Het geneesmiddel en het lichaam - Farmacodynamiek
34 belangrijke vragen over Het geneesmiddel en het lichaam - Farmacodynamiek
Waar staat het begrip efficacy (effectiviteit) voor?
Waar staat het begrip potency (werkingskracht) voor?
Welke eiwitgebonden aangrijpingspunten voor geneesmiddelen zijn er?
- Enzymen
- Membraangebonden kanalen: ionkanalen of transportkanalen
- Membraangebonden receptoren: receptor gebonden ionkanaal of intracellulaire cascade gebonden receptoren.
bijv. Stollingscascade.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden
Waar spelen ionotrope receptoren een belangrijke rol in?
Na binding met de signaalstoffen aan ionkanaalgebonden receptoren kunnen ionkanalen selectief geopend of gesloten worden, in tegenstelling tot de vrije ionkanalen in de celmembraan die altijd doorgankelijk is.
Wat is en doet een metabotrope receptor?
Wat is en doet de ionotrope receptor?
Wat zijn partiele agonisten?
Wanneer spreekt met van een competitieve antagonist?
Wat is een direct aangrijppunt op de receptor?
Bijvoorbeeld:
- Agonisten (insuline)
- Antagonisten (b-blokker, all receptor blokker)
Een ATII antagonist (Valsartan bijv), remt direct de werking van Angiotensine II waardoor direct effect merkbaar. O.a. Vasodilatatie, zout en vocht resorptie.
Wat is een Indirect aangrijppunt op de receptor?
Bijvoorbeeld:
- Enzymen (statines, ACE remmers)
- Transportkanalen (SSRI)
Het geneesmiddel werkt dus indirect. Het zet een proces in werking waardoor het effect wordt bereikt.
Een ACE remmer remt angiotensine I waardoor Angiotensine II niet meer wordt gemaakt, waardoor effect bereikt wordt.
Wat betekend absolute risicoreductie?
Wat zijn behandeldoelen van geneesmiddelen?
- Symptomatisch (symptomen reductie)
- Preventief (gevolgen voorkomen)
Waarom moet je weten of een geneesmiddel potent is of niet?
Voorbeeld:
Patient heeft oxycodon en moet fentanyl gaan krijgen. Fentanyl is potenter dus is minder hoeveelheid van nodig om hetzelfde pijnstillende effect te bereiken.
Wat betekend het begrip Affiniteit?
Het ene geneesmiddel heeft een hogere affiniteit dan het andere
Wat is een Niet reversibele (niet competitief) antagonist?
Voorbeeld: Ascal
Niet reversibel = Het geneesmiddel gaat op de receptor zitten en laat niet meer los.
Wat voor soort systemen beïnvloed je met een geneesmiddel? (je beïnvloed niet een cel of orgaan)
- Het Autonome zenuwstelsel (sympathicus of parasympaticus)
- Emotionele systemen
Noem vormen van adaptaties van geneesmiddelen (aanpassingen van het lichaam om met het geneesmiddel om te gaan)
- Langzaam intreden van het effect van antidepressiva
- Resistentie bij chemotherapie of antibiotica
- Drugs/medicatie:
*Tolerantie (meer nodig voor gewenst effect),
*Dependency (het lichaam raakt gewend aan een bepaalde hoeveelheid/onthouding),
*Craving (verslaafd, bijv slaapmedicatie)
Wat is de overdrachtsstof bij het sympathische zenuwstelsel?
Uit de zenuwen en uit het bijniermerg.
Sympathische zenuwstelsel wordt met name vanuit het midden van het autonomische zenuwstelsel aangestuurd.
Wat is de overdrachtsstof bij het parasympatische stelsel?
Parasympatische zenuwstelsel wordt met name vanuit boven het onderin het autonomische zenuwstelsel aangestuurd.
Hoe noem je een medicijn die het sympathische systeem nadoet?
(Actie -- Adrenaline)
Bijv: Salbutamol
Hoe noem je een medicijn die het parasympatische systeem nadoet?
(Rust -- Acetylcholine)
Bij: Nicotine
Hoe noem je een medicijn die het sympathische systeem blokkeert?
(Actie -- Adrenaline)
Bijv: Betablokker
Hoe noem je een medicijn die het parasympatische systeem blokkeert?
(Rust -- Acetylcholine)
Bijv: Atrovent (blokkeert de werking om de luchtwegen te vernauwen. Waardoor het een kortwerkend luchtweg verwijdend effect heeft)
Deze middelen leveren vaak anticholinerge bijwerkingen, zoals bijv bij antidepressiva: droge mond, obstipatie en moeite met plassen
Welke receptor van (nor)adrenaline hebben effect op het hart?
En B2 op de bloedvaten, bronchiën, lever en skeletspieren.
Wat voor functionele cellulaire respons vindt er plaats na het geven van een betablokker?
Hierdoor treed verandering op in organen waar deze cellen met B receptoren deel van uitmaken. De contractie van het hart neemt af, de hartfrequentie daalt, geleiding daalt, er worden minder catecholamines in het centraal zenuwstelsel worden afgegeven. Er zal meer weerstand in de vaten en bronchiën optreden, de lever geeft minder glucagon af en de skeletspieren geven minder tremoren.
Wanneer noem je een geneesmiddel een selectieve agonist/antagonist?
Hierdoor heb je minder kans op bijwerkingen.
B1 receptor bètablokkers (metoprolol) is een selectieve bètablokker.
Selectieve bètablokkers hebben de voorkeur bij cardiale indicaties.
Wat voor soort antagonist is de betablokker?
Het lichaam moet meer (nor)adrenaline leveren om hetzelfde sympathische effect te leveren.
Wat zijn "me-too" preperaten?
Voorbeeld:
Metoprolol (werkt op B1 recepter)
Propranolol (werkt op B1 en B2 receptor)
Veel overeenkomsten, maar toch twee totaal verschillende middelen.
Noem uitwendig toedieningswegen waar geneesmiddelen een een lokaal effect bereiken
*Twijfels of deze vraag wel klopt
Wanneer noem je een geneesmiddel een niet selectieve agonist/antagonist?
Bijv. Propranolol werkt op zowel de B1 receptoren als de B2 receptoren.
Geef vier voorbeelden van mogelijke aangrijppunten op diverse eiwitten
Transporteiwitten
Ionkanalen
Receptoren
Wat is het verschil tussen Lineaire en exponentiële groei?
Er bestaat dus een vaste verhouding tussen de toename van invoer en toename van het resultaat
Bij exponentiële groei wordt een hoeveelheid steeds met met hetzelfde getal vermenigvuldigd.
Wat is het verschil tussen Allergie en intolerantie?
Bij intolerantie gaat het om stoffen die niet toxisch en niet allergeen op het lichaam uitwerken. Bij intolerantie gaat het om onvermogen om iets te verdragen.
Wat doet de cyp P450?
Is een katalysator: zet stoffen om zonder zelf verbruikt te worden
Grootste voorraad in de lever en darmen. Daarom ook grootste stofwisseling in deze organen
De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden