Samenvatting: Elements Of Ecology | 9780321796578 | Thomas Michael Smith, et al

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Elements of Ecology | 9780321796578 | Thomas Michael Smith; Robert Leo Smith

• 8 Eigenschappen van populaties

  Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 8
  Laat hier meer flashcards zien

• 8.2 Verspreiding (distribution) van een populatie hangt samen met lokale omgevingsfactoren

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 8.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Verschil tussen dispersie en verspreiding (distribution)

  dispersie is een verschil van spreiding in de tijd (actie), Distribution/ spreiding is een momentopname

  distribution wordt beïnvloed door gunstige omstandigheden en geografische barrières (en interacties als predatie en competitie).

  
  

  
  

• 9 Populatiegroei

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 9
  Laat hier meer flashcards zien

• 9.2 Life tables geven leeftijdsspecifieke sterfte weer

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 9.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Cohort life table

  Geeft sterfte per leeftijdsklasse weer.
  Nodig bij verschillende geboorte en sterftekans per leeftijdsklasse in een P

• Waar begint een life table

  Bij een cohort geboren van I geboren in eenzelfde periode

• 9.3 Life tables per ontwikelingsstadium

• Wat heeft grotere invloed op life expectancy bij 20% minder sterfte? Bij pasgeborene of oudere leeftijd en waarom

  0 jr grotere aantallen

• Wanneer gebruik je lifetables per ontwikkelingsstadium

  Generaties overlappen niet, alle individuen horen tot een klasse

  Soms kun je beter gebruik maken van ontwikkelstadia ipv leeftijdsklassen, omdat sommige individuen (vooral insecten) maar 1 seizoen leven en dus maar 1 leeftijdsklasse hebben

• 9.4 Sterftetabellen geven data voor overlevingscurven

• Welke 3 typen overlevingscurven ken je?

  1. Laag sterftecijfer bij geboorte (mens, zoogdieren)
     
  2. gelijkmatige sterfte (eekhoorn, volw vogels, knaagdieren, reptielen)
  3. grote sterfte bij geboorte (vissen, schaaldieren, ongewervelden, planten, bomen)

• 9.5 Leeftijdsspecifiek geboortecijfer

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 9.5
  Laat hier meer flashcards zien

• Waarom uitdrukken in aantal geboren vrouwtjes / vrouwtje per leeftijdsklasse te berekenen?

  Schatting is dan beter

  - alleen vrouwtjes baren/ leggen eieren

  -geboortecijfer varieert met leeftijd. 

  Beter # geboorten per vrouwtje per leeftijdsklasse

• 9.6 Geboortecijfer en overleving bepalen netto reproductie

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 9.6
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat betekent de netto reproductie rate R0?

  Gemiddeld # vrouwtjes dat geproduceerd wordt gedurende het leven van een pasgeboren vrouwtje

  R nul > 1 dan toename van populatie etc

• 9.7 Weergave van P groei door leeftijdsspecifieke sterfte en geboorten

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 9.7
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat is een population projectie table?

  Om groei  van een P vast te stellen. Gebruikmakend van het volgen van vrouwtjes in P, de leeftijdspecifieke mortaliteit qx en geboorten bx. qx wordt omgezet in overleving 1-qx=sx

  Je kunt leeftijdsverdeling voor elk jaar vaststellen. Na aantal jaar een vaste leeftijdsopbouw (stabiele leeftijdsklassen  %)

  hier kun je een schatting van P groei uit op maken. N dit jaar/ N vorig jaar+ lambda 
  

  
  

  Bv een eekhoorn P uitgezet in een nieuw gebied. Start is jaar 0.

  Bv 10 jongen en 20 volwassen. Rekening houden met leefttijdspecifieke geboorten bx en overleving sx

• Wat is finite multiplication rate 

  Voor elke tijdsperiode is dmv de "uiteindelijke vermenigvuldigingfactor" een schatting te maken van P groei door totaal # I in een bepaald jaar te delen door het totaal # I in het vorige jaar. N(t+1)/N(t)=

  Op een geven moment is factor stabiel. Indien > 1 dan P groei etc

  
  

  N(t)=N(0) macht t