Farmacotherapie bij extreme leeftijden - jonge leeftijd-neonaten en kinderen-pediatrie - verdeling en eiwitbinding
4 belangrijke vragen over Farmacotherapie bij extreme leeftijden - jonge leeftijd-neonaten en kinderen-pediatrie - verdeling en eiwitbinding
Hoe is het verdelingsvolume bij gm'n die zich vnml in de extracellulaire vloeistof verdelen bij jongere leeftijd?
Hoe is de binding van farmaca aan plasma-eiwitten bij jongere leeftijden?
- Gm'n zijn minder goed gebonden aan plasma-eiwitten bij neonatus in vgl met oudere kinderen en volwassenen. Dit geldt voor:
- farmaca met een zure structuur die vooral aan albumine binden
- basische stoffen die aan het alfa1-zure glycoproteïne binden
Hoe komt het dat gm'n minder goed gebonden zijn aan plasma-eiwitten bij neonatus?
- Hypoproteïnemie
- verlaagde conc van het alfa1-zure glycoproteïne
- aanwezigheid van foetaal albumine dat een lagere bindingsaffiniteit vertoont
- aanwezigheid van bindingsinhibitoren zoals bilirubine en vrije vetzuren (zij gaan in comp treden met gm'n om te binden op de bindingseiwitten)
- lagere bloed-pH
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Hoe is de dosis voor een kind van 3 maanden en 5 jaar in vgl met een volwassene?
- Kind van 3 maanden met een gewicht van 6kg moet ongeveer dubbel zoveel krijgen als een volwassen persoon
- kind van 5 jaar met gewicht van 20kg moet 1,5 maal de dosi van de volwassene toegediend krijgen
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden