The Chemical Level of Organization - DNA and RNA are nucleic acids

3 belangrijke vragen over The Chemical Level of Organization - DNA and RNA are nucleic acids

Waaruit bestaan nucleïnezuren? Wat is er karakteristiek aan deze stoffen? Welke nucleïnezuren zijn er? In welke twee categorieën zijn ze onder te verdelen?

Uit nucleotiden. Ze bestaan uit een suiker met 5 koolstofatomen, een fosfaatgroep en een stikstofbase. DNA en RNA zijn opgebouwd uit 5 nucleïnezuren: adenine, guanine (heten purinen) cytosine, thymine en uracil (heten pyramidinen).

Hoe worden nucleotiden aan elkaar gemaakt? Hoe heten ze dan?

Door een dehydratiereactie waarbij de fosfaatgroep aan de suiker bindt. Nucleotiden aan elkaar vormen een nucleïnezuur: de suiker-fosfaat-bindingen vormen de ruggengraat en de stikstofbasen wijzen naar voren.

Hoe binden de DNA-strengen aan elkaar? Hoe heet dit? Hoe heten de strengen?

Via waterstofbruggen tussen de stikstofbasen. A en T binden aan elkaar en C en G binden aan elkaar. Dit heet complementaire basisparen. De strengen heten daardoor complementaire strengen.

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo