Anticonceptie en overgangsklachten - Overige anticonceptiva
3 belangrijke vragen over Anticonceptie en overgangsklachten - Overige anticonceptiva
Bekendste lokale anticonceptiva: IUD (Spiraaltje)
- Intrauterine device= spiraal
- Ontsteking in de baarmoeder waardoor een eicel niet kan nestelen
- koperhoudende IUD’s hebben tevens een schadelijk effect op de zaadcellen
- Koperhoudend word ook gebruikt als morningafterspiraal 5 jaar inblijven
- In progestageenbevattende IUD is levonorgestrel
Middelen met alleen progestagenen stof
- Prikpil = 1x per 3 maanden nadeel onregelmatige doorbraakbloedingen
- Minipil= 1 progestagenen stof, geen stopweek, nadeel onregelmatige bloedingen wordt gebruikt als er borstvoeding wordt gegeven of gevoelig voor trombose
- Implantaattabletten= 3 jaar blijven zitten, bij overgewicht max 2 jaar
Preparaten met progestatieve stof
- Prikpil= medroxyprogesteron 1 x per 12 weken (injectie)
- Minipil= esogestrelbevattend (borstvoeding)
- Implantaat= etonogestrel
- Uitstel menstruatie= progestatieve stof norethisteron maximaal 10 dagen worden uitgesteld
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden