Omzetbelasting - Invoer & uitvoer

7 belangrijke vragen over Omzetbelasting - Invoer & uitvoer


Wanneer is er sprake van invoer? Wanneer is dit een belastbaar feit? Art. 18 Wet OB

Als er wordt geleverd vanuit een niet-EG lidstaat.

Invoer is altijd een belastbaar feit, dus ook bij particulieren die invoeren.

Wet OB 3 – Heffing ter zake van invoer (art. 18 t/m 23)



Welke speciale aangifte moet worden gedaan bij een invoer? Hoe werkt dit? Art. 22 Wet OB

Er moet een aangifte 'aangifte ten invoer' worden gedaan bij de douane. Een douaneambtenaar loopt deze aangifte na. Het tarief is gelijk aan de normale BTW-aangiften.

Een onderneming kan deze aangifte verleggen naar de normale BTW aangifte.

Wet OB 3 – Heffing ter zake van invoer (art. 18 t/m 23)


Waar bestaat de douanewaarde uit die moet worden vermeld op de aangifte? Welke 2 extra bedragen moeten hierin worden inbegrepen? Art. 19 Wet OB

De vergoeding die aan de importeur in rekening zijn gebracht of als dit niet duidelijk is dan is het de waarde van de invoer + :
1. Belastingen en heffingen met uitzondering van de verschuldigde invoer-btw

2. Kosten van vervoer tot op de plaats van bestemming en andere kosten zoals commissie, verpakken en verzekering.

Wet OB 3 – Heffing ter zake van invoer (art. 18 t/m 23)
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart


Hoe is de invoer door een particulier belast?



  • Vrijgesteld.


Welke invoer is vrijgesteld en valt onder het 0% BTW tarief? Art. 20 Wet OB (vijf)

Zaken die in tabel II staan. Dit zijn oa.
1. Goederen die hier te lane zijn maar niet zijn ingevoerd (tranistogoederen)
2. Zeeschepen
3. Goud voor centrale bank
4. Diensten van ingevoerde goederen zoals laden en lossen en opslag
5. Vervoer van goederen tot de plaats van de bestemming.


Wet OB 3 – Heffing ter zake van invoer (art. 18 t/m 23)


Welke extra 3 vrijstellingen m.b.t. goederen zijn er?

1. Retouremballage
2. Bepaalde goederen voor onderwijsinstellingen, musea, e.d.
3. Verhuisboedels

Wet OB 3 – Heffing ter zake van invoer (art. 18 t/m 23)


Welke relaties zijn der te onderscheiden bij invoer?

1. Relaties tussen ondernemers onderling
2. Relaties tussen ondernemers en particulieren
3. Relaties tussen gelijkgestelden, dit zijn bijvoorbeeld vrijgestelde ondernemers, landbouwers onder de landbouwregeling, niet-belastingplichtige rechtspersonen (overheid)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo