Samenvatting: Dsm
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van DSM
-
DSM
Dit is een preview. Er zijn 74 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 02/02/2017
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn de voordelen van classificatie? Het zijn er 6
- Objectiviteit: dezelfde criteria
- Communicatie: zelfde bedoeling onderling
- Beter onderzoek kunnen doen
- Betere behandeling
- Betere voorspelling/prognose
- Erkenning voor de client -
Wat zijn de nadelen van classificatie? Het zijn er 4
- stigmatisering
- classificatie wordt een verplichting vanuit de zorgverzekering
- biologisch-medisch model
- categoriën zijn ontoereikend, werkelijkheid is te complex -
Indeling: Psychotrauma- en Stressgerelateerde stoornis
- reactieve hechtingsstoornis
- post traumatische stressstoornis -
Hoe komen we aan kennis over stoornissen?
1 op de 3 mensen komt ermee in aanraking. Kennis wordt verworven door wetenschappelijk onderzoek en persoonlijke verhalen -
Welke verschijnselen zijn een voorwaarde voor opname in de DSM?
- emotioneel lijden
- ernstige belemmeringen in het functioneren
- gedrag dat lijdt tot emotioneel lijden/pijn
- belemmering houdt langdurig aan en past niet meer binnnen een normale reactie binnen de culturele context -
Waar komt afwijkend gedrag vandaan volgens de DSM?
Complexe interactie van genetische aanlegfactoren en omgevingsfactoren. Iemand lijdt ergens aan, hij/zij is niet de stoornis. -
Waar zijn gedragspatronen op geordend binnen de DSM?
op grond van gemeenschappelijke factoren -
Beoordelingsmethoden: Klinisch interview. Vertel:
Het klinisch interview is het meest gebruikt. In dit interview spelen het gedrag, de emoties, de feiten en de gegevens rondom een patient een rol en de invloed die dit heeft op de interviewer/behandelaar.
Onderdelen:
1. Gegevens verzamelen
2. Beschrijving van het probleem
3. Psychosociale geschiedenis
4. Medische/Psychiatrische geschiedenis
5. Somatische problemen/medicijngebruik -
Waar staat IQ voor?
Intelligentie Quotient -
Welke stappen horen er bij een cognitieve gedragsbeoordelingsmethode?
1. In welke situaties denk ik dit?
2. Welke gedachtes heb ik?
3. Welk gedrag hoort hierbij?
4. Wat zou een rationele respons zijn?
5. Wat is het emotionele resultaat van deze handeling?
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden