Artikelen (Scheerens, van Damme, Timmermans, Sammons, Creemers)
43 belangrijke vragen over Artikelen (Scheerens, van Damme, Timmermans, Sammons, Creemers)
Wat zijn value added based/ net school effects? (Scheerens & Bosker 1997)
Waar of niet waar?
De school is verantwoordelijk voor 19% van de prestatie verschillen tussen de studenten en voor 8% wanneer gecorrigeerd wordt voor aanvankelijke verschillen tussen studenten
Welke drie problemen over causaliteit en validiteit komt in het onderzoek van (Scheerens & Bosker 1997) naar voren bij schooleffecten?
2. het effect-size wordt onderschat; door beperkte curriculumvaliditeit en meetfouten
3. de effect-size wordt overschat omdat met klas-en leerkrachteffecten geen rekening wordt gehouden
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Reviews op school effectiviteit laten vaak tegenstrijdige resultaten zien als gevolg van (Scheerens & Bosker 1997):
- verschillende operalisaties van school factoren
- culturele verschillen tussen onderwijs systemen in verschillende landen
- sector verschillen, bijv basis-en secundair onderwijs
- de gebruikte maat om schooleffecten te meten
Welke 4 fundamentele vragen worden gesteld in onderwijseffectiveitsonderzoek? (Scheerens & Bosker 1997)
2. zijn schooleffecten stabiel over de tijd heen?
3. zijn schooleffecten gelijk voor verschillende groepen studenten?
4. zijn school effecten sterker dan leerkracht effecten?
Welke twee omvatten een van de meest fundamentele kwesties in school effectiviteitsonderzoek?
stabiliteit: cohorten vergelijken of leerjaren vergelijken
Wanneer school effecten variëren over leerjaren betekent dit ...
Welke twee soorten school effecten zijn er in het secundair onderwijs? (Scheerens & Bosker 1997)
2. Type B: eerdere prestaties, leerlingachtergrond, schoolcompositie (value added)
Waar of niet waar? (Scheerens & Bosker 1997)
Hoe lager de achtergrond van een leerling, hoe meer de school ertoe doet
Wat is het Matthew effect? (Scheerens & Bosker 1997)
Waar of niet waar? (Scheerens & Bosker 1997)
Scholen zijn stabiel in effectiviteit wanneer de effecten aan het einde van de schoolperiode worden bekeken en wanneer de tijdsintervallen klein zijn
De instabliteit tussen leerjaren binnen scholen wijs op twee oorzaken, welke? (Scheerens & Bosker 1997)
Is er een indicatie gevonden dat basisschooleffecten groter zouden zijn dan de effecten die gevonden zijn op het voortgezet onderwijs? (Sammons 1995)
De multilevel technieken hebben geleid tot verbeteringen in het meten van schooleffecten. Wat doet deze techniek? (Sammons 1995)
Welke 11 belangrijke kenmerken voor effectieve scholen zijn er? (Sammons 1995)
2. gedeelde visie en doelen
3. een leeromgeving
4. concentratie op het onderwijzen en leren
5. doelgericht onderwijzen
6. hoge verwachtingen
7. positieve bekrachtiging
8. vooruitgang monitoren
9. leerling rechten en verantwoordelijkheden
10. thuis-scholing samenwerking
11. een leerorganisatie
Wat is belangrijk bij professioneel leiderschap? (Sammons 1995)
- een participatieve benadering
- de leidende professioneel
Wat is belangrijk bij gedeelde visie en doelen? (Sammons 1995)
- consistente van praktijk
- collegialiteit en samenwerking
Wat is belangrijk bij een leeromgeving? (Sammons 1995)
- een aantrekkelijke werkomgeving
Wat is belangrijk bij concentraite op het onderwijzen en leren?
- academische benadrukking
- focus op prestatie
Wat is belangrijk bij doelgericht onderwijzen?(Sammons 1995)
- helderheid van doel
- gestructureerde lessen
- adaptieve praktijk: rekening houden met verschillen tussen leerlingen
Wat is belangrijk bij hoge verwachtingen? (Sammons 1995)
- verwachtingen communiceren
- verstrekken van intellectuele uitdaging
Wat is belangrijk bij positieve bekrachtiging? (Sammons 1995)
- feedback: direct en positief
Wat is belangrijk bij vooruitgang monitoren? (Sammons 1995)
- schoolprestaties evalueren
Wat is belangrijk bij leerling rechten en verantwoordelijkheden? (Sammons 1995)
- posities van verantwoordelijkheid
- controle van werk
Wat is belangrijk bij thuis-scholing samenwerking?(Sammons 1995)
Wat is belangrijk bij een leerorganisatie? (Sammons 1995)
Welke twee aspecten spelen de meest significante rol in het bevorderen van het leren en de vooruitgang van leerlingen? (Sammons 1995)
Wat is de input-output framework of educational-production function framework? (begin jaren '60 tot begin 70) (Van Damme 2006)
Wat staat de aptitude-treatment-interaction onderzoek voor? (Van Damme 2006)
Welke 3 soorten van effectiviteitsonderzoek kunnen we onderscheiden en waar staan ze voor? (Van Damme 2006)
- instructional effectiveness (effectiviteit van het onderwijs op klasniveau)
- school effectiveness (effectiviteit van de school als organisatie en onderwijssysteem)
Wat is het doel van het model education-production functie? (Van Damme 2006)
Wat is het doel van instructional effectiveness modellen? (Van Damme 2006)
Wat is het doel van educational effectiveness research? (Van Damme 2006)
Wat is het doel van de multilevel analysis? (Van Damme 2006)
Wat is een van de belangrijkste criteria als gekeken wordt naar effectiviteit in het onderwijs? (Van Damme 2006)
Een studie naar netto schooleffecten wordt ook wel ... genoemd (Van Damme 2006)
Wanneer spreken we van differential effectiveness? (Van Damme 2006)
Waar of niet waar?
Het directe effect van klassen en scholen op prestatie is groter dan op non-cognitieve uitkomsten. (Van Damme 2006)
De opbouw van de groep (totaal van eigenschappen van de klas en klasgenoten) speelt een belangrijke, maar wat nog meer? (Van Damme 2006)
Noem de verschillende modellen voor toegevoegde waarde en waar zij voor corrigeren (Timmermans 2011)
type AA: eerdere prestaties
Type A: eerdere prestaties en leerling achtergrond
Type B: eerdere prestaties, leerlingachtergrond, schoolcompositie
Type X: eerdere prestaties, leerlingachtergrond, schoolcompoisitie, schoolcontext
In de jaren 90 aandacht voor onderzoeken waarin modellen voor onderwijseffectiviteit aan bod kwamen (Scheerens en Creemers). Waar legde zij de nadruk op? (Creemers, 2007)
Creemers: nadruk op effectiviteit van instructie (klaslokaal, procedures)
Wat was voornamelijk belangrijk bij onderzoek doen met statistische programma's? (Creemers, 2007)
Waar of niet waar? De samenvoeging van onderwijseffectiviteit en onderwijsverbetering is nog steeds een belangrijk (en onopgelost) probleem.
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden