Samenvatting: Essential Cell Biology, 5E Druk (Eigen Versie) Cw
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Essential Cell Biology, 5e druk (eigen versie) CW
-
1 Hoorcollege 1
Dit is een preview. Er zijn 7 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Een virus leeft, waar of niet waar?
Niet waar, alhoewel een virus eigen DNA en RNA bevat, kan deze niet reproduceren en leeft dus niet -
Wat zijn de karakteristieken van prokaryoten?
Ze zijn bolvormig, stangachtig of kurketrekkervorm. Ze zijn enkele μm lang en hebben een dikke beschermingslaag. Ze bevatten geen organellen en hebben alleen cytoplasma, ribosomen en vrij zwevend DNA. -
Wat is het verschil tussen bacteriën en archaea?
Bacteriën leven in normale omstandigheden, archaea leven zowel in normale omstandigheden als in extreme omstandigheden zoals sterk zuur of het ijs van antarctica. Deze laatste soort prokaryoten leven ook in de maag van een koe, waardoor deze cellulose kan afbreken. Het grootste verschil is op moleculair niveau (verder niet te weten). -
Wat is het verschil tussen het cytoplasma en het cytosol?
Cytoplasma is de inhoud van de cel en het cytosol is de inhoud van de cel minus de organellen (-sol -> soluble) -
Wat zijn de drie soorten filamenten in het cytoskelet?
Actinefilamenten, intermediaire filamenten en microtubuli (van dunste naar dikste) -
Wat is de functie van motor proteïnes?
Ze gebruiken ATP om organellen en proteïnes via het cytoskelet door de cel te verplaatsen -
2 Hoorcollege 2
Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe wordt het plasmamembraan ondersteunt bij dierlijke cellen?
Dmv een net van filamentproteïnes wat vast zit aan de binnenzijde van het membraan, die samen de celcortex vormen -
Wat zijn over het algemeen de twee belangrijkste filamentproteïnes in dierlijke cellen?
Actine en (het motoreiwit) myosine. Deze zijn nodig voor exo- en endocytose, het veranderen van vorm van de cellen en om te bewegen -
Hoe heten oligosaccharides die gelinkt zitten aan het celmembraan?
Glycoproteïnes -
Hoe heet de laag van glycoproteïnes, proteoglycanen en glycolipiden aan de buitenkant van het plasmamembraan?
Carbohydraat laag of glycocalyx, deze vormt een beschermingslaag die slijmerig is zodat de cel makkelijk kan bewegen en niet plakt tegen andere cellen
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden