Samenvatting: Dictaat

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van dictaat

  • 1 Oncologie

  • 1.2 Indeling tumoren

  • Op welke manieren kunnen tumoren ingedeeld worden?

    1. naar de aard van de tumor: benigne, maligne
    2. naar de plaats van de tumor: pancreastumor, longtumor, etc.
    3. naar celtype of weefsel waaruit zij zijn ontstaan
  • 1.3.1 Benigne tumor

  • Wat is een benigne tumor + kenmerken?

    Een woekering van cellen, die plaatselijk blijft, en gezondheid en leven van de patient (meestal!) niet rechtstreeks bedreigd; kenmerken:
    • groeiwijze: niet-infiltratief: omgeven door een kapsel, waarbinnen het groeit.
    • groeiwijze: expansief: het omgevende weefsel wordt opzij gedrukt maar niet verwoest.
    • metastasering: de tumor metastaseert niet, zaait niet uit.
    • soms maligne ontaarding/degeneratie.
  • 1.3.2 Maligne tumor

  • Wat is een maligne tumor + kenmerken?

    Een gezwel dat niet plaatselijk blijft en gezondheid en leven van de patient bedreigt; kenmerken;
    • groeiwijze: infiltratief: dringt het omringende weefsel binnen met talrijke uitlopers.
    • groeiwijze: destructief: verwoest het omgevende weefsel.
    • metastasering: de tumor metastaseert, zaait uit: de tumor vreet een bloed- of lymfevat aan, cellen laten los en worden naar elders vervoerd, waar zij kunnen uitgroeien tot dochtergezwellen (metastasen of secundaire tumoren).
  • 1.3.3 Metastaseringstypen

    Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.3.3
    Laat hier meer flashcards zien

  • Hoe verloopt de lymfogene metastasering?

    • Via de lymfebanen; de losgelaten tumorcellen lopen vast in het eerstvolgende station (regionale lymfeknopen);
    • uiteindelijk komt de lymfe, en de daarmee versleepte cellen via de ductus thoracicus in de vena cava terecht en metastaseert het verder volgens het hematogene type; bijvoorbeeld een mammatumor: lymfeafvoer naar de okselklieren: daar zullen dus de eerste metastasen ontstaan.
  • Hoe verloopt de hematogene metastasering?

    • Via de bloedvaten; de tumor groeit door de venewand heen en tumorcellen worden met de bloedstroom vervoerd.
    • De metastasering gaat door na de eerste generatie metastasen: bijvoorbeeld de primaire tumor zit in het colon. De secundaire tumor (metastase) in de lever (vena porta type), de tertiaire tumor in de longen (vena cava type), de quarternaire tumor in de hersenen (vena pulmonalis type) etc.
  • Typen hematogene metastasering?

    • vena cava type: de tumor metastaseert via de vena cava naar de longen, de primaire tumor zit bijvoorbeeld in de benen, armen, testis, nieren, blaas; vanuit de longen is weer metastasering mogelijk volgens het vena pulmonalis type.
    • vena porta type: de tumor metastaseert via de vena porta naar de lever, de primaire tumor ligt in het stroomgebied van de vena porta: maag, pancreas, colon.
    • vena pulmonalis type: de tumor metastaseert via de vena pulmonalis naar de grote bloedsomloop (aorta en vertakkingen) dus metastaseren in de hersenen, lever (via de arteria hepatica), extremiteiten (botten); de primaire tumor zit in de long.
  • Veel tumor hebben een typische metastaseringspatroon, vb?

    De eerste metastase van het prostaatcarcinoom wordt vaak in de lumbale wervels gevonden.
  • Sommige tumoren metastaseren zelden of nooit, vb?


    Basaalcelcarcinoom van de huid metastaseert nagenoeg nooit en het glioblastoom in de hersenen uiterst zelden.
  • 1.4 Indeling naar celtype of weefsel

  • Hoe worden tumoren naar de 4 histologische groepen van weefsels ingedeeld?

    1. uitgaande van dekweefsels: het epitheel en het daaruit ontstane klierweefsel:
    • maligne: achtervoegsel '-carcinoom' bijvoorbeeld adenocarcinoom
    • benigne: achtervoegsel '-oom' bijvoorbeeld adenoom, papilloom, epithelioom
    1. uitaande van steun- en vulweefsels:
    • maligne: achtervoegsel '-sarcoom' bijvoorbeeld fibrosarcoom, osteosarcoom, chondrosarcoom.
    • benigne: achtervoegsel '-oom' bijvoorbeeld fibroom, chondroom, lipoom, hemangioom, osteoom
    1. uitgaande van spierweefsel:
    • maligne: achtervoegsel '-sarcoom' bijvoorbeeld myosarcoom
    • benigne: achtervoegsel '-oom bijvoorbeeld myoom

    1. uitgaande van het zenuwweefsel: hierbij is het onderscheid benigne/maligne aan de hand van het achtervoegsel minder duidelijk:
    • maligne: meningeosarcoom, neuroblastoom
    • benigne: meningeoom, neurinoom
  • Vuistregel histologische typering van een tumor?

    • carcinomen metastaseren bij voorkeur lymfogeen
    • sarcomen bij voorkeur hematogeen

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart