Evolutie, gedachten en cognitie

35 belangrijke vragen over Evolutie, gedachten en cognitie

Voordelen van krachtig brein= cultuur, taal, creativiteit, probleemoplossen, maar wat zijn de nadelen van een krachtig brein?

-krachtig brein is krachtige hersenen. Metabolisch nadeel= de hersenen nemen 20% vd energie tov 3% vd lichaamsmassa.

-gewicht v hoofd gaat omhoog, > kans op wiplash of gebroken nek.
-geboorte moeilijker door het grote hoofd. voor moeder en kind. =gevolg van bipedalisme. menselijke bekken is smaller dan bij andere primaten.

Volgens EP heeft brein via evolutie specifieke computational mechanisms ontwikkeld. waarom?

zo kon men effectief omgaan met de eisen van de omgeving

Beschrijf schematisch wat een proximaat mechanisme inhoudt.

Proximate mechanismen zijn complexe lichamelijke systemen die worden geactiveerd door input vanuit de omgeving. Na complexe bewerkingen op deze input vanuit verschillende systemen (denk aan perceptie, geheugen, aandacht, prioritering in het geval van verschillende prikkels, fysiologie) mondt dit uit in een gedragsreactie. Schematisch ziet dat er zo uit: input —> mechanisme —> output
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Computational theory of mind is?

computatie= een proces van mathematische procedures.

brein is computer? dan bedoelen we het abstracte proces van computatie.

er is sprake van substraat neutraliteit = het maakt niet uit welke hardware (neuron..) wordt gebruikt om deze computatie uit te voeren.

Leerdoel: aangeven wat de kern is van de computational theory of mind

Een manier om het brein te zien als een "computer". Niet als een metafoor, maar als daadwerkelijke computer. Net als dat het hart een pomp is (maar niet lijkt op dat ding voor je fietsbanden). Deze theorie / manier van kijken naar hoe het hart werkt, helpt om bijvoorbeeld 'zicht' t begrijpen. Hoe werkt 'zicht / kijken', hoe maakt het brein van het licht wat door je ogen valt, een begrijpelijk plaatje in je hersens?
Hoort bij het vakgebied van de cognitieve wetenschap.

Geef drie voorbeelden van een adaptief proximaat mechanisme.

Geef aan wat de relevante input is en wat de output. Het specifieke verwerkingsmechanisme dat tussen input en output ligt hoeft u niet te beschrijven. Omschrijf wel duidelijk de evolutionaire functie die een ultimate verklaring vormt voor het bestaan van het mechanisme in uw voorbeeld.

Angst
Input: onbekende, dreigende geluiden (bijvoorbeeld ’s nachts op straat)
Output: vluchten of verschuilen voor de bron van het geluid
Functie: overleven door te ontsnappen aan mogelijke levensbedreiging


Sociale aanpassing
Input: afwijzend gedrag door mensen uit onze omgeving
Output: gedrag aanpassen; aansluiting zoeken
Functie: ervoor zorgen dat we bij een groep horen – iets wat gedurende onze evolutionaire geschiedenis cruciaal was voor onze overlevingskansen.


Exploratie
Input: onbekende prikkel in combinate met een veilige basisomgeving
Ouput: verkennen van de omgeving en dan met name de bron van die onbekende prikkel
Functie: het vinden van nieuwe voedselbronnen en sociale of seksuele partners.

Wat stelt de Evolutionaire Cognitieve Wetenschap voor?

een aangeboren, specifieke, mentale machinerie (die aangeboren mentale modules of aangeboren leermachines omvat)

Leerdoel: voorbeelden geven van onderzoek naar de werking van het geheugen en aangeven wat deze onderzoeken laten zien over de evolutionaire functie van het geheugen

Ons geheugen, visuele systeem en redeneervermogen zijn ontstaan gedurende een miljoenen jaren durend proces van evolutie. Hierbij werden individuen voortdurend geconfronteerd met uitdagingen vanuit de omgeving, bijvoorbeeld voedsel zoeken, roofdieren vermijden, potentiële partners aantrekken, coalities smeden, vijanden het hoofd bieden, enzovoort. Ons geheugen, visuele systeem en redeneervermogen zijn dus afgestemd op dat soort uitdagingen vanuit de omgeving. Niet het verkrijgen van ware informatie of het trekken van logisch geldige conclusies was dus belangrijk, maar het verkrijgen van relevante informatie en het trekken van conclusies die ons hielpen bij het adequaat reageren op die problemen.

Waarom is pornografie zo populair? Specifieker: wat is het mechanisme dat ervoor zorgt dat veel mannen opgewonden raken van de afbeelding van het naakte lichaam van een vrouw?


Pornografie

De input (feitelijke domein) is in dit geval 'beeld van een naakte vrouw in een uitdagende pose'. Deze input leidt tot fysiologische veranderingen die direct gericht zijn op de voortplanting. Het gedrag waartoe dit kan leiden is seksueel gedrag, in dit geval masturbatie. Het juiste domein van dit mechanisme is een echte naakte vrouw in een uitdagende pose. In de aanwezigheid van een echte naakte vrouw in een uitdagende houding zijn lichamelijke veranderingen die het lichaam klaarmaken voor seks natuurlijk zeer adaptief omdat ze direct leiden tot voortplanting.

3 niveau's van verklaring voor een organisme of voorwerp van David Marr?

1. niveau computatie theorie                            (wat is de functie)

2. niveau van representatie en algoritme      (hoe wordt bovenstaande gedaan? welke stappen?)

3.niveau van de hardware implementatie     (hoe worden de stappen toegepast op het actuele fysieke substraat vd machine: 
                                                                                  via neuronen, microprocessor of mechanisme wielen of ponskaarten)

Cognitieve theorieën vooral gefocust op 2e niveau. Volgens Marr begrijpen we de functie v menselijk gedrag pas als we een idee hebben vd functie of het doel ervan. EP focust juist op de functie van het gedrag.

Leerdoel: periodisch geheugen

Het episodische geheugen is het geheugen voor persoonlijke gebeurtenissen. Het wordt samen met het semantische geheugen gerekend tot het declaratieve geheugen, dat ook wel het expliciete geheugen wordt genoemd. Het episodische geheugen is gebonden aan tijd en plaats, zoals de herinnering van het moment en de plaats van de eerste kennismaking met een vriend, onze 18e verjaardag, een ongeluk op de fiets en dergelijke. Het is dus sterk beïnvloed door onze eigen levensgeschiedenis.

Nog een voorbeeld van een beroemd bioloog: Konrad Lorenz is bekend van zijn onderzoek waarbij hij eieren weghaalde uit het nest van ganzen zodat hij het eerste 'object' was dat de net uitgekomen ganzenkuikens zagen. Tot zijn verbazing bleven de ganzenkuikens hem volgen alsof hij hun moeder was.

Wat is het mechanisme achter het gedrag van de kuikens?

Imprinting


Het onderzoek van Lorenz liet zien dat de net uit het ei gekomen ganzenkuikens datgene wat ze het eerste zagen inprentten en volgden alsof het hun moeder was. De input (feitelijke domein) is dus 'datgene wat je het eerste ziet' en het bijbehorende gedrag is het volgen van datgene wat je als eerste zag. Dit inprentingsmechanisme (imprinting) is zeer adaptief voor vogels. Datgene wat een net uitgekomen kuiken het eerste ziet, is immers vrijwel altijd de oudervogel die op het nest zit. De ouder vormt dus het juiste domein.

Wat is de functie van visuele perceptie vanuit adaptie gezien (EP)?

Het visuele systeem geeft informatie over de omvang van een object door te compenseren voor het perspectief en we vullen ontbrekende informatie in om zo een heel object te creëren. Vanuit adaptie gezien is de wereld laten zien zoals hij is niet het primaire doel van perceptie. Het primaire doel is actie en visuele illusies zijn geen defecten, maar kenmerken.

Wat is episodisch geheugen en semantisch geheugen?

episodisch: herinneren aan specifieke persoonlijke ervaringen (bv vakantie in Parijs)
semantisch: omvat alg kennis en feiten over de wereld waarin we leven (bv Parijs is hoofdstad v Frankrijk)

Iemand kan ook semantische feiten over zichzelf hebben. een soort semantisch-episodisch geheugen. Onderscheid in:

1. inceptive geheugen: (inceptive=aanvang/begin) ->
episodische herinneringen die opgeslagen informatie representeerd die niet verder uitgewerkt is. Het is een 'allegaartje' v verschillende typen informatie, gecodeerd als deel van de episode, bijv de gebeurtenis, perceptuele info (kleuren, textuur, vormen), proprioceptieve info (hoe iets fysiek gevoeld heeft) en emotionele inhoud.

2. derived geheugen (derived= afgeleid van) ->
bewerkte inceptieve herinneringen, soort samenvatting v concrete ervaringen. Bijv. een samenvatting vd. persoonlijk vd ontmoette persoon.

volgens Klein maken die samengevatte abstracte info snelle beslissingen mogelijk.

Wat is de adaptieve functie (evolutie) van dit subsysteem van derived geheugen?

Snelheid van beslissingen bevorderen ten koste van de accuraatheid. De inceptieve herinneringen worden wel bewaard, ondanks dat ze een traag en kostbaar proces zijn omdat ze bruikbaar zijn in situaties waar accuraatheid belangrijker is dan snelheid.

Leerdoel: een omschrijving geven van de heuristiekenleer van Kahneman en Tversky; meer specifiek: een omschrijving geven van de representativeness bias en base-rate neglect

Bevinding van Kahneman en Tversky: mensen zijn zeer slecht in het nemen van besluiten in situaties waarin een mate van onzekerheid aanwezig is. Veel van onze besluitvorming betreft een mate van het gebruik van heuristieken. Kort door de bocht oplossingen voor een probleem, welke vaak snel en makkelijk toepasbaar zijn, maar die niet per se een goede oplossing garanderen. (tegenstelling zijn algoritmes, zeer ingewikkelde berekeningen, maar gegarandeerd de juiste oplossing).
De heren hebben specifiek representativeness bias en base-rate neglect bestudeerd.

Wat versnelt en vergemakkelijkt het geheugen door het cognitieve systeem ten koste van de accuraatheid?

derived geheugen, stereotypen (of prototypen), categorisatie.

Wat is een adaptieve verklaring voor waarom het geheugen faalt. Noem de 7 zonden van het geheugen van Schacter.

1. transience (snel vergeten)                                                                                                 

2. absent-mindedness (verstrooidheid)

3. blocking (blokkering

4. misattribution (verkeerd toeschrijven

5 suggestibility (suggestiviteit)

6. bias

7. persistence (hardnekkig)

Leerdoel: het verband leggen tussen de heuristiekenleer van Kahneman en Tversky en de evolutionaire benadering van redeneren in onzekere omstandigheden

Biases zijn geen fouten, maar zouden gezien kunnen worden als "illusies". Je brein denkt iets anders waar te nemen dan dat er is. Als het illusies zijn, dan zijn dit geen 'bugs in the system' maar adaptations.

Hoe redeneer en beslis je in een onzekere wereld?

via heuristieken

= verkorte oplossingen tot een probleem die daardoor snel en makkelijk is maar niet altijd de juiste oplossing garandeert.

heuristieken: representatieve bias en base-rate neglect.

representatieve bias = onbewuste regel die mensen toepassen door zich in hun oordeelsvorming te laten leiden door de mate waarin zij een uitkomst representatief achten voor de oorzaak die ze overwegen.

base-rate neglect = de geneigdheid om achtergrondinformatie te negeren.

Evolutionaire standpunt (adaptieve redenering) VS heuristiek en bias traditie (irrationaliteit v menselijk redeneren)?

Niet altijd tegengesteld. evolutionaire benadering= ultimate verklaring en heuristiek/biase tradititie= proximate verklaring.

Hoe test je een hypothese die conditioneel geredeneerd is.

door te bewijzen dat het NIET WAAR is. bv. alle zwanen zijn wit...zie je een zwarte zwaan dan is die regel dus gebroken.

Waarom niet goed in redeneren over sociale contracten die niet over bedriegers ontmaskeren gaan?

is in lijn met Trivers' claims over groepsleven. Reciproke altruïsme betekent: controleren of niemand bedrieger is, geen reden om te controleren of jij meer dan je eerlijke portie krijgt. dat is taak vd ander. Cosmides/Tooby: brein heeft ws. groot aantal aangeboren domeinspecifieke mentalen modules voor ontdekken van bedriegers.

mensen zijn informavores stelt Miller =

mensen consumeren informatie op een gelijke manier als zij (en andere dieren) voedsel consumeren

Wat wordt er bedoeld met inceptive herinneringen

Dit zijn echte episodische herinneringen die worden opgeslagen bij het begin zonder verdere verwerking. Dit is vaak een mengelmoes aan verschillende soorten informatie zoals geluiden, geuren, kleuren en emotionele details. Men kan van deze inceptive memories vervolgens verder verwerken om derived / afgeleide  memories te vormen (dit zijn een soort samenvattingen van concrete ervaringen)

Wat wordt bedoeld met stereotype / prototypes en wat is een verklaring hiervoor?

Reflect the properties of frequently encountered members of that category. Zij hebben als functie dat men informatie snel kan verwerken.

Stereotypen leiden mogelijk tot vooroordelen maar deze vooroordelen zijn op zichzelf geen bewijs van slechte aanpassing. Wat wordt hiermee bedoeld?

Aanpassing verhoogd inclusive fitness en bevooroordeeld zijn hoeft inclusive fitness niet te beinvloeden. Een snel oordeel klaar hebben over iemand kan net zo handig zijn als snel zien of een dier een gevaar kan vormen of een bepaald soort voedsel giftig kan zijn. Ze verminderen informatie om zo snellere beslissingen mogelijk te maken. Zij zullen dus niet gemakkelijk nuances vast kunnen leggen.

Wat is de adaptive memory approach?

Aanhangers van deze benadering zeggen dat herinneringen niet alleen geevolueerd zijn om snelle beslissingen te maken maar dat het ook gevoeliger is voor bepaalde content. Vooral content die belangrijk was voor de levens van onze voorouderen. Ze introduceren de s-waarde (s voor survival). Concepten die hoog in s waarde zijn, zijn gerelateerd aan overleving, reproductie, navigatie, sex, sociale uitwisselingen en verwantschap.

Wat wordt er bedoeld met de Gambler's Fallacy?

Dat men gelooft dat een aantal verliezen altijd wordt gevolgd door een aantal wins om zo een gelijke verdeling te krijgen in het aantal wins en losses.

Wat wordt er bedoeld met de Heuristic and biases approach?

Dit is de traditionele benadering die beredenering tijdens onzekerheid probeert te verklaren. Het lukt mensen vaak niet om op een juiste manier te redeneren omdat ze vaak een snelle oplossing zoeken wat al gauw leidt tot cognitieve illusies.

Cosmides en Tooby lieten weten dat het menselijk brein goed is in het omgaan met frequentie data maar heel slecht in kansberekening van enkele gebeurtenissen. Hoe verklaren zij dit?

Mensen en dieren kunnen beslissingen maken over de waarschijnlijkheid van een gebeurtenis (bijvoorbeeld over de succesrate bij het jagen) gebaseerd op eerdere succes rates. Single case probabilities zijn niet geevolueerd omdat ze betekenisloos zijn volgens hen. Dit heeft te maken met het missen van een referentie klas.  Je kan onmogelijk een goede keus maken gebaseerd op een enkele gebeurtenis.

Waarin verschilt de heuristics en biases traditie met de evolutionaire groep op het gebied van denken?

De heuristic en biases traditie legt de nadruk op de irrationaliteit van menselijk redeneren, terwijl de evolutionaire groep zich meer richt op de aangepaste rationalisering. Ook legt de laatste meer een nadruk op ultimate benadering terwijl de eerste zich vooral bezig houdt met proximate verklaringen.

Wat houdt de verzamelaar theorie in?

Dieren moeten vele aan behoeften voldoen en hebben hier maar weinig tijd voor. Hoe managen ze hun tijd op een verstandige manier? Deze theorie houdt zich bezig met hoe dieren hun tijd verdelen om rijker voedsel te verzamelen ipv minder voedzaam voedsel en tegelijkertijd de kosten in te calculeren zoals de energie die het kost om het voedsel te verkrijgen.
Dieren moeten altijd vrij complexe berekeningen maken. Weegt het risico om gevangen te worden door een roofdier op tegen starvatie? Wat is het risico?

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo