Samenvatting: Fa-Ba303 Auto-Immuniteit

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van FA-BA303 Auto-immuniteit

• Zelftest BA303, t.b.v. de toetsing van benodigde voorkennis

  Dit is een preview. Er zijn 5 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 09/09/2019
  Laat hier meer flashcards zien

• Uit welke verschillende verdedigingslinies bestaat het immuunsysteem ruwweg?

  Eerste linie (niet specifiek):
  Mechanische/Fysieke barrières: epitheelcellen met tight junctions, mucusproductie, beweging van cilia (bronchiën) of peristalsis (darmen).
  
  Tweede linie (niet specifiek):
  Chemische barrières: Defensins, Cathelicidines Cellen van de aangeboren afweer: NK-cellen, Neutrofielen, Macrofagen, Dendritische cellen (DCs)
  
  Derde linie (specifiek): Adaptief immuunsysteem T-cellen, B-cellen, antilichamen

• Hoe zou je een antigeen definiëren?

  Een molecuul dat specifiek herkend kan worden door een antilichaam of T-cel receptor. (p.110)

• Hoe zou je immunologische tolerantie definiëren?

  Bij de aanmaak van lymfocyten ontstaat een enorm grote variatie aan antigeen-herkennende receptoren. Aangezien adaptieve immuunreacties hevig van aard zijn, is het heel belangrijk dat lichaamseigen antigenen niet herkend worden door de lymfocyten, zodat lichaamseigen weefsels niet aangevallen worden.

• Welke cellen zijn met name betrokken bij de “uitvoering” van de adaptieve immuunrespons; i.e. welke effector-cellen zijn belangrijk in de adaptieve immuunrespons?

  B-cellen en T-cellen, waarbij de T-cellen nog onder zijn te verdelen in CD8+ cytotoxische Tcellen (ook wel cytotoxic T-lymphocyte; CTL) en CD4+ T-helper (Th) cellen. De Th cellen zijn ook weer onder te verdelen in verschillende subsets; TFH, Th1, Th2, Th17, Treg

• WC 1 Anatomie, transport en productie van naïeve cellen (Hfst. 1-8)

  Dit is een preview. Er zijn 17 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 09/09/2019
  Laat hier meer flashcards zien

• 1) Uit welke onderdelen is het lymfatisch systeem opgebouwd?A • Wat is de functie van de onderdelen? (kort en bondig)B• Hoe is een lymfeklier opgebouwd (benoem belangrijkste structuren)

  Het lymfestelsel bestaat uit gespecialiseerde vaten, lymfevaten genaamd, die vloeistof uit weefsels afvoeren en uit lymfeklieren (lymfeknopen) die ontstaan op plaatsen waar meerdere lymfevaten kruisen. 
  
  Functie onderdelen:
  Lymfevaten: Lymfevaten verzamelen microbiële antigenen uit weefsels en leveren de antigenen af aan lymfeklieren, waar ze adaptieve immuunresponsen kunnen stimuleren.   
  
  lymfeknopen: bevorderen de initiatie van een adaptieve immuunrespons op antigenen uit weefsels die via lymfevaten afgevoerd zijn  
  
  Een lymfeklier (lymfeknoop) is opgebouwd uit de T-cel rijke en B-cel rijke zones en de toegangsroutes van lymfocyten en antigenen.

• Welke cellen vallen er onder de antigen-presenting cells (APC’s)?

  Dendritische cel
  macrofaag
  B cel
  sommige epitheelcellen
  vasculaire endotheelcellen

• Via welke receptoren worden de antigenen gepresenteerd?

  B-cellen hebben immunoglobulinereceptoren (Ig) Dit zijn antigeen-specifieke receptoren. 
  
  macrofaag: MHC klasse 2 (is dit complex een receptor?)
  
  Dendritische cel: MHC klasse 2 (is dit een receptor?)

• Waar vindt de opname van microbiële antigenen plaats?

  - huid
  - maag-darmkanaal 
  - luchtwegen    
  
  Vervolgens migreren de DC naar de lymfeknoop, maar ze kunnen ook migreren naar de milt.

• 3B Waar en uit welke cellen worden deze cellen gevormd?

  Deze cellen worden gevormd uit hematopoietische en 'multipotent progenitor' stamcellen in het beenmerg. Dan kunnen ze vanuit die stamcellen differentiëren en kunnen ze bv. een T cel, B cel, NK cel, een van de macrofagen of mestcellen worden.

• Waar vindt de maturatie van deze cellen plaats?

  - De proliferatie en rijping van voorlopercellen vinden plaats in het beenmerg en worden gestimuleerd door cytokines. 
  
  -  De thymus is de plaats van T-cel rijping
  
   - Onrijpe mestcelvoorlopers komen voort uit een gemeenschappelijke granulocyte/ monocytenprecursor, verlaten het beenmerg en rijpen tot mestcellen in perifere weefsels.
  
  - het beenmerg is de plaats van B-cel rijping
  
  - De voorlopers van bloedcellen rijpen en migreren door het sinusvormige basaalmembraan en tussen endotheelcellen om de vasculaire circulatie binnen te gaan.