Nederland in de negentiende eeuw - Economische ontwikkelingen

11 belangrijke vragen over Nederland in de negentiende eeuw - Economische ontwikkelingen

Wat zijn farmers? Waar waren de meeste farmers te vinden?

Boeren die voornamelijk voor de markt produceren

In de kustprovincies

Wat zijn peasants? Waar waren de meeste peasants te vinden?

Boeren die op de eerste plaats zelfverzorgend zijn

Oosten en zuiden

Wat houdt het privé ondernemerschap in?

In plaats van de overheid gingen nu particulieren ondernemers bepalen wat de Javaanse boeren moesten verbouwen
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Waarom was het cultuurstelsel niet leuk voor de Javaanse boeren?

  • De Javaanse boeren krijgen weinig geld voor het gewas (in vergelijking met wat Nederland er aan verdient)
  • Ze konden minder voor 'zichzelf' verbouwen (zodat ze zelf eten hebben/ (meer) geld verdienen)
  • Ze waren gedwongen en dat wordt nooit leuk gevonden
  • Ze moesten hun beste stuk grond gebruiken om de producten voor Nederland verbouwen

Wat konden de Javaanse boeren doen om meer geld te verdienen?

Ze konden cultuurprocenten nemen, dan moesten ze extra grond afstaan voor de europese markt en daar kregen ze dan extra geld voor.

Vanaf wanneer ging het beter met de landbouw in NL? En waarom (3 dingen)

Midden van de negentiende eeuw

  1. Beter wordende verbindingen
  2. Snellere stoomschepen
  3. Trein


Omdat dit beter werd gingen de boeren zich focussen op de mogelijkheden die de exportmarkt bood

Wat hebben Rabobank, Interpolis en Campina te maken met boeren?

Rabobank en Campina zijn voortgekomen uit de economische macht van de coöperaties van de boeren

Waarom moesten de ondernemers die in de eerste helft van de negentiende eeuw toch met behulp van stoommachines tot massaproductie overgingen 'bakzeil halen'?
Wat voor oplossing was hiervoor?

Het duurde lang voordat de stoommachines dusdanig geperfectioneerd en energiezuinig waren

Wind- en watermolens

Waarom was de industrie in Nederland in de negentiende eeuw nog niet zo ontwikkeld?

Omdat ze niet bezig waren met productie voor andere landen maar alleen voor de binnenlandse markt. Omdat de binnenlandse markt niet heel groot was, was er niet veel industrie nodig en dus was de industrie niet zo ontwikkeld.

Welke drie dingen ontstonden er in Oost- en Zuid Nederland, Holland en op het platteland door de economische groei in 1850 in Nederland?

Oost- en Zuid-Nederland: Arbeidsintensieve industrieën (textielindustrie, wolindustrie)
Holland: Kapitaalintensieve industrieën (scheepsbouw en machinefabrieken)
Platteland: Bedrijven die agrarische stoffen verwerken

Transitohandel lijkt op de stapelmarkt in de zeventiende eeuw. Wat is het verschil tussen die twee?

Bij de stapelmarkt worden de handelswaren eerst opgeslagen en dan doorgevoerd. Bij transitohandel worden de handelswaren meteen doorgevoerd

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo