Samenvatting: Effectief Verplegen 1 | 9789057401244 | onder van Th van Achterberg, et al
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Effectief verplegen 1 | 9789057401244 | onder red. van Th. van Achterberg, A.M. Eliens, N.C.M. Strijbol.
-
6 Delirium
Dit is een preview. Er zijn 20 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 6
Laat hier meer flashcards zien -
Wanneer ontstaan deze symptomen en hoe is de ernst van de symptomen?
De symptomen ontstaan in korte tijd en wisselen in ernst gedurende de dag. -
Is een delirium een medische diagnose die beschreven wordt in de DSM-IV?
Ja -
Benoem de 4 citeria van Delirium DSM-IV.
A)Bewustzijnsstoornis met vermindere concentratievermogen
B)Verandering in cognitieve functie of ontwikkeling waarnemingsstoornis
C) Stoornis ontwikkelt zich in korte tijd en fluctueert gedurende de dag,
D) Er zijn aanwijzingen voor het feit dat de oorzaak een direct fysiologische consequentie is van een somatische aandoening:
1) A+B voortvloeiend uit intoxicatie.
2) A+B zich ontwikkeld als gevolg van onthoudingssyndroom
3) multiple oorzaken.
4) Onvoldoende aanwijzingen voor 1 t/m 3 -
Is een delirium een disciplinair probleem?
nee, Multidisciplinair -
Symptomen van een Delirium zij het fluctuerende bewustzijn, aandachts-, geheugen-, waarnemingsstoornissen en gedesorganiseerd denken. Wanneer op de dag zijn deze symptomen het hevigst?
Eind van de middag, 's avonds en 's nachts. -
De Diagnose wordt gesteld aan de hand van de criteria van de DSM-IV (diagnostic statistical manual). Door wie worden deze criteria opgesteld?
American Psychiatric Association. -
Wat is er aan de hand bij een patiënt met hyperactieve delier?
- Verhoogd bewustzijn; wat zich uit in bijv. hallucinaties en waarnemingsstoornissen.
- Verhoogde psychomotoriek; uit zich in grote lichamelijke onrust. -
Beschrijf de patiënt situatie bij een bewustzijnsstoornis met verminderde concentratie.
Patiënt lijkt onbereikbaar, kijkt glazig voor zich uit en is niet instaat om contact te maken. De veranderende concentratie varieert van ernstige apathie tot sterk toegenomen prikkelbaarheid en overgevoeligheid voor prikkels. De patiënt reageert dus niet/nauwelijks (hypo-actief) of juist heel heftig (hyper-actief) op dingen die hij hoort, ziet, ruikt, voelt of proeft. -
Waar ontstaat de verandering in cognitieve functies uit?
Geheugenstoornissen, desoriëntatie, vermindering in het vermogen tot georganiseerd denken. -
Waar is bij een delirium altijd sprake van als het gaat om geheugenstoornissen en desoriëntatie?
Bij een Delirium is er altijd sprake van desoriëntatie in tijd. De patiënt kan heel goed antwoorden op vragen uit het verleden, maar niet meer op wat er pas is gebeurt.
Bij een ernstig delier kan desoriëntatie in plaats en persoon optreden.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden