Consumentengedrag - consumentensurplus en vraaglijn
7 belangrijke vragen over Consumentengedrag - consumentensurplus en vraaglijn
Wat is het totale consumentensurplus van de vier vrienden?
- Surplus Johan: € 0,30
- Surplus Amir: € 0,20
- Surplus Renske: € 0,10
- Totaal surplus: € 0,60
Hoeveel ijsbolletjes worden bij een prijs van € 1,20 verkocht?
Wat is de omzet bij een prijs van € 1,20?
- Berekening:
- - 800 ijsbolletjes x € 1,20
- - Omzet: € 960 per dag
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Wat is de formule voor de vraaglijn?
- Formule: \( q_v = -1.000p + 2.000 \)
- \( q_v \): gevraagde hoeveelheid ijsbolletjes per dag
Wat is het consumentensurplus bij een prijs van €1,20?
- Consumenten willen meer dan €1,20 betalen.
- Het consumentensurplus is het gebied van de gele driehoek.
- Surplus wordt berekend doordat de bereidheid tot betalen hoger is.
Hoe bepaal je de betalingsbereidheid van een consument?
- Maximale bedrag dat een consument voor een product wil betalen.
- Heeft invloed op koopgedrag.
- Kan variëren per persoon.
Waarom heeft Claudia geen consumentensurplus?
- Haar betalingsbereidheid gelijk aan werkelijke prijs.
- Geen verschil of voordeel.
- Surplus ontstaat bij betalen minder dan bereidheid.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden