Invordering - Voorrecht en bodemrecht

3 belangrijke vragen over Invordering - Voorrecht en bodemrecht

Arends blijft ook na aanmaning in gebreke. De ontvanger besluit hierop beslag te leggen op zijn huis. Op dit huis heeft Arends echter een hypotheek van de Parkbank gevestigd. Wie dient als eerste voldaan te worden uit de opbrengst van de openbare verkoop?

De bank. Art. 3:279 BW.

Arends huurt een landhoef van Boersma. Arends neemt al gauw een paar boerenknechten aan voor de 'noeste arbeid' op het land. Betaling geschiedt 'zwart'. Na een boekenonderzoek legt inspecteur Jansen een forse naheffingsaanslag loonbelasting op. Arends blijft ook na aanmaning in gebreke. Kan de inspecteur bodembeslag leggen, ondanks het feit dat Berends eigenaar van de landhoef is?

Ja, o.g.v. art. 22-3 IW. Voor dit artikel staat de 'feitelijke verhouding' van de belastingschuldige tot de bodem centraal.

De Friese staartklok van Kitty dreigt teniet te gaan door houtetende termieten. Paulsen de houtbewerker zegt een speciale behandeling van het hout te kunnen verrichten waardoor de klok behouden blijft. Kitty geeft daarop de klok voor reparatie af. Niet veel later haalt Kitty de klok op. Zij zegt dat zij de reparatiekosten per bank zal overmaken. Al voor de afgifte van de klok ter reparatie is zij ook in gebreke gebleven met betrekking tot een navorderingsaanslag inkomstenbelasting. Wiens vordering gaat voor, die van de ontvanger of van de reparateur?

De reparateur gaat in casu voor, o.g.v. art. 3:284 BW jo. art. 21-2 IW.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo