Samenvatting: Effectief Verplegen3, Hoofdstuk 7 Verpleegproblemen Bij Kwetsbare Ouderen

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Effectief Verplegen3, Hoofdstuk 7 Verpleegproblemen bij kwetsbare ouderen

• 4 Beschrijving van relevante kennis

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 4
  Laat hier meer flashcards zien

• 4.1.1.1 cardiovasculaire systeem

• Wat veroudert in het cardiovasculaire systeem bij het ouder worden

  • Arteriële stijfheid (verstijving van de vaten)
  • agiogenese (vorming van nieuwe bloedvaten) 
  • Hypertensie
  • hypertrofie(verdikking) van de hartspier
  • geleidingsfunctie van de hartspier verstoort
  • minder goed het hartritme aan activiteit aanpassen
  • verminderde pompfunctie
  • moeheid
  • kortademigheid
  • aanvallen van benauwdheid
  • perifere oedemen

  versterking door comorbiditeit van diabetes, overgewicht, inactiviteit, roken

• 4.1.1.1.1 Respiratoir systeem

• Welke verandering en in het ademhalingsstelsel ontstaan door veroudering

  • Longen zijn minder elastisch en verminderen hierdoor in volume.
    
  • hierdoor moeilijkere gaswisseling
  • vermindering van ademhalingsspierenfunctie in de borstkas (spieren en middenrif)
  • ademhalen kost meer energie
  • hoesten gaat minder makkelijk
  • uitscheiding van slijm en schadelijke stoffen en ziekteverwekkers verloopt minder goed
  • ontwikkelen eerder bovenste luchtweginfecties en pneumonie

• 4.1.1.1.1.1 nieren

• Wat veranderd in de nieren bij het ouder worden

  Vermindering van nierfunctie en reservecapaciteit
  

  • acute aandoening moeilijk om de water en zouthuishouding in tact te houden.
  • verminderde doorbloeding
  • medicatie minder wordt uitgescheiden
  • uit zich in vermoeidheid, verminderde eetlust, oedemen in de benen, hoofdpijn en slecht slapen

• 4.1.1.1.1.1.1 Maag- darmstelsel

• Wat veranderd er in het maag darmstelsel bij het verouderen

  Peristaltiek in de maag en darmen vertraagd
  

  • 25% heeft chronische obstipatie door inactiviteit veranderd eetpatroon. 

• 4.1.1.1.1.1.1.1 lever

• Wat veranderd in een ouder wordende lever

  • Is een verminderde doorbloeding 
  • klaring wordt minder (de snelheid waarmee een bepaalde stof door het lichaam uit het bloed wordt verwijderd.)

• 4.1.1.1.1.1.1.1.1 Bewegingsapparaat

• Wat verouderd in het bewegingsapparaat

  • Spieren nemen zoǹ 30-50% af
    
  • door meer ontstekingshormonen (cytokines) in het bloed wordt een aanslag gedaan op de eiwitten in de spieren
  • botdichtheid neemt 0,5 % per jaar af door tekort aan vitD

• 4.1.1.1.1.1.1.1.1.1 visus

• Wat veranderd in het zicht bij ouder worden

  • De hoornvlies (cornea) verlies 50% capaciteit door vaatschade door bv diabetes.
  • de elasticiteit van de oogspieren verminderd waardoor aanpassen aan licht en de focus verminderd

• 4.1.1.1.1.1.1.1.2 gehoor

• Welke twee soorten gehoor verlies ontstaan bij het ouder worden

  • Geleidingsverlies; afwijkingen in gehoorgang (cerumen), trommelvlies, middenoor gehoorketen.
  • perceptiefverlies aandoeningen: in het slakkenhuis, gehoorzenuw, centrale auditieve zenuwstelsel 

  is niet meer keerbaar

• 4.1.2.1 Aandacht

• Veranderd  het aandacht houden door het ouder worden

  • Het aandacht houden bij taken in principe niet.
  • Wordt wel beïnvloed door gehoor-zichtverlies, ziekte en pijn, medicatie en psychische ziekten 

• 4.1.2.1.1.1 Geheugen

• Wat verouderd in het geheugen

  Het korte termijn geheugen gaat achteruit
  lange termijn geheugen blijft heel lang intact.