Hiërarchie functionele groepen

13 belangrijke vragen over Hiërarchie functionele groepen

De hiërarchie van de functionele groepen is als volgt:

Carbonzuur, ester, amide, cyanide, aldehyde, keton, alcohol, thiol, amine en ether.

Noem een aantal geschikte monomeren voor de formatie van polymeren.

Zuren, amines, alcoholen en alkenen

Hoe worden polymeren gemaakt?

Kleinere organische moleculen (monomeren) kunnen aan elkaar koppelen om lange ketens te vormen (polymeren). Dit gebeurt in de natuur, maar dit kan ook door de mens aangestuurd worden. Polymeren krijgen vaak poly- voor de naam van het monomeer.
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

Wat zijn homopolymeren en wat zijn copolymeren?

Polymeren met allemaal dezelfde units zijn homopolymeren. Polymeren met twee of meer units worden copolymeren genoemd.

De eigenschappen van copolymeren kunnen gevarieerd worden door de mate van ordening. Vaak worden polymeren geclassificeerd naar het soort reactie waarmee de monomeren gekoppeld worden. Benoem deze reacties:

  • Additie polymerisatie
  • Condensatie polymerisatie

Wat zijn oligomeren en hoe worden ze gevormd?

Vanuit monomeren worden vaak oligomeren gevormd. Oligomeren zijn een chemische verbinding die uit een klein aantal eenheden of monomeren bestaat. Vervolgens koppelen deze oligomeren aan de reeds bestaande keten.

Geef het polymeer dat vaak op de oligomeer manier groeit:

Condensatiepolymeren groeien vaak op deze manier. Polymeren volgen bij de ketengroei een Ionair mechanisme

Wat is een ion mechanisme?

Dit is dat de dubbele binding een plus lading heeft achtergelaten (en krijgt dus 3 enkele bindingen) en het volgende monomeer komt aan met dubbele binding en gaat op het carbokation een binding vormen.

Wat is een peptide binding?

Dit is de binding ontstaat tussen de carboxylgroep (-COOH) van één aminozuur en de aminogroep (-NH2) van een volgend aminozuur. Deze peptide binding is de basis voor de formatie van eiwitten, cruciale biomoleculen voor het leven.

Aminozuren vormen geen zwitterionen. Is deze uitspraak juist of onjuist?

Onjuist, ze vormen wel zwitterionen. Er is zowel een positieve als een negatieve lading aanwezig in hetzelfde molecuul (hangt samen met pI/isoelektisch punt)

Waar zorgt de specifieke volgorde van de aminozuren voor? Ligt dit ook toe:

Voor de specifieke eigenschappen van het eiwit.

Binnen een eiwit zijn er ontzettend veel interne interacties. Je kunt hierbij denken aan waterstofbruggen, zoutbruggen, disulfide bindingen etc. Hierdoor ontstaan er interne structuren, zoals lussen. Binnen deze lussen kunnen hydrofobe plekken ontstaan. Hier zal geen water aanwezig zijn.

Wat zijn acetalen en hoe worden ze gevormd?

Bij de suikers kunnen monosaccharides combineren tot oligo- en polysaccharides: acetalen.

Deze acetalen worden gevormd door een reactie van een hemiacetaal met een alcoholgroep.

Wat is het verschil tussen homo en heteropolysaccharides?

Homopolysaccharides hebben één soort bouwsteen, heteropolysaccharides hebben twee of meer soorten bouwstenen.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo