Verdeling van geneesmiddelen in het lichaam - snelheid van verdeling

8 belangrijke vragen over Verdeling van geneesmiddelen in het lichaam - snelheid van verdeling

Wat zijn de bepalende factoren voor de snelheid van verdeling?

  • Passage doorheen membraan
  • bloeddebiet
  • binding in plasma en weefsels vrije fractie
maw: doorbloeding weefsels en gemak waarmee farmacan door de weefselbarrières kan passeren

Hoe gebeurt de gmdistributie naar weefsels met een hoge perfusie en discontinue capillairen?

Dit gebeurt snel; hiertoe behoren:
  • lever
  • milt
  • ingewanden
  • hart
  • nieren
  • hersenen (opgelt hebben wel tight capillairen)
  • bijnieren

Hoe gebeurt de gmdistributie naar weefsels met een lagere perfusie en meer continue capillairen?

Dit gebeurt traag; hiertoe behoren:
  • skeletspieren
  • huid
  • vetweefsel
  • bot
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wanneer is de distributie perfusiebegrensd?

Als de fysicochemische eigenschappen van een gm gunstig zijn voor de overgang naar de weefsels. De doorbloeding van de weefsels is dus de limiterende factor voor distributie

Wanneer is de distributie diffusiebegrensd?

Als de permeabiliteit de beperkende factor is voor opname in de weefsels

Wat gebeurt in de perfusiebegrensde verdeling?

  • Farmacon komt sneller in weefsels met hogere doorbloeding (lever, nieren, hart, hersenen) dan in weefsel met matige (spier) of lage (vet, bot) doorbloeding.
  • weefselmembranen vormen vrijwel geen barrière voor het gm
  • bij bepaalde ziektetoestanden is de weefselperfusie sterk gedaald zoals in het geval van hypovolemische shock

Wat gebeurt er bij diffusiebegrensde verdeling?

  • Opname van een gm in het weefsel kan traag verlopen ondanks een goede perfusie van de weefsel
  • tijd om tot een verdelingsevenwicht te komen is veel korter voor een zwakker zuur en daardoor zal het meer in een niet-geïoniseerde vorm in het plasma voorkomen

Welke 3e factor beïnvloedt de distributie(snelheid) van het farmaca?

Binding aan plasma- en weefseleiwitten. Enkel vrij gm kan distribueren en kan instaan voor het farmacodynamisch effect. Eerste interactie tussen gm en weefsel gebeurt in het bloedcompartiment waar het gm zich verdeelt tussen de rode BC, de witte BC, de plasma-eiwitten en plasma-water

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo