Samenvatting: Discounted Cashflow Methode | 9789082615623 | Peter Schuitmaker
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Discounted cashflow methode | 9789082615623 | Peter Schuitmaker
-
2 Waarde
Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
Laat hier meer flashcards zien -
Waarom is een waarnemer/investeerder veelal niet geïnteresseerd in de historie van een bedrijf?
De investeerder wilt graag weten wat hij in de toekomst als rendement krijgt. Dus wat hij voor toekomstige kasstromen ontvangt. -
De (DCF) discounted cash flow methode wordt gezien als de meest zuivere waarderingsmethode, hoezo is dat?
Bij de DCF methode maakt een waarderingsdeskundige toekomstige kasstromen op een één of andere manier contant. Hierdoor weet de investeerder wat hem ongeveer te verwachten staat. -
Wat zijn de meest gebruikte varianten van de DCF methode?
De WACC
De APV (adjusted present value)
De CTE (cash to equity) -
18 Lessen waardebepaling
Dit is een preview. Er zijn 46 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 18
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe luidt de definitie van marktconcentratie Cn?
De definitie van markconcentratie is het aandeel van de grootste aanbieders. Hierbij kijk je wie de grootste aanbieders zijn en welke portie van de markt zij in handen hebben. -
Waarin verschilt een particuliere hypotheekaanvraag van een zakelijke hypotheekaanvraag? Noem 2 verschillen.
1. Particulieren krijgen een BKR-toetsing. Dit is bij ondernemingsfinanciering niet mogelijk.
2. Risico-inschattingen zijn bij een ondernemer veel complexer dan bij de particulier. -
Waarom wil een bank weten welke ondernemingsvorm haar zakelijke klanten gebruikt?
De ondernemingsvorm geeft de bank een risico inschatting. Elke vorm heeft voor- en nadelen. Door dat je weet welke ondernemingsvorm een klant heeft weet je ook wie aansprakelijk is. -
Wat wordt er verstaan onder de begrippen en interne concurrentie en externe concurrentie?
Interneconcurrentie : Concurrentie tussenondernemingen op de zelfdebedrijfstak .
Externeconcurrentie : Concurrentie tussenbedrijfstakken in eenbedrijfskolom . Gericht op hetverwerven van een zo groot mogelijkaandeel in detoegevoegde waarde enwinstmarge . -
Welke ondernemingsgedragingen ken je?
- Winstmaximalisatie
- Streven naar continuïteit, innovatie/investeren
- Toe- en uittreden. -
Welke voordelen heeft juridische concentratie (Franchise ondernemer, inkoopcombinatie of vrijwillig filiaalbedrijf)?
Door een juridische concentratie creëert men schaalvoordelen bij de inkoop. -
Hoe bereken je de ondernemingswaarde aan de hand van de APV methode?
FCF (vrije kasstroom) / Keu + ((VPB x Rente x Obligatie)/marktrente)
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden