Startpagina / Samenvattingen / Flashcards deeltentamen 1 / gedrag-aandacht-verbeter

Flashcards deeltentamen

33 belangrijke vragen over Flashcards deeltentamen

Wat zijn beschermende factoren voor psychopathologie bij kinderen?

Autonomie-ondersteuning
controle van ouders
gemiddeld aanpassingsvermogen van het gezin
responsiviteit ouders
structuur door ouders

Wat zijn de risicofactoren voor psychopathologie bij kinderen?

Afstandelijk opvoeden
coërcieve gezinsprocessen
controle van ouders
heel weinig gezinscohesie
ouderljike druk
ouderlijke stress
zeer sterke gezinscohesie

Wat is een niet-specifieke TOS?

Taalstoornissen die te verklaren zijn door andere problemen (mentale retardatie, problemen met spraak)

Op welke leeftijd bereiken kinderen het volwassenniveau van executief functioneren?

Werkgeheugen: 15 jaar
Cognitieve flexibiliteit: 11-15 jaar
Inhibitie: 11-15 jaar

Op welke leeftijd bereiken kinderen het volwassenniveau voor aandacht?

Impulscontrole: 8 jaar
Gefocuste en volgehouden aandacht: 11-13 jaar
Executieve controle: 12 jaar

Verstoorde neuropsychologische functies als verklaring voor ADHD

Aversie voor wachtsituaties
inhibitietekort
verminderde activatietoestand

Verstoorde neuropsychologische functies als verklaring voor autisme

Problemen met centrale coherentie (teveel focus op details)
problemen met perspectiefname (ToM)
verminderde cognitieve flexibiliteit

Verstoorde neuropsychologische functies als verklaring voor dyslexie

Automatiseringsproblemen
minder goed ontwikkelde fonologische vaardigheden
moeite met controleren van oogbewegingen
moeite met het koppelen van visuele en auditieve informatie

Wat is het orienting network?

Prioriteren van specifieke sensorische input die belangrijk wordt geacht

Wat is gefocuste aandacht?

Gecontroleerd en doelbewust uitfilteren van interfererende prikkels om een taak tot een goed einde te brengen

Wat is gecontroelerde aandacht?

Mentale processen die het resultaat zijn van bewuste keuze en een beroep doen op mentale bronnen

Wat is het executive network?

Planmatig en doelgericht informatie verwerken in functie van een gekozen doelstelling

Wat is automatische aandacht?

Reeks mentale processen die niet of nauwelijks beroep doen op mentale bronnen. Vinden zonder bewuste beslissing of intentie plaats

Wat is het alerting network?

Vermogen tot alertheid/hersenactivatie tijdens de verwerking van relevante prikkels

Bekrachtiging van onverenigbaar gedrag

Bekrachtigen van alternatief gedrag dat niet tegelijkertijd met ongewenst gedrag kan optreden.

Token economy procedure

Punten toekennen voor gewenst gedrag, die ingewisseld kunnen worden voor grotere beloningen.

Bekrachtigen van dapper gedrag

Als het kind toenadering zoekt tot situaties die beangstigend zijn, krijgt het een beloning of wordt iets vervelends weggenomen.

Welke vormen van behandeling horen bij operante conditionering?

Responspreventie en negeren van angstig gedrag

Welke vormen van behandeling horen bij angstbeheersing? (zowel klassiek als operant)

Ontspanningsoefeningen, cognitieve herstructurering, gedragsexperiment.

Welke processen horen bij zelfregulatie?

Oefenen nieuw gedrag
stimuluscontrole
zelfbekrachtiging
zelfbestraffing
zelfevaluatie
zelfobservatie

Welke processen horen bij zelfinstructie?

Alternatieve zelfspraak
educatieve fase-aanleerfase-toepassingsfase
spierontspanning
stressinoculatietraining
think aloud methode

Welke processen horen bij probleemoplossing?

Cue cards met oplossingssuggesties
doelbepaling
evaluatie
oplossingen
probleemoriëntatie
uitvoering

Welke processen horen bij cognitieve herstructurering?

Denkfouten
driefasemodel
identificatie denkfouten-cognitieve uitdaging-genereren alternatieve, aangepaste cognities
socratische dialoog

Hoe verbeter je dichotomiseren?

= zwart wit denken. Door gedifferentieerd classificeren (dimensioneel).

Hoe verbeter je een bedreigende interpretatie van de situatie?

Situatie zien als een (op te lossen) probleem of uitdaging.

Hoe verbeter je overgeneraliseren?

= niemand, nooit, altijd. Differentiëren (positieve en negatieve elementen onderscheiden).

Hoe verbeter je personaliseren?

= egocentrisch interpreteren. Door diversifiëren (veelheid van verklaringen).

Hoe verbeter je selectieve aandacht voor spanningsverhogende prikkels?

Bredere analyse van het ervaringsveld.

Hoe verbeter je selectieve abstractie?

= 1 element uit ervaring. Door ervaringselement in context plaatsen.

Welke behandelingen richten zich vooral op uiterlijk waarneembaar gedrag veranderen?

Zelfregulatietraining en mediatietherapie.

Welke behandelingen richten zich vooral op de verhouding tot eigen gedachtewereld veranderen (oa aanvaarden)?

Compassion-focused therapy, zelfinstructie, op mindfulness gebaseerde cognitieve gedragstherapie.

Welke behandelingen richten zich vooral op gehechtheidschema's veranderen?

Attachment based family therapie

Welke behandelingen richten zich vooral op emotieregulatie verbeteren?

EMDR en dialectische gedragstherapie.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

Flashcards deeltentamen 1

Bekijk samenvatting

Een unieke studie- en oefentool
Nooit meer iets twee keer studeren
Haal de cijfers waar je op hoopt
100% zeker alles onthouden

Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.

Studiemateriaal generieke omslagafbeelding