Intake en probleem analyse
3 belangrijke vragen over Intake en probleem analyse
Na het intake gesprek, stelt de diagnost een voorlopige Theorie op betreft de cliënt waarin beschreven wordt wat de problemen zijn van de cliënt en hoe ze verklaard kunnen worden.
Wat zijn 5 diagnostische handelingen voor het toetsen van de ''theorie''?
De voorlopige theorie wordt omgezet in concrete hypothesen. Een specifiek onderzoek instrumentarium wordt gekozen dat de geformuleerde hypothesen kan ondersteunen dan wel verwerpen. Er worden voorspellingen gedaan, zodat van tevoren duidelijk is of de hypothese aanvaard of verworpen zal worden. Instrumenten worden afgenomen en verwerkt. Op grond van de verkregen resultaten worden de hypothesen op beargumenteerde wijze aanvaard of verworpen. Dit leidt tot de diagnostische conclusie.
Wat zijn verschillende soorten verklaringen van ggg?
- De lotus (het licht bij de persoon zelf).
- De aard van controle (als het heeft te maken met een reden& oorzaak. Bv. Kersen plukken en uit de boom vallen – reden is zwaartekracht oorzaak is onvoorzichtig kersen plukken).
- Inducerende en continuerende condities (inducerend laat het gedragsprobleem ontstaan). Continuerend houdt het gedragsprobleem in stand).
- De aard van controle (als het heeft te maken met een reden& oorzaak. Bv. Kersen plukken en uit de boom vallen – reden is zwaartekracht oorzaak is onvoorzichtig kersen plukken).
- Inducerende en continuerende condities (inducerend laat het gedragsprobleem ontstaan). Continuerend houdt het gedragsprobleem in stand).
Welke fouten in beoordelingen kunnen wij maken?
Leniency-effect: Vrienden of bekende worden onbewust hoger ingeschat.
Het Halo-/Horn effect: Als iemand één goed ding doet, die gene associëren met meer goeie daden.
Logicafout: Neiging om gelijksoortige oordelen/eigenschappen samen te voegen.
Contrastfout: Neiging om anderen op een bepaalde eigenschap te beoordelen.
Neiging naar het gemiddelde: de neiging naar gemiddelde scores geven en extreme oordelen te vermijden.
Het Halo-/Horn effect: Als iemand één goed ding doet, die gene associëren met meer goeie daden.
Logicafout: Neiging om gelijksoortige oordelen/eigenschappen samen te voegen.
Contrastfout: Neiging om anderen op een bepaalde eigenschap te beoordelen.
Neiging naar het gemiddelde: de neiging naar gemiddelde scores geven en extreme oordelen te vermijden.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
