Macro-waarom?

13 belangrijke vragen over Macro-waarom?

Welke factoren zorgen voor een verschuiving van het GAC op de korte termijn?

De verandering van de aanbodcurve op de korte termijn heeft te maken met de kosten.
Inputprijzen

  • Prijzen van de binnenlandse productiefactoren
  • Prijzen van de geïmporteerde productiefactoren
Productiviteit
  • Een hogere productiviteit, zorgt voor lagere kosten, dus GAC naar rechts.
Belastingen
  • Meer belastingen, zorgen voor hogere kosten, dus GAC naar links (en andersom)
Regulering
  • Dit werkt indirect. Als er meer regulering is, en de kosten hierdoor omhoog gaan, dan zal GAC naar links verschuiven (en andersom)

Wat is het macro-economisch evenwicht?

  • Het evenwicht is waar de GV = GA. Als er niks aan die factoren verandert blijven we in dit evenwicht.
  • Maar een evenwicht is niet per definitie gewenst, want het kan ook een punt zijn waar:
    • Er werkloosheid is
    • Er bestedingsinflatie is
    • Er kosteninflatie is
      • Dit is dus niet per se weggewerkt door de macro-economie.

Wat kan je doen met het begrotingsbeleid in zowel een economische neergang en een opleving?

  • Met het begrotingsbeleid kan je;
    • in een neergang, dus waarin er te weinig vraag is, en het BBP te laag, de economische groei stimuleren.
      • De overheidsuitgaven toenemen
      • Belastingen dalen
      • Een combinatie van 1 en 2.
  • Je kunt in een opleving, waarin er teveel vraag is, de economische groei afremmen. Dit is ook gevaarlijk, want dan is er meer prijsstijging, want we zitten al voorbij full employment level of output. Je kan in het begrotingsbeleid:
    • De overheidsuitgaven laten afnemen
    • Belastingen toenemen
    • Een combinatie van 1 en 2.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat is het verschil tussen het effect van de overheidsuitgaven en de belastingen?

  • De overheidsuitgaven werken direct en voor 100%, maar de belastingen niet in de eerste ronde, want deze moeten het indirect gaan doen in de consumptie.

Welke problemen zijn er bij het begrotingsbeleid?

  • Tijdsverlies
    • Herkenningslek; men heeft nog niet gelijk door of we in een expansie of een recessie zitten, omdat de economie elke maand weer anders is.
    • Bestuurlijk lek; de tijd tussen het herkennen dat er iets gedaan moet worden en daadwerkelijk iets doen
    • Operationeel lek; tijd tussen het invoeren van een maatregel en het effect op de uitput.
  • Omvang van de maatregelen
  • Politieke overwegingen
  • Lokaal overheidsbeleid
  • Toekomstige beleidsveranderingen
  • Huidige gedachten over het begrotingsbeleid
  • Crowding-out effect

Hoe was het begrotingsbeleid tot eind jaren 70 geregeld?

Tot de jaren 70 werd er een "structurele begrotingsbeleid" gevoerd en was erg Keynesiaans, en erg geleund op de automatische stabilisatoren. Dit beleid was gericht op macro-economisch evenwicht.
  • De overheid mocht een structureel tekort hebben van enkele procentpunten BBP. In een recessie zit dat tekort erboven, en in een expansie eronder.
  • Na de oliecrisis begon de werkloosheid op te lopen en er was sprake van zowel een kosten- als een bestedingsinflatie.
  • Het tekort van de overheid nam steeds toe.
  • Uiteindelijk in de jaren 80 een herstel.

Hoe het begrotingsbeleid in de jaren 90? Welke 3 eisen bestaan er?

In de jaren 80 stond in het teken van "sanering van de overheidsfinancien" en het tekort nam langzaam af door de bezuinigingen.
In de jaren 90 werden er voorbereidingen getroffen om te komen tot een EMU met 1 gemeenschappelijke munt. Er waren 2 eisen met betrekking op de overheidsfinancien:
  • EMU-normen
    • Schuld mag niet meer dan 60% zijn van het BBP
    • Tekort mag niet meer zijn dan 3% zijn van het BBP.
    • Structurele saldo moet in de buurt van 0 zitten.
      • Als dat lukt: begroting dempt conjunctuurschokken.

Wat is vergrijzing en is dit een probleem?

  • Ouderen worden steeds ouder, en ook gezonder ouder. En relatief minder jongeren.
  • Er is dus een grijze druk, want de verhouding tussen gepensioneerde en de werkenden wordt steeds schever.
    • Is dit een probleem?
      • Niet voor ons welzijn, maar wel een financieel probleem: AOW, zorg etc.

Welke grote dilemma zit erin op de korte- en de lange termijn?

Lange termijn: sanering overheidsfinanciën nodig
Korte termijn: sanering versterkt een recessie

Waarom zal je handel drijven met meerdere landen? Noem hierbij iets over absolute- en comparatieve voordelen.

  • Als er wederzijds voordeel te behalen is
    • Als de 1 beter is in het ene, en de ander beter in het andere: absolute voordelen
    • Maar vaak ook als de 1 beter is in beide dingen: comparatieve voordelen
      • Maar ook dan is het beter als ze beide in 1 ding specialiseren, want door te specialiseren (ook al is de ander niet beter in dat product dan het andere land), zit daar een verbetering in.
      • Want: specialisatie levert winst op.
      • Dus hetgeen wat jij niet maakt, importeren, en wat jij wel maakt ga je exporteren; dus een ruilhandel.

Wanneer stop je met specialiseren?

  • Je constante kosten gaan toenemen als je specialiseert, dit betekent dat het kostenvoordeel bij specialisatie op een gegeven moment ophoudt, dus je stopt met specialiseren als je MK te hoog zijn geworden.
  • Dus gedeeltelijke specialisatie, maar dit levert voor beide voordeel op.

Wat is dus de conclusie bij comparatieve voordelen?

  • Bij comparatieve voordelen:
    • Voordelige of gedeeltelijke specialisatie levert wederzijds voordeel op

Wie zijn de winnaars van de importheffingen?

  • De binnenlandse arbeidskrachten/ondernemers, want zij hebben minder importconcurrentie.
    • Bijvoorbeeld: in Nederland produceren de boeren kaas tegen een bepaalde prijs, maar de kaas is in Engeland een stuk goedkoper, dus willen wij meer importeren vanuit het buitenland. Hier zijn de boeren in Nederland niet blij mee, dus importheffingen zorgen ervoor dat je deze arbeidskrachten beschermd.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo