Wet onroerendezaakbelastingen

26 belangrijke vragen over Wet onroerendezaakbelastingen

Zoek op: maakt integraal deel uit van de Gem. w

pag. 4.1

De ozb van bedrijfspanden is opgesplitst in

1. eigenarenbelasting
2. gebruikersbelasting

Bij objectieve belasting staat ... op de voorgrond.

het object (de onroerende zaak) op de voorgrond. Om de belasting daadwerkelijk te kunnen heffen, wordt bij het object een belastingplichtige gezocht.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Met het zakelijke karakter van de ozb wordt bedoeld dat

met de persoonlijke omstandigheden van de belastingplichtige (inkomen, woon- of vestigingsplaats, nationaliteit) geen rekening wordt gehouden

Het kenmerkende van de OZB tov de overige gemeentelijke belastingen is dat:

1. het de enige belasting is van een dergelijk financiële omvang, waarvan de opbrengsten vrij besteedbaar zijn en waaraan geen beperkingen aan de omvang van de opbrengsten zijn gesteld
2. het potentieel de grootste groep belastingplichtigen heeft

Uit de toelichting bij het wetsvoorstel van de ozb blijkt, dat de volgende doelstellingen ten grondslag liggen:

1. versterking van het rechtstreeks financieel belang van de inwoners van de gemeente bij het beleid van de gemeentelijke bestuursorganen door verruiming van het plaatselijk belastinggebied
2. het daarin vinden van een aansporing voor de gemeentelijke bestuurders om bij beslissingen omtrent het doen van uitgaven nut en offer nauwgezet tegen elkaar af te wegen
3. het mogelijk maken oneffenheden ind e verdeling van de algemene uitkering op te vangen

De Wet waardering onroerende zaken bevat voorschriften voor de waardering van onroerende zaken als grondslag tbc belastingheffing. Dit is gebaseerd op:

1. het streven naar meer duidelijkheid en uniformiteit bij het bepalen van een aantal belastingen (bijvoorbeeld het huurwaardeforfait inkomstenbelasting)
2. verbetering van de uitvoering van belastingheffing waarbij onroerende zaken in het geding zijn' deze dient daarmee de doelmatigheid.

Wie is, op lokaal niveau, belast met de uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken?

het college van burgemeester en wethouders, tenzij art. 231 lid 2b, Gem. w

De ozb kent voor binnen een gemeente gelegen onroerende zaken twee soorten belastingplichtigen:

1. zij, die bij de aanvang van het kalenderjaar onroerende zaken, al dan niet krachtens eigendom, bezit, of een beperkt recht of persoonlijk recht, GEBRUIKEN -> enkel gebruik (huurpand, o.i.d.)?
2. zij, die bij de aanvang van het kalenderaar VAN onroerende zaken het genot hebben krachtens eigendom, bezit of beperkt recht (art. 220, Gem. w)

Iemand die in zijn eigen huis woont, ontvang een aanslag als

zakelijk gerechtigde én als gebruiker

Per 1 januari 2006 is de OZB-gebruikersbelasting voor woningen afgeschaft. Dit geldt voor

alle onroerende zaken die in hoofdzaak als woning worden gebruikt.

Tot de onroerende zaken waarvoor de aanslag OZB-gebruikers geheel achterwege blijft, behoren daarmee niet alleen de "woningen", maar ook


onroerende zaken die volledig dienstbaar zijn aan woondoeleinden.

- woningen in aanbouw
- garageboxen behorende bij woningcomplexen
- recreatiewoningen
- bouwpercelen voor woningbouw

Art. ... regelt wie als gebruiker belastingplichtig is voor de ozb

220b lid 1, Gem. w

In art. ... wordt geregeld wat wordt gezien als onroerende zaak (belastingobject)

art. 220a, Gem. w

Waar vind je de heffingsmaatstaf van de ozb?

Zie art. 220c, Gem. w -> hoofdstuk IV Wet waardering onroerende zaken

De volgende wettelijke vrijstellingen voor de onroerendezakenbelasting gelden niet voor de Wet waardering onroerende zaken:

1. kassenvrijstelling
2. kerkenvrijstelling
3. vrijstelling voor waterbeheersingwerken
4. vrijstelling voor rioolwaterzuiveringsinstallaties

Op welke wijze is de capaciteit voor de onroerendezaakbelasting van invloed op de algemene uitkering die de gemeente uit het gemeentefonds ontvangt?

De omvang van de belastingcapaciteit is van invloed op de hoogte van de algemene uitkering van de gemeente. Een gemeente met een grote belastingcapaciteit (door bv veel inkomen uit ozb) ontvangt minder algemene uitkering.

De vrijstellingen die in de ozb worden gehanteerd, kunnen worden onderscheiden in ... en ... vrijstellingen

wettelijke en facultatieve

Wettelijke vrijstellingen zijn opgenomen in art...?

art. 220d lid a t/m j, Gem. w

O.g.v. art. ... kan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties tezamen met de minister van Financiën vrijstelling van gemeentelijke belastingen verlenen, indien het volkenrecht dan wel het internationaal gebruik daartoe noodzaakt

art. 243, Gem. w

De vrijstellingen (o.b.v. internationale overeenkomsten) zijn opgenomen in de Regeling diplomatieke en internationale vrijstellingen. De regeling is onder te verdelen in drie vrijstellingen:

1. vrijstelling voor diplomatieke en consulaire vertegenwoordiging van vreemde mogendheden en hun hoofden, muv honoraire consuls.
2. vrijstelling voor specifieke objecten van een aantal instellingen en staten.
3. vrijstelling voor NAVO-militairen en -personeel, mits zij geen Nederlander zijn of duurzaam verblijf houden in Nederland.

Facultatieve vrijstellingen zijn vrijstellingen die een gemeente in haar belastingverordening kan opnemen:

1. Vrijstelling voor objecten: in hoofdzaak onroerende zaken voor zover die bestemd zijn voor publieke dienst van de gemeente, muv onderwijs.
2. vrijstelling voor straatmeubilair
3. vrijstelling voor plantsoenen, parken en waterpartijen
4. vrijstelling voor begraafplaatsen, urnentuinen en crematoria

Of een gemeente een facultatieve vrijstelling opneemt, behoort tot de

gemeentelijke beleidsvrijheid

Het belastingbedrag per eenheid heffingsmaatstaf is in iedere gemeente ...

gelijk

De macronorm wordt jaarlijks vastgesteld door

de minister van Financiën en de minister van Binnenlandse Zaken en wordt gebaseerd op de veronderstelde stijging van het bbp en van de inflatie

De macronorm moet rekening houden met

1. de gemeentelijke autonomie inzake het voorzieningenniveau
2. de bufferfunctie die de OZB vervult
3. de gevolgen van decentralisatie, waarbij door taakmutaties de risico's voor gemeenten toenemen
4. inflatie, areaal- en waardeontwikkelingen en een mogelijk verstorend effect van art. 12 Gem. w

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo