Samenvatting: Erfrecht | 9789013108644 | M J A van Mourik

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Erfrecht | 9789013108644 | M.J.A. van Mourik.

• 2 Ordening

• 2.1 Uitgangspunten

• Wat zijn de twee uitgangspunten van een deugdelijke ordening van het erfrecht?  

  1. Bloedverwantschap
  2. Verzorgingsbehoefte

• Verzorging speelt mee op het tweede plan, in welke bepalingen zie je dit?  

  Zij manifesteert zich in de legitimaire sfeer van afdeling 2 van titel 3 van boek 4 BW.

• Heeft de vaststelling van familierechtelijke betrekkingen terugwerkende kracht?

  Ja, in beginsel heeft vaststelling van familierechtelijke betrekkingen terugwerekende kracht. Te goeder trouw door derden verkregen rechten worden echter beschermd.

• 2.2 Het parentelen-stelsel

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat zijn de parentelen in de wet?

  In art. 4:10 lid 1 BW worden de parentelen genoemd, ofwel de de groepen personen die tot de nalatenschap geroepen worden.

• 2.3 Geen erfgenamen

• Wat gebeurd er als er geen erfgenamen bestaan?

  Indien er geen erfgenamen bestaan verkrijgt de staat onder algemene titel (4:189 BW). Heeft zich niemand binnen twintig jaar gemeld dan vervalt de naltenschap aan de staat op grond van art. 4:226 lid 4  BW). De staat draait niet op voor de schulden, zij verkrijgt immers niet als erfgenaam.

• 2.4 De bestaanseis

  Dit is een preview. Er zijn 1 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.4
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat gebeurd er als het vaderschap gerechtelijk wordt vastgesteld?

  Indien met dna-materiaal het vaderschap gerehtelijk wordt vastgesteld leidt dit tot 1:207 lid5 jo. Art 1:2 ertoe dat degene alsnog als erfgenaam kan optreden.

• 2.5 Onwaardigheid

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.5
  Laat hier meer flashcards zien

• vervalt de onwaardigheid als de erflater de erfgenaam vergeeft?

  indien de erfgenaam vergeeft vervalt de onwaarigheid, zie art 3 lid 3 van boek 4.

• 3 De nalatenschap

• 3.1 Algemeenheid van goederen; afgescheiden vermogen

• wat is een algemeenheid van goederen enwat gebeurd er als de nalatenschap toekomt aan 2 of meer personen?

  algmeenheid van goederen betekent dat er volgens verkeersopvattingen een geheel van goederen en schulden bij elkaar hoort. van een bijzonder gemeenschao is sprake als 2 of meer rechthebben op de nalatenschap.

• wat is het gevolg dat er geen schulden behoren in een eenvoudige gemeenschap?

  in afdeling 3.7i is bepaald dat de betrokken schukden voor rekening van de deelgenotrn zij, zie art 3:176 lid 2 en 3 alsmede 3:179 lid 1 en 3

• wat bepaald of eenschuld tot denalatenschap behoort?

  het tindstip van overlijden bepaald welke schulden tot de nalatenschap behoren. Schulden die na de nalatenschap ontstaan behoren niet tot dealtenschsp.