.
- Zelfbewustzijn: inhoudelijk en evaluatief aspect

Mijlpalen in sociale ontwikkeling

7 maanden: seperatieprotest
1 j: helpen, aandacht delen, sympathie, empathie
2 j: zelf doen, fysieke agressie
3j: Troosten, ontwikkeling zelfbeeld
4-6j: inleving, TOM, intentionele agressie
6-9j: eigenbelang, sociale vergelijking
10-12: vriendschap, sociale rol
12-21: toename risicovol gedrag, zelfredzaamheid, bewustzijn sociale evolutie, id

Vreemde situatie procedure (VSP)

Toetsing v hechtingsrelatie. De procedure waarbij ouder kind achterlaat met een vreemde. Ook kijken naar reactie als ouder terugkomt.

Toetsen wenselijk gedrag

kwaliteit vh sociale gedrag: CBL 6-18
of
Prosociaal of wenselijk gedrag: VABS

Preconventionele stadium, conventionele stadium en postconventionele stadium (morele ontwikkeling)

De morele ontwikkeling v Kohlberg verdeeld in deze drie stadia.
Pre= gedrag adhv de mate waarin ze hierin hoeveelheid straf of beloning ze krijgen
conventioneel = kind probeert zich te houden aan wettelijke regels
postconventioneel = in staat om persoonlijk geaccepteerde morele principes te handhaven ook als anderen niet eens zijn (meestal op latere leeftijd, na 16j)

Mijlpalen emotionele ontwikkeling

0-1j: herkennen en onderscheiden emoties, vreemdelingenangst, ouders belangrijk
1-4j: emoties in verband met gebeurtenissen, uiten complexere emoties, TOM ontwikkeling, 4-6 expressie net zo goed als bij volwassenen
6-10: angst dood, gemengdere emoties, zelfregulatie
10-12: angst sociale situaties, copingstrategien
12-21: toename onzekerheid, zelfbewuste emoties, seksualiteit, stemmingswisselingen

Onderzoek morele ontwikkeling

Socio-moreel interview. Er zijn hier weinig instrumenten voor

Onderzoek sociale informatieverwerking

Sociale Informatie Verwerking interview (SIV-interview). stadia vh model in kaart gebracht door te kijken naar reactie van een frustrerende situatie. Ook kijken naar het begrijpen van centrale thema's en causale verbanden  in sociale situatie

Onderzoek depressieve kinderen

- Childrens depression inventory (CDI)
- Depressie vragenlijst voor kinderen (DVK)
- Vragenlijst non-productieve denkprocessen (NPDK) --> gaat dieper in op piekerenverklaring gebeurtenissen.
Ouders CBCL --> naar aanleiding v schaal internaliseren kan doorgevraagd worden op concrete situaties

Onderzoek naar verstandelijke beperking

Vineland-Z, BSA en
SEO (specifiek voor het niveau) meet sociaal emotionele ontwikkeling

Onderzoek visuele en auditieve beperking

Visueel: YSR. Onderzoek naar de ontwikkeling van visueel beperkte met zelfde materiaal als ziende, verlichte tijdsdruk (onderschat hoeveel moeite dit kost) zelfrapportages etc via computer speciaal systeem.

auditief: Aangepaste lijsten zoals CBL of ToM (betere score omdat veel van Tom taken gerelateerd zijn aan taalaspecten)

Componenten v taal

Inhoud = semantiek = inhoudelijke aspect vd taal; betekenis v woorden
Taalvorm = grammatica, bestaande uit regels over hoe klanken woorden en zinnen vd taal gevormd worden
Taalgebruik = pragmatiek (regels v taal in sociale situaties)

Klinische definitie taalontwikkelingsstoornis

Wanneer kind op 18  maanden (1,5j) nog geen woorden zegt
Wanneer kind op 30 maanden (Bijna 3j)  nog geen zinnetjes produceert

dan doorverwijzen

Descreptief-linguistische benadering taalontwikkelingsstoornissen

Meer gericht op symptomen vh taalgedrag ipv categorie.
Dus kijkt naar componenten inhoud, vorm en interactie daartussen. Taalgedrag vergeleken met normaal ontwikkelde leeftijdsgenoten.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo