Interacties tussen emotie, cognitie en moraliteit - Keil: Moraliteit in gedachte en actie - Gedrag en moraliteit

4 belangrijke vragen over Interacties tussen emotie, cognitie en moraliteit - Keil: Moraliteit in gedachte en actie - Gedrag en moraliteit

Wat houdt prosociaal gedrag in? En antisociaal gedrag?

- Prosociaal gedrag of altruïsme: refereert naar acties die uitgevoerd worden ten voordele van anderen en enige kosten meebrengen voor de persoon die de actie uitvoert.
- Antisociaal gedrag: bestaat uit handelingen die een ander individu of groep schaden. Niet alleen fysiek, maar ook verbaal geweld en aanvallen op de samenleving en normen, zoals stelen, vreemdgaan en valsspelen, vallen hieronder. Soms wordt de term agressie gebruikt om de gedragingen te beschrijven die vijandig zijn en schadelijk voor anderen, in plaats van kijken naar een persoonlijkheidstrek van een agressieve persoonlijkheid, want een agressieve persoonlijkheid omhelst niet perse immorele gedragingen.

Mensen zijn niet volledig consistent over situaties. Ze laten duidelijke verschillen zien in hoe ze handelen in morele situaties. Verschillen in morele beoordelingen zijn slechte voorspellers van verschillen in moreel gedrag. Er zijn twee andere factoren die leiden tot verschillen, welke zijn dit?

1. Temperament en persoonlijkheid: Als duidelijk is wat het goede is om te doen, dan vinden sommige mensen het moeilijker om verleiding te weerstaan of uit te stellen. Mensen die moeite hebben om empathie te tonen bij iemand anders' pijn of behoefte, zullen waarschijnlijk moeite hebben om de gouden regel te gebruiken of zorg-gebaseerde vormen van moreel redeneren te gebruiken. Er is een verschil tussen psychologische processen die leiden tot morele- of immorele acties, en de vaardigheid om morele beoordelingen te maken.
2. Verschillen in sociale invloeden.

Wat houdt veerkrachtigheid in? Welke kinderen zijn meer veerkrachtig, wat is de oorsprong en wat is een kritiekpunt?

Veerkrachtigheid: is de mate waarin iemand zich kan aanpassen of kan herstellen van aversieve gebeurtenissen of situaties in een strenge omgeving.
- Kinderen die meer veerkrachtig zijn: kids met meer zelfregulatie, maar deze hadden ook meer actief betrokken ouders.
- Oorsprong: Er is een hogere concordantie gevonden voor MZ dan DZ-tweelingen, maar dit kan niet verwerpen dat MZ tweelingen meer gelijke omgevingen ervaren.
- Kritiek: kritiek wordt geleverd op de niet random plaatsing van kinderen, waardoor genetische achtergrond en de omgeving deze criminaliteit stimuleren.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Kinderen met deze verschillende stijlen reageren ook anders op gebeurtenissen in het echte leven. Licht toe waar schaamt en  schuld toe leiden.

Schaamte-oriëntaties: lijken meer nadelige psychologische correlaten te laten zien, zoals depressie. Het wordt gezien als pijnlijker, omdat het een negatieve impact heeft op het zelf, zorgt voor gevoelens van waardeloosheid en hulpeloosheid en het kind wordt blootgesteld aan de tekortkomingen van een persoon.
- Schuld: zorgt en/oor dat mensen gedachtes en gevoelens focussen op een specifieke gedraging in plaats van op een kern van het zelf en is minder pijnlijk. Misschien zouden ouders kinderen naar de schuld-oriëntatie kunnen leiden.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo