Startpagina / Samenvattingen / Class notes - EBD / sociaal-gedrag-autisme

EBD Autisme en Schizofrenie

30 belangrijke vragen over EBD Autisme en Schizofrenie

Welke stoornissen vallen onder de pervasieve stoornissen?

- autistisch spectrum stoornis (ASS)
autistische stoornis
asperger
Rhett
CDD
PDD-NOS
- schizofrenie

Welke 3 aspecten bevatten de primaire kenmerken van autisme?

sociale interactie
communicatie
restrictief, repetitief en stereotyp gedrag en interesses

Wat zijn de primaire kenmerken die bij sociale interactie horen?

vertraagde of atypische achteruitgang in:
- emotie
- gezichtsverwerking
- imitatie
- aandacht voor sociale stimuli
- gezamenlijke aandacht (joint attention) (aandacht voor object delen met iemand anders)

Wat zijn de primaire kenmerken die horen bij communicatie?

- 30% leert niet om te praten
- problemen met non-verbale communicatie
- echolalie: herhalen wat de ander zegt
- pronoun reversal: omkeren van ik en hij/zij

Wat zijn de primaire kenmerken van een restrictief, repetitief en stereotype gedrag en interesses?

er zijn 2 categorieën:
- repetitief sensorimotorisch gedrag: bv. rondjes draaien of flapperen met handen. (lager niveau)
- aandringen op eentonigheid: preoccupatie met aspecten van de omgeving vb. getallen, hobby's of motorische routines (hoger niveau)

Leg de begrippen splintervaardigheid en savant vermogen uit.

splintervaardigheid wil zeggen dat de vaardigheden veel beter zijn dan verwacht op basis van de intelligentie
savant vermogen: vaardigheden zijn beter ontwikkeld dan bij normaal ontwikkelde kinderen

Wat betekend centrale coherentie?

stukjes informatie aan elkaar koppelen tot een geheel

Welke comorbide stoornissen zijn er met autisme?

- angst
- depressie
-hyperactiviteit
- oppositioneel gedrag

Welke testen kun je uitvoeren om de ToM tekorten te meten bij kinderen met autisme?

- Sally&Anne test: poppetjes en knikkers
- faux pas: verhaal voorlezen waarin een faux pas(per ongeluk iets zeggen dat mogelijk een negatieve invloed heeft op persoon B) wordt gemaakt. kind moet dan begrijpen dat persoon A en B beide andere kennis hebben en dat de opmerking van persoon A de emoties van persoon B beïnvloed

Welke redenen zijn er voor de sterke stijging van de diagnose van autisme?

- criteria zijn ruimer geworden
- op jongere leeftijd gediagnosticeerd door toegnomen inzicht in PDD
- ouders zijn meer bekend met de symptomen
- diagnose is gestimuleerd door uitbreiding van diensten
- diagnostisch switchen: van een andere diagnose naar autisme

Er zijn drie patronen van aanvang van autisme, welke?

- afwijkingen worden in het eerste levensjaar zichtbaar, bij meeste kinderen het geval
- rond 2-jarige leeftijd is er sprake van enige vertragingen, ontwikkeling stopt geleidelijk of abrupt
- een bijna normale ontwikkeling wordt gevolgd door het verlies van eerder verworden taal/sociale/ motorische vaardigheden

Welke hersengedeelten behoren tot het 'sociale' brein?

- temportaal-limbisch systeem
- frontale kwabben
- cerebellum

Stelling I: er is bewijs voor genetische aanleg tot autisme
Stelling II: in het cerebrum zit veel grijze en witte stof
Stelling III: in het cerebellum zit veel witte stof

Welke van de stellingen is/zijn juist?

Allemaal juist

Uit onderzoek blijkt dat er sprake is van minder activiteit in twee gedeelten van de hersenen, welke?

- frontale kwabben
- limbische systeem (vooral amygdala)

Er zijn enkele prenatale en perinatale factoren die met autisme worden geassocieerd, welke?

- oudere leeftijd van de ouders
- medicatiegebruik door moeder
- bloedingen bij moeder
- geboortevolgorde
- moeder die in het buitenland is geboren

Dawson en Faja hebben een driedelig model ontwikkeld, leg kort uit hoe dit model in elkaar zit.

Dit model stelt dat genetische en omgevingsfactoren leiden tot hersenafwijkingen, die invloed hebben op interacties tussen het kind en de omgeving. deze interacties verstoren de input die cruciaal is voor de verdere hersenontwikkeling, wat dus leidt tot extra hersenafwijkingen en autisme

Wat zijn kenmerken van het syndroom van Asperger?

- problemen in de sociale interactie en restrictieve repetitieve en stereotype gedragingen
- geen vertragingen in taalontwikkeling, cognitieve ontwikkeling, adaptief gedrag (behalve sociaal) en nieuwsgierigheid naar leefomgeving
- tekorten in het gebruik van non-verbaal gedrag
- weinig empathisch
- soms obsessieve en beperkte interesses
- vaak secundaire problemen
- minder motorische symptomen
- meer beperkte interesses

Wat zijn de DSM criteria van CDD?

CDD: childhood disintegrative disorder
- kind ontwikkeld tot 2 jarige leeftijd normaal, maar daarna verlies van veel verworden vaardigheden
- symptomen moeten voor 10-jarige leeftijd aanwezig zijn
- verlies van vaardigheden vind op latere leeftijd plaats dan bij autisme

DSM criteria:
er moet sprake zijn van een significant verlies van vaardigheden op tenminste twee gebieden:
- taal
- sociale vaardigheden
- zindelijkheid
- spelgedrag
- motorische vaardigheden

er moet sprake zijn van abnormaal gedrag op 2 van de gebieden:
- sociale interactie
- communicatie
- restrictief repetitief of stereotype gedrag

Welke overige kenmerken zijn er voor CDD?

- CDD ontstaat rond 3/4 jarige leeftijd
- vaker onder jongens dan onder meisjes
- vaker mutisme
- vaker lager IQ dan 40

Wat zijn de kenmerken van het syndroom van Rett?

- ontwikkeld in de eerste maanden na geboorte normaal, tussen 6-18 maanden na geboorte begint achteruitgang
- vertraagde groei van hoofd
- verlies van handvaardigheden
- achteruitgang op de grove motoriek
- sociale problemen
- beperkte taalontwikkeling
- vertraagde fysieke groei
- ernstige of diepgaande verstandelijke beperking
- vaker onder meisjes

Wat is vooral belangrijk bij het afnemen van een assessment?

assessment moet veel omvattend zijn en een ontwikkelingsanamnese is belangrijk

Wat zijn er voor preventieprogramma's ontwikkeld voor autisme?

- goede prenatale zorg en verbeteren van omgevingsfactoren
- vroege identificatie en behandeling zijn belangrijk
- programma's voor op school of thuis, gericht op gedragstechnieken, IQ, taalontwikkeling en algemene ontwikkeling

Welke farmacologische behandelingen worden ingezet voor de behandeling van ASS?

- probleem gedrag verminderen
- antipsychotische medicatie gericht op dopamine en serotine

Er zijn twee soorten gedragsbehandelingen, welke?

- gedragsbehandelingen gericht op specifieke doelen zoals taalvaardigheden, sociale vaardigheden of maladaptief gedrag
- intensieve, langdurige en veelomvattende gedragsbehandelingen gericht op primaire en secundaire symptomen van autisme

In het onderwijs is IDEA geïnstalleerd, wat houdt dit in?

IDEA: individuals with disabilities education act.
zorgt voor afnemende institutionalisering en toenemende onderwijsmogelijkheden
voordeel inclusie: sociaal vaardig gedrag modelleren

Wat zijn de DSM criteria voor schizofrenie?

minimaal 2 symptomen voor ten minste 6 maanden
kindertijd en adolescentie: het verwachte niveau van interpersoonlijke, academische of beroepsmatige ontwikkeling wordt niet bereikt
positieve symptomen:
- hallucinaties
- wanen
- gedesorganiseerde spraak
- gedesorganiseerd gedrag

- negatieve symptomen: ontbreken van normaal gedrag

Wat zijn secundaire kenmerken van schizofrenie?

-motorische afwijkingen
- minor psysical anomalies
- beperkte communicatieve vaardigheden
- sociale problemen
- emotionele problemen
-laag IQ

Stelling I: motorische problemen, coordinatieproblemen en minor physical anomalies duiden op neurobiologische afwijkingen
Stelling II: neurotransmitters dopamine, serotine, GABA en glutonmaat spelen een rol

Welke stellingen is/zijn waar?

beide waar

Wat stellen het kwetsbaarheids-stress-model en het neuro-ontwikkelingsmodel over schizofrenie?

kwetsbaarheidsstressmodel: interactie van genetische factoren met omgevingsstress
neuro-ontwikkelingsmodel: de vroege hersenontwikkeling kenmerkt problemen in taal, motoriek, cognitief, sociaal en psychologisch functionreren

Welke behandelingen zijn er voor schizofrenie?

farmacologisch: anti-psychotische en tweede generatie anti-psychotische medicijnen (minder bijwerkingen)
psychosociale interventie: vaardigheidstraining en CGT
gezinstherapie

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

EBD

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding