Exportmanagement Samenvatting
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Exportmanagement samenvatting
-
1 Hoofdstuk 1
Dit is een preview. Er zijn 6 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Wanneer is er sprake van comparatieve kostenverschillen? Wat zijn de bijbehorende factoren?
als er tussen twee landen een verschil is in verhouding van kosten van het ene product ten opzichte van kosten van ander product. Het land met de laagste kosten kan het beste produceren
· Verschil in productiefactoren (meer arbeid, meer kapitaal)
· Niveau van ontwikkeling land. Een hoger ontwikkelingspeil betekend betere kwalitatief hoge arbeidskrachten
· Geografische liggen (logistiek, productkeuze)
· Invloed virtualisering economie, toepassing ITC
· Kunstmatige voordelen (voordelen door overheid zoals maatregelen) -
Porters Diamond is een model dat verschillen in concurrentiekracht tussen landen analyseert. Het word bepaald door 4 determinanten: Factorvoordelen, Aard van nationale vraag, aard van concurrentie en netwerk. Leg deze uit
Factorvoordelen: basisfactoren (grondstoffen, klimaat) en meer ontwikkelde factoren (opleidingsniveau)
Aard van nationale vraag: samenstelling van binnenlandse vraag, omvang groeipatroon en buitenlandse vraag
Netwerk van met elkaar verbonden sectoren -
Export bestaat uit: Export, Wederinvoer, Wederuitvoer, Doorvoer. Leg deze uit
- Export: uitvoer van in het land gemaakte producten
- Wederinvoer (herimport): invoer van eerder uitgevoerde producten die in het buitenland bewerkt zijn
- Wederuitvoer (herexport): uitvoer van ingevoerde en hier bewerkte goederen (meestal weinig toegevoegde waarde)
- Doorvoer: verder vervoeren van goederen die fysiek naar Nederland komen (worden vrij verhandeld maar blijft eigendom van het andere land) -
Wat zijn de volgende begrippen:InvoerGlobal Sourcing
Invoer: goederen die naar Nederland komen in in het vrije verkeer worden gebracht
Global sourcing: een onderneming vestigt een bedrijfsproces over de grens en laat het door derden verzorgen waardoor de kosten het gunstigst zijn.
-
Wat zijn de volgende twee verdragen: GATT en WTO
General Agreement on Tarrifs and Trade (GATT): dit moet onderlinge handelsbelemmeringen tussen landen afschaffen.
Word Trade Organisation (WTO): heeft de taak om dit te controleren en nieuwe regels te maken. -
Er zijn vier soorten dumping (bij uitvoer tegen een lagere prijs verkopen dan in land van productie, waardoor producten in land van invoer schade oplopen): strategische, sociale, subsidie en discriminatiedumping. Leg deze uit
Strategische dumping: dumping om concurrentie uit te schakelen
Sociale dumping: lonen en secundaire arbeidsvoorwaarden onder waarde prestaties
Subsidiedumping: overheidssubsidies aan exporterende ondernemingen, zodat die met lage prijzen beter kunnen concurreren op buitenlandse markten.
Disciminatiedumping: verschillende dumpingprijzen op verschillende gescheiden markten
Dumping leidt tot prijsbederf -
Leg de volgende protectionistische maatregelen uit:1. Invoerrechten (tarieven)2. Exportsubsidies3. Invoer- en tariefcontinenten4. Handelsverdragen
1. Invoerrechten (tarieven): belastingen geheven op ingevoerde goederen en diensten.
2. Exportsubsidies: financiële tegemoetkoming door overheid aan exporterende bedrijven om concurrentiekracht op buitenlandse markt te vergroten
3. Invoer- en tariefcontigenten: overheid bepaald omvang (overheidsquotum) of waarde (waarde quotum) van geïmporteerde producten. Bij tariefcontigenten wordt boven bepaalde hoeveelheid importgoederen een invoerrecht gegeven -> bilateraal (tussen twee landen), multilateraal (tussen meer landen) of globaal (alle landen)
4. Handelsverdragen: overeenkomst tussen twee (bilateraal) of meer (multilateraal) landen waarin afspraken over onderling handelsverkeer zijn gemaakt -
Leg de volgende protectionistische maatregelen uit:5. Non-tarifaire belemmeringen (NTB)6. Staatshandel7. Managed trade
5. Non-tarifaire belemmeringen (NTB): regels, voorschriften, formaliteiten en procedures die belemmeringen vormen voor het handelsverkeerd (keuringseisen, tolheffingen, douaneformaliteiten)
6. Staatshandel: markt wordt beheerst door de overheid: overheid is handelspartner
7. Managed trade: handel waarbij politiek beslissingen met betrekking tot export beïnvloed (interventie) -
Wat zijn de volgende begrippen:Nieuw protectionismeVrijwillige exportbeperkingen
Nieuw protectionisme (zachte protectie): protectionistische maatregelen die vorm hebben van non-tarifaire beperking (kartels, overeenkomst om markt te verdelen, subsidies)
Vrijwillige exportbeperkingen (VEB): kwantitatieve exportbewerkingen door overheid op eigen industrie om harde maatregelen van andere landen te voorkomen. Prijzen blijven op hoog niveau. -
Er zijn 5 soorten vormen van samenwerkingen: preferentiële zone, vrijhandelszone, tariefgemeenschap, douane-unie (tolunie) en economische unie. Leg deze uit
1. Preferentiële zone: leden (landen) staan elkaar tariefpreferenties toe
2. Vrijhandelszone: onderlinge invoerrechten worden afgeschaft, maar elk houden hun eigen buitentarief voor derde landen
3. Tariefgemeenschap of unie: leden schaffen onderlinge invoerrechten af en heffen gemeenschappelijk tarief van invoerrechten aan derden.
4. Douane-unie (tolunie): gemeenschappelijk buitentarief ten opzichte van derden
5. Economische unie: harmonisatie van economische, monetaire, fiscale en sociale politiek van aantal landen
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden