Samenvatting: Ethiek
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Ethiek
-
1 moraal en ethiek
Dit is een preview. Er zijn 16 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe zijn waarden, normen en regels aan elkaar gerelateerd?
Waarden zijn duurzame verlangens (vb: Heb respect voor de medemens). Vanuit waarden worden normen afgeleid. (vb: 'wees beleefd').
Vanuit normen worden weer regels afgeleid (vb: 'geef de gast een hand'). -
Welke drie kernbegrippen zijn er in de etische optiek?
1. Het goede (handeling of gedrag is menswaardig, humaan (weldoen, elkaar geen leed berokkenen, rechtvaardigheid))2. Het behoren (we dienen moreel goed te handelen)3. Het doen (we behoren het goede in de praktijk te brengen, dus het echt uit te voeren). -
Wat is de calculerende burger?
Persoon die handelt vanuit eigenbelang. In alle situaties geldt: hoe kan ik hier beter van worden? -
Welke twee soorten uitspraken zijn er?
1. Normatieve uitspraak (vb: "Je behoort niet te discrimineren") --> herkennen aan 'moeten' 'mogen' en 'behoren
2. Beschrijvende uitspraak (vb: "Madonna is vegatariër") --> 'is-uitspraak'
-
Hoe noemen we het als iemand zijn eigenbelang overstijgt en belang van een ander vooropstelt?
Altuïsme
-
Van welke vier factoren is moraal afhankelijk?
1. Tijd
2. Plaats (bv: grote stad of dorp)
3. Omstandigheden (bv.: oorlog/vrede)
4. Sociale groupering (bv: moslims / hindoes)
-
Uit welke drie lagen bestaat onze persoonlijkheid volgens de theorie van Freud en wat houden ze in?
1. Het super-ego: hierin is alles opgeslagen over goed en kwaad, juist en onjuist (geweten). Bestaat ook uit idealen.
2. Het id: lustprincipe: allerlei driften en lusten krijg je mee met geboorte, oefenen drang uit om bepaalde dingen te willen (seks, plezier, eten etc.)
3. Het ego: realiteitsprincipe: het ego moet afwegen wat haalbaar is en compromissen sluiten tussen driften (het id) en geweten (het super ego).
-
Hoe heet het als het morele oordeel zich uitsluitend richt op de gevolgen?
Teologische ethiek (gaat om goede of slechte van die gevolgen).
-
Welke factoren spelen een rol bij het leren van normen?
1. Gewetensvorming: Tijdens opvoeding worden regels in kind ingeprent: geweten vormt zich (innerlijke instantie die ons zegt wat goed of kwaad is)
2. levensbeschouwing
3. Cultuur
-
Hoe heet het als het morele oordeel zich uitsluitend richt op de handeling?
Deontologische ethiek (gaat om aard van de handeling).
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden