Startpagina / Samenvattingen / Externe verslaggeving / activa-vast-immateriele

Immatriele vaste activa

8 belangrijke vragen over Immatriele vaste activa

Wat wordt er zoal verstaan onder immateriële activa?

Hieronder worden o.a. verstaan:

merknamen
uitgaverechten
computersoftware
licenties
octrooien
recepten

Wat zijn immateriële vaste activa?

Immateriële vaste activa onderscheiden zich van materiële vaste activa doordat ze geen tastbare vorm (no physical substance) hebben en dus onzichtbaar zijn. Ze hebben met materiële vaste activa echter gemeen dat ze langdurig bruikbaar zijn voor de bedrijfsuitoefening. Ze moeten als zodanig identificeerbaar zijn, om ze van goodwill te kunnen onderscheiden.

Waarom komen lang niet alle immateriële vaste activa op de balans?

Dit heeft te maken met de grote onzekerheden en de hoge mate van subjectiviteit verbonden aan de waardering van dit soort activa.

Waarom worden onderzoekskosten niet geactiveerd?

De kosten van onderzoek voldoen volgens IAS 38 niet aan de activeringscriteria omdat onvoldoende zeker is dat het opbrengsten oplevert.

Vanaf welk moment mogen ontwikkeling kosten worden geactiveerd?

Vanaf het moment dat aan ALLE specifieke eisen (5)voor activering van ontwikkelingskosten wordt voldaan.

het gevolg hiervan is dat maar een deel van de ontwikkelingskosten wordt geactiveerd.

IAS 38.57

RJ 210.224

Op basis waarvan staat een immaterieel vast actief op de balans als het in gebruik wordt genomen?

Op basis van de betaalde kostprijs (bij aankoop) of als gevolg van activering van de gemaakte ontwikkelingskosten.

Waarom moet in geval van activering van bepaalde immateriële vaste activa (waaronder ontwikkelingskosten) een wettelijke reserve worden gevormd die gelijk is aan het geactiveerde bedrag?

Uit overwegingen van voorzichtigheid en bescherming van de belangen van crediteuren.

Artikel 365 BW2

Welke informatie moet in de toelichting op immateriële vaste activa staan?

de economische gebruiksduur (eindig of oneindig);
de afschrijvingstermijn- en methoden in geval van een eindige levensduur;
de historische kostprijs en cumulatieve afschrijvingen;
de post(en) in de resultatenrekening waarin de afschrijvingen zijn opgenomen;
de mutatieoverzichten waarin alle toevoegingen en verminderingen apart worden aangegeven;
de boekwaarde van de immateriële vaste activa met een onbepaalde gebruiksduur en redenen waarom de gebruiksduur onbepaald is;
de datum van herwaardering bij waardering van reële waarde, hoogte van de herwaarderingsreserve aan begin en eind van boekjaar;
het totaalbedrag van de onderzoeks- en ontwikkelingskosten die in het boekjaar ten laste van het resultaat zijn gebracht.