Samenvatting: Familiaal Vermogensrecht In Essentie (Huwelijksvermogensrecht)

Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Familiaal vermogensrecht in essentie (huwelijksvermogensrecht)

• 1 HET PRIMAIR STELSEL

• 1.1 toepassingsgebied ratione personae en ratione temporis

• Op wie is het primair stelsel inzake het huwelijk van toepassing en wanneer?

  Het primair stelsel is van toepassing op alle gehuwden door het enkel feit van het huwelijk (<-> wettelijke samenwoning) vanaf het sluiten van het huwelijk tot aan de ontbinding ervan, hetzij door de dood van een echtgenoot of echtscheiding.

• 1.2 krachtlijnen van het primair huwelijksvermogenstelsel

• Rond welke drie krachtlijnen is het primair huwelijksvermogensstelsel opgebouwd?

  1. Gelijkheid tussen echtgenoten
     
  2. behoud van autonomie van iedere echtgenoot
  3. minimale solidariteit tussen de echtgenoten en de bescherming van het gezinsbelang

• 1.2.1 Krachtlijn 1: gelijkheid tussen echtgenoten en behoud van de handelsbekwaamheid

• Bespreek de gelijkheid tussen echtgenoten en hun behoud van de handelingsbekwaamheid (krachtlijn 1).

  • Elke echtgenoot heeft dezelfde rechten en verplichtingen
    
  • het huwelijk beïnvloedt de handelingsbekwaamheid van de echtgenoten niet:
  • elk der echtgenoten int eigen inkomsten en kan zelf een rekening openen of kluis huren
  • ze kunnen elkaar als lastgever aanstellen maar niet onherroepelijk (dwingend recht dus kan niet in de huwelijksovereenkomst worden op genomen)
  • wel zijn er enkele gronden van handelingsonbevoegdheid: sommige rechtshandelingen kunnen niet zelf(standing) worden gesteld buiten de andere echtgenoot om: bv met betrekking tot de gezinswoning, huisraad,  hypotheek, lening, ...) art. 215 OBW en 2.3.31 ev BW

• 1.2.2 Krachtlijn 2: solidariteit tussen de echtgenoten en de bescherming van het gezinsleven

• Bespreek de solidariteit tussen de echtgenoten en de bescherming van het gezinsleven (krachtlijn 2 van het primair huwelijksvermogensstelsel)

  1. Hulp en bijdrageverplichting
     
  2. bescherming van de gezinswoning
  3. hoofdelijkheid voor de huishoudelijke schulden en de schulden van de opvoeding van de kinderen

• 1.2.2.1 hulp- en bijdrageverplichting

• Wat is de hulp- en bijdrageverplichting tussen echtgenoten?

  Dit is de verplichting van hulp en bijdrage in het huwelijk zodat de levensstandaard tussen beide dezelfde is door gemeenmaking van de inkomsten gekoppeld aan de lasten (kosten) van het gezin

• 1.2.2.2 bescherming van de gezinswoning

• Hoe wordt de gezinswoning beschermd door het primair huwelijksstelsel?

  Iedere echtgenoot is handelingsonbevoegd om rechtshandelingen te stellen die de bestemming van de gezinswoning in het gedrang brengen of kunnen brengen zonder instemming van de andere echtgenoot.

• Aan welke drie criteria moet worden voldaan om een woning als de gezinswoning te bestempelen in het primair huwelijksvermogensstelsel?

  • Het moet de voornaamste woning zijn: dus één woning waar de meeste tijd wordt gespendeerd door het gezin, ongeacht waarde en/of formele elementen zoals inschrijving
    
  • De woning moet daadwerkelijk bewoond zijn (niet de toekomstige woning)
  • Het moet een onroerend goed zijn, inclusief de aanhorigheden

• Hoe ver gaat de draagwijdte van de bescherming van de gezinswoning in het primair huwelijksvermogensstelsel?

  Deze bescherming geldt enkel tussen de echtgenoten en de woning is dus niet beschermd tegen rechtshandelingen door derden, ze is niet onbeslagbaar (uitzondering: de zelfstandige heeft deze mogelijkheid (wet van 25/04/2007)

• 1.2.2.2.2 echtgenoot is huurder van de gezinswoning

• Welk effect heeft het primair huwelijksvermogensstelsel op de woning door één van de echtgenoten voor het huwelijk gehuurd?

  Het contractuele staat van de huurovereenkomst wordt gewijzigd: de verhuurder krijgt er een wettelijke huurder bij. Alle opzeggingen, betekeningen en exploten moeten dus aan beide huurders/echtgenoten gebeuren. Let wel, dit geldt enkel wanneer de verhuurder hiervan kennis heeft. Dit heeft evenmin toepassing op pacht of handelshuurovereenkomsten zelfs wanneer het gezin in het goed woont. Zie ook het Vlaams Woninghuurdecreet dat een regeling voorziet bij het einde van het huwelijk/wettelijke samenwoning.

• 1.2.2.3 Hoofdelijkheid voor de huishoudelijke schulden

• Voor welke schulden zijn de echtgenoten volgens het primair huwelijksvermogensstelsel hoofdelijk gehouden?

  De niet-buitensporige huishoudelijke schulden en de niet buitensporige schulden voor de opvoeding van de kinderen, gemeenschappelijk of niet. Deze hoofdelijkheid wordt steeds vermoed: een derde te goeder trouw veronderstelt dat de echtgenoten samenwonen.