Samenvatting: Formeel Strafrecht Week 1
- Deze + 400k samenvattingen
- Een unieke studie- en oefentool
- Nooit meer iets twee keer studeren
- Haal de cijfers waar je op hoopt
- 100% zeker alles onthouden
Lees hier de samenvatting en de meest belangrijke oefenvragen van Formeel Strafrecht week 1
-
1 Formeel Strafrecht week 1 en 2
Dit is een preview. Er zijn 13 andere flashcards beschikbaar voor hoofdstuk 1
Laat hier meer flashcards zien -
Wat zijn de doelen van het strafprocesrecht?
1)Hoofddoel : het totgelding brengen (juiste toepassing) van het materiële strafrecht in een concreet geval
2)Eerbiediging van de rechten en vrijheden van de verdachte (bv. Zwijgrecht of niet verplicht mee te werken aan eigen veroordeling)
3)Eerbiediging van de rechten en vrijheden van andere betrokkenen > secundaire victimisatie van het slachtoffer door autoriteiten voorkomen
4) Procedurele rechtvaardigheid
5)Demonstratiefunctie > terechtzitting openbaar en publieke controle -
Wat zijn vier noodzakelijke afwegingen in het strafprocesrecht?
1) Financiële vlak: aan strafrechtspleging kan geen oneindig geld worden besteed.
2) Wat voor straf: hoe zwaarder, hoe nauwkeuriger de afweging.
3) Ernst van het gepleegde strafbare feit: hoe ernstiger, hoe mee opheldering.
4) Alle doelen moeten gerealiseerd worden: eerlijk proces. -
Welke belangrijke historische gebeurtenis(sen) gaven aanleiding tot het huidige Nederlandse strafprocesrecht?
De Verlichting en de Franse Revolutie. -
Wat houdt de magistratelijke rol van het OM in?
Het OM is verantwoordelijk voor een juist, in overeenstemming met de materiële waarheid, resultaat van het strafproces. -
Internationaal recht heeft een steeds grotere invloed op ons strafprocesrecht. Welk recht wordt hiermee bedoelt?
1) Verdragenrecht:
- EVRM > o.a. Art. 5, 6 en 8
- IVBPR > o.a. Art. 9, 14 en 17
2) Supranationaal recht: Europees recht -
Noem vijf beginselen van een goede procesorde die van belang zijn bij strafprocesrecht:
1) Vertrouwensbeginsel
2) Gelijkheidsbeginsel (art. 1 Gw)
3) Verbod op detournement de pouvoir
4) Onschuldpresumptie
5) Beginsel van een eerlijk proces (art. 6 EVRM) -
Het gevaar voor willekeur in strafprocesrecht is gering door een aantal factoren, noem er drie:
1) Zitting is in het openbaar
2) Verdachte heeft een waarborg: art. 41 Sv
3) Invloed van het internationale recht -
Noem twee kenmerken van het accusatoire procesmodel:
1) Rechters hebben een passieve rol bij het onderzoeken van de zaak ter terechtzitting.
2) Verdachte is geen voorwerp maar procespartij. -
Noem een voordeel en twee nadelen van het accusatoire procesmodel:
Voordeel: verdachte isprocespartij dus kan zichzelf ook verdedigen.Nadelen :
- Rechter bekijkt zaak vanuit eigenoogpunt en kan hierdoor eentunnelvisie ontwikkelen.
- Dit model werkt alleen als beide partijen op eengelijkwaardige manier de strijd met elkaar aangaan. -
Hoe kan het Nederlandse strafstelsel gekenmerkt worden, als inquisitoir of accusatoir?
Het Nederlandse stelsel heeft sterk inquisatoire trekken. Er is ook een overeenkomst met het accusatoir model, namelijk dat verdachte als volwaardige procespartij wordt gezien.
- Hogere cijfers + sneller leren
- Niets twee keer studeren
- 100% zeker alles onthouden