Zenuwstelsel 1 powerpoint

7 belangrijke vragen over Zenuwstelsel 1 powerpoint

Wat is de verdeling tussen het centrale zenuwstelsel en het perifere zenuwstelsel?

Het centrale zenuwstelsel, ligt tussen een benig omhulsel; hersenen, ruggenmerg en zenuwcellen (neuronen).
het perifere zenuwstelsel bestaat voornamelijk uit axonen.

Het perifere zenuwstelsel is te delen in autonoom en animaal, wat houdt dat in.

Animaal is wat wij kunnen beïnvloeden, wat binnen het bewustzijn is. + reflexen
Autonoom is buiten onze wil. Denk aan alle acties die je doet met je lichaam waar je niet bij hoeft na te denken, (ademen etc. vitale functies)

Het centrale zenuwstel bestaat uit 2 "organen" welke zijn dat?

1. Cerebri
(Grote hersenen (cerebrum), kleine hersenen (cerebellum)  hersenstam (truncus cerebi) en tussenhersenen (diëncephalon))

2.ruggenmerg (medulla spinalis)
  • Hogere cijfers + sneller leren
  • Niets twee keer studeren
  • 100% zeker alles onthouden
Ontdek Study Smart

4 eigenschappen truncus cerebri (hersenstam).

1. 12 paar hersenzenuwen
2. Mesencephalon (middenhersenen:  regulatie van zintuigelijke en motorische functies)
3. Pons (Het middelste gedeelte van de hersenstam, verzorgt contact tussen de grote en kleine hersenen. En de prikkels van het evenwichts- en gehoororgaan  worden doorgegeven aan de kleine hersenen)
4. Medulla oblongata  (verlengde merg overgang tussen de hersenen en het ruggenmerg regelt ademhaling, bloeddruk, hartslag, slapen en waken, automatische reflexen, spijsvertering, aandrang tot plassen en vrijwillige spierbeweging.)

Cerebellum uitleggen wat het is en wat het doet.

de kleine hersenen, die regelen de coördinatie van een beweging balans en evenwicht. Geheugen voor reflex motorische handelingen. Oogmotoriek, cognitieve (intelligentie, taal en concentratie) en emotionele processen.

Neuronen kan je indelen in 3 soorten welke?

Motorisch stuurt spieren aan en sensorisch neemt waar. En schakelcellen(tussen motorisch en sensorisch cellen in)

Je kan gliacellen opdelen in 4 soorten welke zijn dat en uitleg.

1. Oligodendrocyten (vormen myelineschede)
2. Microgliacellen  (fagocytose)
3. Astrocyten (bloedhersenbarrière steun, reegelen ionenconcentratie, opruimen neurotransmitters en bloedhersenbarrière)
4. Ependymcellen (vormen de binnenbekleding van hersenholtes, voeding, vorming liquor cerebrospinalis)

De vragen op deze pagina komen uit de samenvatting van het volgende studiemateriaal:

  • Een unieke studie- en oefentool
  • Nooit meer iets twee keer studeren
  • Haal de cijfers waar je op hoopt
  • 100% zeker alles onthouden
Onthoud sneller, leer beter. Wetenschappelijk bewezen.
Trustpilot-logo