B. Fasen en faseovergangen

19 belangrijke vragen over B. Fasen en faseovergangen

Alle metalen zijn bij kamertemperatuur (20 °C) vast. Welk metaal is daar een uitzondering op ?

Kwik is bij 20 °C vloeibaar.

Waar werd kwik vroeger jarenlang voor gebruikt ? Waarom nu niet meer ?

In thermometers en ook in barometers (kan je luchtdruk mee meten.

Kwikdampen zijn giftig en daarom is het gebruik van kwik nu verboden.

Op de foto zie je vloeibare kwik. In welke toestanden kan kwik nog meer voorkomen ?

  • Gasvormig (dat is wanneer het damp wordt)
  • Vast, dan moet het een erg lage temperatuur worden
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

  1. In welke fase is ijzer bij kamertemperatuur?
  2. In welke fase is zuurstof bij kamertemperatuur?
  3. In welke fase is water bij kamertemperatuur

  1. Vast
  2. Gas
  3. Vloeibaar

In welke fase, denk je,
  1. is water bij -5 °C?
  2. En bij 105 °C?

  1. Water is bij -5 °C vast
  2. Water is bij 105 °C gas

Water kan van de vloeibare fase overgaan naar de gas fase. Hoe heet deze faseovergang?

Verdampen

  1. Je steekt een waxinelichtje aan. Welke faseovergang zie je direct naast het lontje?
  2. Welke faseovergang zie je direct naast het lontje als je het waxinelichtje dooft?

  1. Smelten
  2. Stollen

Vul de juiste faseovergang in:
          
Boter in een warme pan gaat  …………………………
Zeepblokje ruik je door  …………………………

Jus gaat in de koelkast  …………………………
Oppervlaktewater vermindert door  …………………………
Bevroren autoruiten ontstaan door …………………………

Boter in een warme pan gaat smelten
Zeepblokje ruik je door vervluchtigen
Jus gaat in de koelkast stollen

Oppervlaktewater vermindert door verdampen
Bevroren autoruiten ontstaan door rijpen

Kook ongeveer een halve liter water met de waterkoker. Deze hoeveelheid kun je aflezen op de waterkoker.

Pak de benodigdheden: bekerglas 250 ml, horlogeglas en 2 ijsklontjes

Schenk ongeveer 100 ml gekookt water in het bekerglas.
Neem alles mee naar je tafel en maak de opstelling zoals in de tekening.

Schrijf nauwkeurig op wat je ziet gebeuren tussen de waterspiegel en
het horlogeglas. (dat is op de tekening de licht gekleurde plek)


Schrijf de 2 faseovergangen op die tussen de waterspiegel en het horlogeglas plaatsvinden.
Faseovergang 1:


Faseovergang 2: 

Faseovergang 1:      het vloeibare water verdampt en wordt gas Faseovergang 2:      het gas waterdamp condenseert tegen het koude horlogeglas en wordt weer vloeibaar water

Schrijf de faseovergang op die plaatsvindt boven op het horlogeglas.

De ijsblokjes smelten.

Leg uit waarom deze proef wel de “kringloop van water” wordt genoemd.

Omdat water verdampt tot waterdamp en dit waterdamp vervolgens weer condenseert tot vloeibaar water. Dit proces herhaalt zich.

Lucht kan bij temperaturen onder het kookpunt van water slechts een beperkte hoeveelheid waterdamp bevatten. Waar hangt deze hoeveelheid van af ?

Die hoeveelheid hangt af van de temperatuur en de luchtdruk.

Wat gebeurt er als er dan meer waterdamp wordt toegevoerd dan dat de lucht kan bevatten ? Bijvoorbeeld door een open pan kokend water ?

Dan gaat de overtollige waterdamp condenseren.

Varieert de relatieve luchtvochtigheid buitenshuis ?

Ja buitenshuis kan de relatieve luchtvochtigheid enorm variëren, van minder dan 20% tot 100%.

Waardoor sneeuwt het in Siberië in de winter haast nooit ?

Niet omdat het te warm is, maar omdat het te koud is. Bij -30 °C of lager zit er gewoon te weinig waterdamp in de lucht om sneeuw te vormen.

Hoe heet het apparaat waarmee je de luchtvochtigheid kan meten ?

Een hygrometer.

De hygrometer in de figuur hiernaast geeft een luchtvochtigheid aan van ongeveer 61 %.

Op een mooie zomerdag is de temperatuur 30 °C. De lucht bevat 12 g/m3 aan waterdamp. Bereken de luchtvochtigheid (%) op dat moment.

De lucht kan max 30g/m3 waterdamp bevatten, maar bevat slechts 12 g/m3. Dit is (12/30) x 100% = 40%

De nacht daarna daalt de temperatuur flink. Bij welke temperatuur zal er condens / dauw ontstaan?          

Bij ongeveer 14°C

Roger tennist graag. In Nederland vindt hij het veel te warm om bij 30 °C te tennissen en is zijn shirt na een paar games al doorweekt. Wanneer hij in Spanje met vriend Rafael tennist, heeft hij bij dezelfde temperatuur nergens last van. Leg uit hoe dit komt.

In Spanje is de luchtvochtigheid lager, waardoor zweet sneller verdampt.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo