Individual differences and measurement of energy capacities - Inspanningstesten
4 belangrijke vragen over Individual differences and measurement of energy capacities - Inspanningstesten
Benoem twee oorzaken waarom er individuele verschillen zitten in metabolische capaciteiten.
- Dit heeft te maken met aanleg en met training: trainen om de anaerobe capaciteit te verbeteren, heeft weinig positief effect op de aerobe capaciteit.
Je kan praktische prestatietesten uitvoeren om te kijken hoe het anaeroob allemaal in elkaar zit, benoem deze:
- Onderliggende assumpties
- Op het maximale vermogen wordt alle ATP via ATP-PCr hydrolyse geregeneerd
- Er is voldoende ATP en PCr aanwezig om maximale prestaties van ongeveer 6 seconden te voorzien.
- Vermogenstesten
- Trap-sprinttest
- P=(F*D)/T
- Sprongtesten
- Sargent sprong score
- Vertical Jump score
- Andere all-out van 6-8 seconden
Testen kan door middel van fysiologische en biochemische testen, benoem deze:
- Grootte van intramusculaire ATP-PCr voorraad
- Depletion rates van ATP en PCr tijdens kortdurende all-out inspanning
- Spierbiopten
- Goede correlatie met kortdurende all-outs prestaties
- Lastig om te bepalen tijdens zeer kortdurende inspanning
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Welke factoren hebben invloed op de VO2 max?
- Type inspanning
- Erfelijkheid
- Trainingsstatus
- Geslacht
- Lichaamsgrootte en samenstelling
- Leeftijd
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden