Samenvatting: Examenvragen
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Examenvragen
-
1 Materialen
Dit is een preview. Er zijn 30 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Verklaar de materialendriehoek. Hoe staat dit in verband met composieten?
Hierin wordt verbeeld dat de mogelijkheden tot een bepaalde constructie te komen sterk samenhangen met het materiaal en de productiemethode.
Het verband: bij het vervaardigen van een composietproduct worden het materiaal en de constructie vaak tegelijkertijd gemaakt. Vandaar de benaming materiaalconstructie. -
Wat gaat gepaard met de transitie naar composiet?
- motivatie om over te stappen
- nieuwe constructiemethodes
- nieuwe ontwerp- en designregels
- motivatie om over te stappen
-
Waarom spreekt men hier van relatieve voor- en nadelen tov een gangbaar materiaal?
Omdat bij composieten telkens per ontwerp de voor- en nadelen genuanceerd moeten worden, want in sommige gevallen gaan ze niet op of werken ze elkaar tegen. -
Maak het verschil tussen vezelrichting en loodrecht op de vezelrichting duidelijk.
Een kunststof, waaraan gerichte vezels zijn toegevoegd, is in vezelrichting vele malen sterker en stijver dan de kunststof zelf. Loodrecht op de vezels is de stijfheidstoename minder groot. De sterkte loodrecht op de vezels is aanzienlijk lager, omdat de vezels als spanningsconcentratoren optreden. -
Hoe past men de richtingsafhankelijkheid in de praktijk toe?
In de praktijk worden vaak vezels in verschillende richtingen ingebouwd. -
Waarom zijn koolstofvezels transversaal isotroop?
Doordat ze in de lengte een veel hogere stijfheid hebben dan in de dwarsrichting. -
Geef schematisch de verschillende mogelijkheden weer waarop vezels tot textiel kunnen verwerkt worden (van vezel tot textiel).
Figuur 7: van vezel tot textiel -
Waarvoor staat NCF en wat is het verschil met een weefsel?
NCF = Non Crimp Fabric
Tot tegenstelling van een weefsel is een NCF wel een isotroop, omdat de lamellen in verschillende richtingen worden aangebracht. -
Waarom zijn thermoharders beter geschikt dan thermoplasten bij het verwerken van composieten?
Thermoplasten hebben een grote uitzettingscoëfficiënt. Er zijn ook hogere temperaturen en drukken nodig bij de productie. Thermoharders daarentegen worden uitgehard door er een katalysator aan toe te voegen en tijdens de uitharding wordt vaak de temperatuur geregeld (zo min mogelijk uitzetten/krimpen). -
Geef enkele duidelijke verschilpunten tussen polyesters, vinylesters en epoxy's.
- Epoxy krimpt een stuk minder bij het uitharden dan polyesters en vinylesters.
- Polyesters zijn gevoeliger voor schade door osmose (water dat in de kunststof wordt opgenomen en blaasjes kan veroorzaken).
- Alle kunststoffen worden gemengd uit minimaal 2 componenten: in het geval van polyesters en vinylesters is dat het monomeer + een katalysator; bij epoxy wordt het hoofdbestandsdeel met een harder samengevoegd.
- Epoxy krimpt een stuk minder bij het uitharden dan polyesters en vinylesters.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden