Samenvatting: Environmental Toxicology
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Environmental toxicology
-
1 Toxicology: history and scope of field
Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn de doelen van toxicologie?
1. ontdekken van de giftige eigenschappen van stoffen
2. onderzoek om kennis te verwerven over de giftige eigenschappen
3. evaluatie van het gevaar van stoffen voor organismen in relatie tot de concentratie in het milieu (risico-inschatting)
4. advies m.b.t. maatregelen om schadelijke effecten te controleren of te voorkomen (hazard control)
Toxicology is the study of the adverse effects of chemical, physical or biological agents on living organisms and the ecosystem, including the prevention and amelioration (verbetering) of such adverse effects. -
Hemlock (gevlekte scheerling), Claviceps purpurea (moederkoorn), Paraquat
1. Zat in de gifbeker van Socrates.
Schermbloemige, alle delen zijn giftig
2. schimmel die groeit op de aren van tarwe en rogge (alkaloïden);
veroorzaakt ergotisme: samentrekken van bloedvaten m.a.g. gangreen, hallucinerende werking (LSD).
3. onkruidverdelger, zeer toxisch en vrij snel werkend, vooral longklachten (fibrose); sinds eind 2007 verboden in de EU. -
Voorspelling van toxiciteit d.m.v. SAR (structure-activity relationship)
De primaire toxische laesie vindt plaats op moleculair niveau tussen de toxische stof en de endogene moleculen. De reactie word bepaald door de eigenschappen van beiden.
Hoe kan de toxiciteit afgeleid worden van zijn structuur?
Moleculair toxicologisch onderzoek naar gevaarlijke structuren:
* organofosforesters: remming aethylcholinesterase
*alkylerende substanties: mutageen
*aromatische amines: carcinogeen
Er bestaat een interindividueel verschil tussen sensitiviteit voor een specifieke dosis.
Orale toxiciteit:
**extreem toxisch: enkele microgrammen per kg lichaamsgewicht
**zeer toxisch: enkelemilligrammen
**matig toxisch: honderden milligrammen
**licht toxisch: > honderden milligrammen < 5 gram
**niet toxisxh: > 5 gram -
No-effect level en median lethal dose (LD50)
Bij elke dosis of concentratie is er een specifieke frequentie van effecten in een populatie (response). Hoe hoger de dosis, hoe hoger de frequentie!
LD50 is de dosis waarbij berekend wordt dat 50% van de mensen overlijdt.
Een bepaalde minimum dosis moet eerst overschreden worden voordat enig significant functieverlies optreedt.
Uitzondering: mutagene stoffen ! Hele kleine hoeveelheid kan al transformatie van 1 cel induceren. Dus voor mutagene stoffen geldt geen drempel!!! -
Acute en chronische toxiciteit
* kortdurende blootstelling van relatief hoge doses resulteert in andere symptomen dan langdurige blootstelling aan relatief lage doses.
Latentietijd: tijd tussen blootstelling en symptomen
Bij sommige gassen geldt: effect = concentratie x duur (wet van Haber); er is sprake van een irreversibele interactie tussen stof en receptor (cumulatief effect, niet perse accumulatie).
Hetzelfde geldt voor carcinogene stoffen: d (daily dose) x t (duur blootstelling) = constant
Mengsels : additief effect.
Synergisme/versterking: als bij mengels het effect groter is dan die van de afzonderlijke stoffen bv door bioactivatie van de ene stof door de andere. -
Verschillen in gevoeligheid voor toxische stoffen tussen soorten (selectieve toxiciteit)
* anatomie en lichaamsgrootte : absorptie, metabole snelheid
* planten vs dieren Veel insecticiden hebben effect op het zenuwstelsel; veel onkruidverdelgers zijn gericht op specifieke fysiologische mechanismen van planten (bv fotosynthese). -
Toxicologie als wetenschapsdiscipline en subdisciplines
Alle basis medisch-biologische en chemische wetenschappen moeten geïntegreerd worden in toxicologisch onderzoek! fysiologie, pathologie, biochemie en analytische chemie.
Om onderliggende oorzaken van toxicologische processen te verklaren op moleculair niveau is integratie nodig met celbiologie, immunologie, organische chemie en moleculair science
Verticale integratie met basis disciplines: neurotoxicologie, immunotoxicologie, moleculaire toxicologie, genetische toxicologie en chemische toxicologie.
Horizontale integratie met andere vakgebieden op het gebied van gezondheid en milieu: risico evaluatie en advies. Klinische toxicologie, voedingstoxicologie, arbeidstoxicologie en milieu- en eco toxicologie
Figuur 1.1 blz 10. -
2 Exposure, dose and response
Dit is een preview. Er zijn 19 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
Laat hier meer flashcards zien -
Blootstelling en expositie, wat is het verschil?
Blootstelling: kwalitatieve exposure
Expositie: kwantitatieve exposure -
Omzetting van nitraat naar nitriet en nitrosamine in het lichaam
In sommige groene bladgroenten zit veel nitraat (spinazie; natuurlijk of door hoge nitraat bemesting). In de mond en maag kan dit omgezet worden naar nitriet (door bacteriële nitraat reductase) en in de maag bij lage pH naar nitrosamine in aanwezigheid van amine-bevattend voedsel, bv vis (kankerverwekkend). -
Opname van gifstoffen in een waterig milieu
1. via voedsel
2. opslokken van partikels
3. huid
4. kieuwen
Bij waterzoogdieren is voedsel (bv vis of andere ongewervelden die toxische stoffen hebben opgenomen) de belangrijkste route.
Bij vissen, schaaldieren en weekdieren zijn de kieuwen de belangrijkste route vanwege de goede doorbloeding.
Drinkwater vroeger via koperen en loden leidingen: te hoge concentraties in het water. Nu via plastic buizen, als deze door verontreinigde grond lopen kunnen giftige stoffen soms doordringen, bv methylbromide (insectenverdelger). (in 1980 in het Westland)
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden