Samenvatting: Didactische Werkvormen Reader | 9812775500002 | NCOI
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Didactische werkvormen reader | 9812775500002 | NCOI
-
6 Blended learning in de praktijk: een kwestie van kiezen (Jos Fransen en Pieter Swager, Lectoraat eLearning, 2007)
Dit is een preview. Er zijn 12 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 6
Laat hier meer flashcards zien -
Afbeelding 1: Drie hoofdvragen
- Wat is het doel?
- Hoe komen we daar?
- Hoe weten we of doel is bereikt?
-
5. Karakteristiek van de lerenden (Wat is de karakteristiek van de lerenden?)
De karakteristieken van de lerende kunnen worden opgesplitst naar skill (de vermogens tot zelfsturing) en will (aspecten van motivatie). Zie afbeelding 5. -
6. Distributie van leerinhouden (Hoe distribueer je leerinhouden?)
We maken onderscheid tussen lokaal of verspreid aanbieden en tussen de positie die de lerende inneemt in het kader van ontwerp en beheer van inhouden (focus of control). Daarmee ontstaan vier leerpraktijken, afhankelijk van wie sturing heeft op inhoud en proces:- Sturing op beide door instituut: traditioneel aanbodgericht onderwijs of een aanbod aan gestandaardiseerde trainingen;
- Sturing op beide door student/cursist: autonoom leren, ofwel het leren dat mensen zelf ook vormgeven en besluiten te sturen, zoals informele leerprocessen in leergemeenschappen of organisaties;
- Gedeelde sturing: zelfgestuurd of zelfregulerend leren (processturing door student/cursist);
- Competentiegericht onderwijs (inhoudssturing door de student/cursist).
-
7. Keuze media (Hoe kies je de media?)
De keuze van de media is van groot belang: welke boeken willen we standaard aanbieden, hebben we cd-roms, ppt-presentaties of video's die je nog eens kunt "nalezen" of die de start zijn van een periode als F2F niet passend of mogelijk is, of als iemand de startbijeenkomst gemist heeft? Zie afbeelding 7.
Je kunt ook denken aan de bewuste inzet van beeld (demonstratie/introductie/ter motivering) of geluid (muziek/registratie/hoorcollege) bij het vormgeven van een leerpraktijk. -
8. Soorten communicatie (van welke soort communicatie is sprake?)
F2F of op afstand?
Vergaderen weF2F of op afstand m.b.v.Breeze ?Breeze is een vriendelijk en eenvoudig toe te passenvideocommunicatieprogramma waarmee je op afstand (m.b.v. eenwebcam op je computer) kunt vergaderen,informeel kletsen etc. Fijn als je elkaar niet kunt ontmoeten, maar toch wilt overleggen of samen wilt werken aan een werkstuk/opdracht. -
8. Soorten communicatie (van welke soort communicatie is sprake?)
Synchroon of asynchroon?
We beschikken over de mogelijkheden te chatten, e-mailen, discussiëren online, maar is een chat wel zo geschikt en laten we voltijders e-mailen naar de docent, of willen we dit helemaal niet? -
8. Soorten communicatie (van welke soort communicatie is sprake?)
Groep of individu?
De keuze van het meest geschikte communicatiemiddel is ook afhankelijk van de emotionaliteit van de situatie en de gelaagdheid van het medium.
Niet genoemd worden in de afbeelding hiernaast nieuwe media zoals Vlogs, Blogs, Wiki's die voor docenten vaak onbekend zijn als medium, maar die door studenten wellicht wel gebruikt kunnen worden. -
9. Competenties van de docent (e-Trainer/e-Tutor)Wat zijn de benodigde competenties van de e-Trainer/e-Tutor?)
De rol van de docent verandert vanzelfsprekend ook als het onderwijs verandert: een docent begeleidt leerprocessen, stuurt studenten en studentengroepen aan, geeft instructie etc., zowel F2F als online. Hij moet daarbij afhankelijk van de situatie keuzes maken. We noemen zo iemand een e-Tutor.
Het competentieprofiel van de e-Tutor/e-Trainer omvat vier "brede" beroepscompetenties en een voorwaardelijke competentie gericht op reflectie en zelfsturing. Zie afbeelding 9. -
7 What is technological pedagogical content knowledge? (Matthew Koehler and Punya MIshra, 2009)
Dit is een preview. Er zijn 9 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 7
Laat hier meer flashcards zien -
Een benadering van het denken over technologische integratie
Onderwijs is een interactie tussen wat docenten weten en hoe ze dat toepassen in de unieke omstandigheden of context in hun klaslokalen. Onderwijs met technologie is een complexe, slecht gestructureerde taak. Om te komen tot een succesvolle technologische integratie moeten opleiders nieuw inzicht ontwikkelen en deze complexiteit omarmen. -
Content Knowledge (CK)
Content Knowledge (CK) is de kennis van de docent over te leren of onderwezen onderwerp. Die van groot belang voor docenten. Deze kennis houdt in: concepten, theorieën, ideeën, organisatorische raamwerken, kennis van materiaal en bewijs, evenals vastgestelde werkwijzen en benaderingen van ontwikkeling van deze kennis.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden