Samenvatting: Ethologie

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Ethologie

• 1 Wat is gedrag?

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
  Laat hier meer flashcards zien

• 1.1 Waardoor wordt gedrag bepaald?

  Dit is een preview. Er zijn 4 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat is vacuüm gedrag?

  Bepaald gedrag dat lange tijd niet voorkomt, omdat de juiste prikkel afwezig is. MAAR de motivatie is zo sterk, dat het gedrag uitgevoerd wordt zonder dat er een prikkel vooraf ging.

• Wat zijn supra-normale prikkels? Geef een voorbeeld!

  Het is een overdreven sleutelprikkel, bepaalde elementen aan de prikkel zijn overdreven.
  
  BV; bek van koekoeksjong die wordt opengesperd, heeft een onweerstaanbare werking op de pleegouders.  Ze gaan er onafgebroken eten blijven instoppen.  

• 2 Beschrijven en bestuderen van het gedrag

  Dit is een preview. Er zijn 3 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat is het idee achter de psychologische benadering? Wat is de basis vraag?

  Idee: Leren is bij veel dieren hetzelfde en daarom is het nutteloos om veel soorten te bestuderen.
  Basisvraag: Hoe heeft gedrag ontwikkeld?
  
  Vaak bestuderen ze maar één diersoort. Uit de studie blijkt leren beïnvloed door versterking (beloning) en straf.

• Wat is het idee achter ethologische benadering? Wat is de basis vraag?

  Idee: Ieder dier is aangepast aan zijn milieu en daarom zijn er gedragspatroon en leerprocessen aangepast aan milieu. Dieren zijn geselecteerd om in een bepaald milieu te overleven. Uiterlijk maar ook gedragsmatig.
  Basisvraag: Wat is de functie van het gedrag?
  
  Ze bestuderen meerdere dieren

• Wat is de evolutionaire benadering? Wat is de basis vraag?

  Charles Darwin  vergelijkt verschillende dieren in dezelfde omgeving en vergelijkt gedragingen van dezelfde soort maar in verschillende omgevingen.
  
  Basisvraag: Hoe evolueert gedrag?

• Wat is de fysiologische benadering? En welke basisvraag hoort hierbij?

  Het is gebaseerd op hoe het lichaam werkt. Hoe werken de zenuwen, spieren en zintuigen samen om complex gedrag te produceren.
  
  Basisvraag: wat bepaalt gedrag?

• 2.1 Eerste vraag van Tinbergen

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.1
  Laat hier meer flashcards zien

• Wat heeft gevangenschap van een dier als invloed op gedrag?

  Ze gedragen zich niet optimaal en kunnen geen beslissingen nemen. Het gedrag is minder flexibel & aanpasbaar, dit komt door fokkerij: door selectie op eigenschappen

• 2.2 Tweede vraag van Tinbergen

  Dit is een preview. Er zijn 2 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 2.2
  Laat hier meer flashcards zien

• Het zenuwstelsel en het hormonaal stelsel werken nauw samen, maar waar verschillen ze in?

  Zenuwstelsel
  

  • De reacties komen snel, het is een elektrische prikkel
  • Reageert op gebeurtenissen
  • Reageert op ENKELE cellen

  
  Hormonaal stelsel
  

  • De reacties komen trager, ze komen via het bloed
  • Reageren op toestanden
  • Reageert op ALLE cellen

• Hoe wordt gedrag gecoördineerd?

  Hersenen spelen een belangrijke rol op coördinatie van gedrag. Ze ontvangen prikkels en de prikkels worden gefilterd door de thalamus (beslist welke prikkels belangrijk zijn). De thalamus bevat een te respecteren prikkeldrempel: bepaald wat belangrijk is om te overleven.

• Wat zijn feromonen? Wat doen ze en hoe werken ze?

  Feromonen zij stoffen die via geur worden waargenomen. Het zorgt voor fysiologische of gedragsreacties en dat ze verwanten herkennen.
  Ze kunnen worden uitgescheiden via:
  

  • metabole weg: urine, faeces
  • Secreties: klieren staart, anaal, interdigitaal, oksels