Samenvatting: Europees Belastingrecht
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Europees Belastingrecht
-
1 Week 1 - Inleiding positief en negatief Europees Belastingrecht + Systematiek
-
1.1 PowerPoint week 1
Dit is een preview. Er zijn 11 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1.1
Laat hier meer flashcards zien -
Hoe komt het dat het HvJ vaak zo het lijkt onsamenhangende antwoorden geeft? Leg het voorbeeld uit van een conservatieve aanslag bij verhuizing.
Omdat het internemarktrecht en de daarbij komendekijkende vrijheden vaak botsen met het nationaalbeperkende belastingrecht . Als je moet afrekenen over een latente belastingschuld omdat je naar een ander land gaat verhuizen is dat perdefinitie discriminatoir want dat zou je niet hebben als je naar een andere stad zou gaan en dat botst dus met je vrijheid om te reizen, te werken en te wonen/vestigen binnen de EU. -
Een voorbeeld van positieve integratie is de moeder-dochterrichtlijn. Leg uit wat deze richtlijn in het kort beoogt te doen.
Heeft voornamelijk betrekking op de grensoverschrijdende deelnemingsdividenden, die niet dubbel belast mogen worden. Dit gebeurt doordat de staat waar de dochter gevestigd is en dus de uitkerende vennootschap, moet afzien van heffing van dividendbelasting en de moederstaat waar de ontvangende vennootschap zit, die moet dubbele belasting op het ontvangen dividend voorkomen dus ofwel DVS verlenen of een credit for underlying tax geven voor de winst die de dochter al betaald wordt. -
Procedurele bepalingen zijn de laatste jaren wel toegenomen in de zin van positief geïntegreerd, hoe kan dat? Noem de 3 richtlijnen die hieruit voortkomen.
Geen enkele LS wil dat in hun land de mogelijkheid om te heffen ontnomen wordt doorconstucties en daarom is deregelgeving omtrent te volgen procedures, invogelvlucht toegenomen. Als je geen gemeenschappelijkevpb-heffing wil en zo weinig mogelijkintegratie van directe belastingen, dan blijf je met verschillendestelsels te maken. Dan moet je dus misbruik zien te voorkomen wat kan gebeuren met mogelijkemismatches ,anti-misbruikbepalingen engegevensuitwisseling moeten dit regelen.- Heffingsbijstand-RL
- Invorderingsbijstand-RL
- Antimisbruik-RL
-
Wat wordt er geregeld in de Heffingsbijstand-RL? Noem 10 voorbeelden.
Automatische uitwisseling van elektronische en grensoverschrijdende bulkgegevens van ondernemingen want zonder de materiële uitwisseling van gegevens is er een grote kans op mismatches.- Opheffing bakgeheim
- Pensioengegevens
- Loontoewijzing directeuren en andere lonen
- Inkomen uit OG
- Eigendomsrechten
- Rente- en dividendbetalingen
- Rulings en APA's (Advanced Pricing Agreements)
- Country by country reporting
- Mandatory Disclosure Rules
- Money laundering: fiscus ene staat kan gegevens uitwisselen met andere staat
-
Wat beogen de Mandatory Disclosure Rules te bereiken?
Als je eenaanbieder vanbelastingconstructies bent, ben je verplicht je plan uit te wisselen met debelastingautoriteiten want als fiscus kan je dan sneller tegen dieconstructies optreden en iets doen tegen grensoverschrijdende belastingontwijking. -
Als er geen positieve integratie is, moet er toch een level playing field kunnen worden gevormd mbv negatieve integratie. Een voorbeeld daarvan zijn de algemene discriminatieverboden, waar vind je deze?
- Art 18
VWEU bepaalt elke discriminatie maar is alleen van toepassing is als er geen ander artikel eerder dat wel is. - Art. 110
VWEU is wel een specifiekbelastingartikel dat specifiek verbiedt dat statenprotectionistische endiscriminerende belastingmaatregelen neemt om producten te beschermen maar dat gaat over indirecte belastingen (dus btw en omzet).
- Art 18
-
Hoe werkt een verordening? En hoe werkt een richtlijn? Wat is het verschil?
Een verordening heeft directe (rechtstreekse) werking in de nationale stelsels van LS. Een richtlijn alleen voor zover de bepaling voldoende nauwkeurig (concreet, helder en duidelijk) omschreven is (alleen verticaal van boven naar beneden en anders had 'ie maar omgezet moeten zijn), kan de burger deze inroepen tegen de staat. Het verschil is dus dat de ene meer als een wet geldt en bij de ander je nog een beetje tijd hebt om te zetten maar sws moet alles zoveel mogelijk EU-geïnterpreteerd worden. -
Staatsaansprakelijkheid voor schending van het EU-recht, dus schade die daaruit voortvloeit moet worden vergoed. Waarom is daar bij belastingzaken niet snel sprake van? Noem een voorbeeld dat er wel sprake van zou kunnen zijn.
Als er sprake is van eenstrijdige belastingmaatregel zal deze buiten toepassing worden verklaard of heffing ongedaan worden gemaakt (teruggave) waarmee de schade is verholpen. Bijv met name vervolgschade. Denk hierbij aanrenteschade overomzetbelasting bij een teruggave. -
Waarom wordt erfbelasting met een woonplaatsfictie die verbonden wordt aan nationaliteit niet discriminatoir bevonden?
Zie Van Hilten/van der Heijden. Iemand verhuisde twee keer en kwam binnen 10jaar na emigratie te overlijden. Die hele erfenis - alsof zij altijd in NL was blijven wonen - mocht in de volledige heffing worden betrokken. Een niet-Nederlander (niet onderdaan) wordt beter behandeld dan wel inwoner/onderdaan en omgekeerde discriminatie mocht. -
Leg uit wat de systematiek is van bijgevoede slide.
Bij de beoordeling van discriminatie en belemmeringen hoeft slechts een staat te handelen en kan het probleem opgelost worden middels negatieve integratie maar bij dispariteiten en dislocatie is het politiek en niet iets juridisch: een interstatelijk probleem waarbij overleg en dus positieve integratie nodig is. Het Hof is in dat laatste geval niet bevoegd.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden