Samenvatting: Ecomo Onderbouw(D). | 9789042535671 | C H M Bentlage, et al

Samenvatting: Ecomo Onderbouw(D). | 9789042535671 | C H M Bentlage, et al Afbeelding van boekomslag
  • Deze + 400k samenvattingen
  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Gebruik deze samenvatting
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van EcoMO onderbouw(d). | 9789042535671 | C.H.M. Bentlage ... [et al. ; red. Fidder & Löhr ; fotogr.: Gijs Bekenkamp ; cartogr.: Raymond Nijssen ; ill.: Jan Willem Wennekes ... et al.].

  • 1 Economie Thuis

  • 1.1.1 De jonge consument

    Dit is een preview. Er zijn 16 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1.1
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat zijn stoffelijke goederen?

    Goederen die vast kan pakken of aan kan raken.

     

  • Hoe worden goederen genoemd die je meer dan één keer kunt gebruiken?

    Deze worden duurzame consumptiegoederen of gebruiksgoederen genoemd.
  • 1.1.2 Consumptie in Nederland

    Dit is een preview. Er zijn 12 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1.2
    Laat hier meer flashcards zien

  • wat zijn niet-duurzame consumptie goederen

    consumptie goederen die maar 1 keer gebruikt kan worden
  • Noem 4 redenen voor de toename van de totale consumtpie in Nederland?

    - De bevolking groeit
    - Door de stijgende inkomens neemt de koopkracht toe
    - Nieuwe producten doen nieuwe behoeften ontstaan
    - De prijzen van consumptiegoederen stijgen.
  • 1.1.3 Schaarste en welvaart

    Dit is een preview. Er zijn 21 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1.3
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wat zijn een beperkt aantal goederen 

    Om te kunnen produceert heeft een bedrijf bijvoorbeeld arbeidskracht nodig, maar ook fabrieksgebowen, machines grondstoffen en transportmiddelen en natuurlijke hulpbronnen MAAR die zijn niet onbeperkt voorhanden 
  • Wat betekent beperkt aantal productiemiddelen?

    Wanneer productiemiddelen en arbeidskracht om iets te produceren niet oneindig voorhanden is.
  • 1.1.4 Kopen en betalen

    Dit is een preview. Er zijn 17 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1.4
    Laat hier meer flashcards zien

  • Wanneer is er sprake van directe ruil of ruil in natura?

    Als er goederen tegen goederen worden geruild.
  • Wanneer heb je een negatief saldo?

    Als je rood staat, dan heb je dus een schuld.
  • Wat is een bank- of rekeningafschrift

    Dit is een overzicht van alle bij- en afboekingen van de afgelopen periode deze heten mutaties.
  • Wat betekent mutaties debet

    hoeveel er van je bankrekening wordt afgeschreven

Om verder te lezen, klik hier:

Lees volledige samenvatting
Deze samenvatting +380.000 andere samenvattingen Een unieke studietool Een oefentool voor deze samenvatting Studiecoaching met filmpjes
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart